
__ An 171«. Die werk van den nieuwen Javaanfchen
Nieuwen ooi'u«| ileuebnuiiggee jjaaaarieeun aaaanu ecceun niiooggmmaaaarr
3avi°A°P on^er aflehe gefmeuld hebbende, be-
*718. ’ g&ß Ao. 1718 met een lichte vlam uit te
berften.
De Princen van Soerabaia, genegen om
de dood van hunnen oudften broeder te
r '’wreeken, en om zieh onder die naam (ai-
zqo zy op ’s Keizers menigvuldige bevelen
niet-aan *t Hof verichynen wilden) 00k
onafhankelyk van den Soefoehoenan te
maken, verfchenen nu van zieh zelven met
een zwaar leger te veld, waar by nog dat
van den Prins van Balamboang, en van
Maas Lambora, hunne oude vrienden en
nieuwe bondgenooten, quan^ die zieh alle
openbaar tegen den Keizer van Java op-
wierpen.
Ontftche- Ditgaf ten eerften weer eengeweldige
nishicr belemmering op Batavia, zoo voor haar
Edelheden, als voor de ingezetenen, al-
zoo Java hunne koom-fchuure is.
Zyn Edelheid de Heer van Zwol, die
geen oorlogs-man, maar een groot ftaat-
kundige was, had zieh genoeg met den
oorlog van Malabar nueenigentydbelem-
merd gevonden, zonder dat ’er deze van
Java, die nog veel eiger was, behoefde
by te komen, alzoo toen die Rvft-kamer
ten eerften als gefloten, eh alle toevoer
van nodige voorraad, die’er anders in o-
vervloed dagdyks aanquam, censklaps
weer afgefneden wierd.
Ordre daar \ Alles was in rep en roer, endaarmoeft
j* “ “ 1 g«* ten eerften ordre gefteld werden,om volk
en een Veld-Heer daar heen te zenden,
waar toe de Heer Johan FrederikGobius,
Oppergezaghebber van Java’s Noord-Ooft-
kuft, gