
i 8 i L 1 V E
A. i4jz.in ’c Welten van Tartarycn een zeer klee-
nen ftaac£ omtrent de Cafpifche Zee, be-
heerfchte, cn namaals zynen naamaan’t
Vsbecs Tartar yen naliet, vcrbond hy
'zieh tegen Abdullah. Zy belegerden Sa-
marcand , doch wicrden geflagen, en met
groot verlies te rug gedreven.
De een onthield zieh den ganfchen
winter te Bochara , en de ander niet ver-
re van Samarcand doch tegen de voor-
tyd quamen zy beide weer voor de laatfte
Stad, daar hen Abdullah met zyn leger
te gemoet trok 9 om in zyn Hoofditad
niet befloten te wdlrden.
„ Zy floegen daar zeer verwoed tegeq
rende°Ve’ 5enV- Aioef aidgeraakte met zynvleugel
Stad. tegen Abdullah in gevecht , die hem
ha weinig tyds in wariordre bracht j dog
Uzbec-Chan y d it ziende, Yielmetzulken
woede op de vieugel van Abdullah aan,
dat hy hem overwon, en het leven be-
häm.
Dus quamen die twee overgeblevene
Vorften, Aboefaid 9 eh Uzbec-Cba»9 als
Zegenpraalende overwinnaars, binnen
Samarcand} doch met een gelyk recht
om de Stadt te bezitten, alzoo zy die
zamen gewonnen hadden} hoewel Uz-
lec-Chan daar *t meefte recht toe fcheen
te hebben.
Maar Aboejaid wift 9 door een Krygs-
ISr| met zyn troepen eerft in de Stad te
komen door de Oofter-Poort, zoo als de
troepen van Uzbec-Chan (volgens yer-
lprek) door de Wefter-Poort zouden in-
trekken, die hy, om dat te beletten,
iluiten dede, doende Uzbec-Chan alleeq
maar de gunft (zoo hy zeide) van hem,
dien hygcvangen houden kon, als hy wilde,
aan de zynen weer over te leveren.
I Teiwyl hy nu hier deze ongerechrig-
fchsn ver-?äi: Pleegde> hem * Hemd,
lieft hy butten zyn weten j zoo over die on-
*yn trouw , als over zyne andre misdryven:
StedHe-WaDt terwyl beziS was om Samar-
n t * * cand te veroveren, verloor hy zyne
Hoofdftad Herat zeer onverwacht.
By zyn vertrek uit die Stad had hy in
’ t V rouwen-Timmer een Mogoliche
.Princes gelatcn, die, zoo zommigewillen,
zynZufter, maar, zooandreichry-
ven, zyn Nicht was.
Daar P eze °P zeker fchoon Prins, in een
Ibrahim tyd, dat Aboefaid haar zoo ongehuwe-
Mirzahalslykt en eenzaam zittenhield, verliefd
uitgeroe- .zynde> nam zynafwezen waar, niet alpen
werd. een om zieh zelven tot haar volkomen
genoegen hit te huwelyken, maar 00k
om haren Bruidegom, Ibrahim Mirzah
genaamd, als Koning van Herat te doen
uitroepen.
Ibrahim, fchoon maardeZoonvanze-
Tcer Landvoogd in .eene der Landftrec-
ken j onder Iraac hoorende, wift zieh
zelven nogtans ten eerften zeer wel in
N. S D E R
ftaat te ftellen, om de Kroon, hem van a. 145z
zyn waarde bruid gcfchonken, te ver-
dedigen.
Hy kreeg niet alleen van zyn Vader
vcel nulptroepen, maar wift in Coraiän,
waar van dit de Hoofdftad was, 00k zul-
ken algemeenen opftand tegen Aboefaid te
verwekken, dat hy nu meehde fterkge-
noeg te zyn, oha hem, die van Samarcand
reeds te rüg quam, ’t hoofdtebie-
den.H
y liet hem niet tot voor Herat komen
} maar trok hem met zyn leger te
gemoet, verwachtende hem bp een vlak-
te , daar hy zieh met alle bedenkelyke
voorzörge, na dat hy alle vöordeelen
eerft wel afgezien had, bereidde, om tegen
hem te fläan.
Het was reeds een groot voordeel voor . . . .
hem, dat,zyn leger van allesovervloedig Ab0efai<,;
voorzien, en nietafgemat, en daar tegen.
het leger van Aboefaid, toen het in zyn
gezicht quam, niet alleen zeer vermoeid,
en. van ’t noodige onyoqrzien was, maar
öök metftukken eh brokken verfcheen,
waar van het grootfte deel eerft achter
aan quam.
Dit alleen bracht Aböefaid in een zeieir
groot gevaar, waar in hy,eer hy ’t wift^
geraakt was, en nu geenmiddelvöndom
zieh daar uitte redden, dän ’er met grod-
te dapperheit door h'een te flaan, aan-
gezien Ibrahim , zieh van dit voordeel
.bedienende, hem ten eerften ömcingeld
had.
Aboefaid 9 \Ivx door geenziris öntzetj,
älzoo hy wift , wat önderlcheid ’er tuf- bc“
Ichen een oud geoeffend, . en tuflehen een
jong en onbedreven Veldheer was, taftte
hem met zulk eenihoedaan, dathyhem
in die wöede van den eerften aänval niet
alleen wyken deed5 maar 00k in zulken
wanordre bragt, dat hy genöodzaakt was
j ha Damegan te vlugten 9 eh verder, älzoo
hy nu alles verloreri ächtte, niet die
■ uit de zyne getröuw bleven, omeengoed
heen komen, te Zieh, ,,
De grootfte zwarigheit echter, die hy
maakte, was niet voor zieh zelve) maar
voör zyne Vorftin, en jonge Gemalin,
die reeds een jöngen Prins by hein gewonnen
hadde. 1
Zoo ras veripreidde zieh 00k het gerügt
van zyne neerlaag niet in Herat, en verder
in het Hof, ö f alle de Vrouwen en
Gelübden, willende de wreedheit van
dezen te veel gezarden overwinnaair niet
äfwachten, befloten zieh zelven, eer hy
quam, uit de wereld te helpen.
Veele van hen brachten zieh zelven
met vergif om, andre ontzielden zieh
met een doodelyke pook} maar het jam-
merlykfte was, dat de Vorftin van Herat
eerft haar teeder Kind met een ftuk
goud, dat zy ’t zelve, zoo als het aan
:<i' ’- v ' de
. G R Ö O T E
ft, 1452- de borft lag, in de mond ftakj verftik-
te, en daar op zieh zelve met een fei,
en ihe! werkend vergif 9 dat zy altydby
zieh droeg, vergaf.
Genade ' Aboefaid vericheen kort daar aan in de
aan die Stad, welkers mgezetenen niet anders.
Van Hcratdän zyn uiterfte woede j en een dendige
fccwczcn. dood, te gembet Zagefi, alzbozywifteh
die verdiend té hebben} maar, verge-
noegd zynde rneir die genen, die zig zelven
geftraft, en die 00k we! de meefte
fchuld hadden, liet hy een algemeene
vergiffenis üiEroèpen, door welke ofi-
Verwachte genade hy de herten van alle
Sieze zyne Ondèrdaanen zoodanig aan
hem verbond, dat zy hem in alle op-
regtheit een eeuwige trouw op nieuw
fwoeren.
im ver- Kort daar na maakte hy zieh meefter
deretcro-van. Efterabaad, dé Hoofdftad van Ma-
Vcriag. . zanderan •, dvfong Sulthaan Kaliei, de
Vorft van Sigiftan, en noodzaakte hem
ibm met zyn troepén in eén zeerflechten
ftaat na Zyn Land te keerén.
Vcrplaatft' Na dat ^ van Hcrat Zo°
zyn Hof behandeld had '9 verwagtten zy niet an-
na Samaridersv dan dät hy vervolgen zoudaar zyn
fcand. Hof te houden} dog, het zy dat hy hen
niet te veél vertrouwde, het zy dat ’er
eenigè andre reden was, hy vertrok met
zyn Hof, na, dat de ganfehe Ländvbog-
dy van Coraiàn nu in rüft was, na Samarcand,
öm daar voortaan zyn verblyf
té houden.
Hy was hiér egter al medézoogèraft,
c en zeeker niet, als hy ziehverbeeldhad.
Daar De Prins Djoegi , Zoon van Abdul
Djoegi Aarif9 dié wegens de dienften, door|
km Aboefaid aan zyn Vader in Zyrt uiterfte
t o a ^ ongevallen béwezen, aan hem zeer vei>
’ . plicht wasi had. de ftoutheit van hem,
in zyn Hof-ftad zelf, laagen te leggen,
en middden in *t werkte ftellen ¿om weder
Meefter van een R yk te werden, dat
inen hém en zyn Stamhüis, ônderfchyn
van zyn Vader te hulp te komen, liftig
'ontdraaid had.
Hy bcley zyne zaaken echter zoo, dat
hy niet j dan by ’t afwezen van Aboefaidy
hu en dan eens ontrent de Pöorten van
Samarcand verfcheént houdènde zig anders
op in de Landen aan de overzyde van
de Rievier Oxus, daar hy het alles ten
platte Lande, verwoeftte 5 ¿00 dat hy
Aboefaid eindelyk dwong, hem fmet een
leger te gaan opzoeken, om den opftand,
die hy in Tartaryen verwekte, te ftillen,
en zyne verdrukte onderzaaten, die zig
aan Djoegi niet wilden onderwerpen,van
zyne gewcldenary te verloflen.
bienhy H y , vémomen hebbendcj dat Aboi-
brenvinifaid met veel haaft na hem toe quam ,
wierd zoo bevreeft, dat hy hem in ’t
open veld niet dörft afwagten} maar week
na Sjarokabaadj daar hy zieh, zoo veel
M O G O L S . i t y
mogelyk was, verfterkte, en hem af- A. X4S&
wagtte. f t
Aboefaid9 inet zyn leger voor die Stäa
verfchenien zynde, bezettede aUedetöe-
gangeh Zoo naauw, dat hy hem, na een
geraime en dappere tegenftand dwong j
zieh zelven j en de Stad over te geverr.
En deeenigeftraf, die hy hem opleidde,
was , dat hy hem tot een eeuwige gevan-
genis verwees.
Na dezen tycl begon hy vry fterk tot Hy döe^
denMohhammedaarüchenGodsdienft over ¿yn clf
te hellen ', en daar af meer werk, dan zy-
ne voorziiaten, te makeii. Ja dit ging y
zelf zoo verre, dat de Chronyk daar van
aanteekend j ckthy, omdePrieftersvbl-
flagenop zyn zyde te krygen, befloot,
de elf jonge Princen, zynen Zooöe, na
dat hem die voorftanders van den AIco-
raan dit menigmaal vergeefs verzogt hadden
, te laten belhyden.
De meeften hadden reeds zoo veel jaa-
ren, dat zy in ftaat waren, om zyne 1er
gers te können gebieden } dog hy had
hen daar toe nog niet willen gebruikeni
om dat hy hen geerne eerft belheden
z*g-
T o t deze plegtelykheit verkoos hy He-
raty zoo, om hen, over zyn vertrek
van daar na Samarcand, wat genoegen tc
geven, als 00k 9 om dat die Godsdienft
daar met veel meer drift, en yver, dari
te Samarcand, daar men nog zeer veel
Heidenen vond, geoeffend wierd, en
om dat hy beft keurde j die bnderdaanen
hier door geen aanftoot te geven , vermiß
dit beihyden der Princen met veel
Feeften, en Möhhammedaanfche ydelhe^
den, die ¿y verfoeiden, verzeld gingen.
, Im . v I B H
Na ’t verrichten van dit groot enhei- Verdeelj
lig werk, vbnd hy bokgoed, deze zyne ¿yiiRyk
Zoonen tot Landvoogden vanverfcheidc °nder ,
geweften, bv hem veroverd, aantefteh zync’
len^ en zig aus van een groot deel van’t Land-
beftierte ontlaften, fchikkende het zoo- voogdeni
danig, datSjeichOmar9 zynyyfdeZoon,
die 00k zyn opvolger was^ Laiidvbogd
van Samarcand wierd 9 zonder dat de
Chronyk ineldt, wat voor Landvoog-
dyen hy aan zyn andre Zoonen toegelegt
heeft.
Nu icheen hyj die reeds de jaaren j
die ruft vereifchten 9 begon te krygen ^
de regte gelegenheit daar toe bekomen te
hebbenj maar toen hy kon, enbehöorA
deteruften, Wilde hy niet, en in zy a
jeugd, toen hy niet behoorde gerufty
en in vadzigheit zyn tyd door getragne
hebben,. kon men hemnaauwlyksuithetr
Vrouwen-Timiner op de Meidaan j o f
het Tournoi-plein, krygen 9 om maar het
Tournby<en der zynen aan tc zien.
Toen h yluij envadzigWas, was hy c
zulx onverzettelyk 9 ec toen hy gevegten*-
0$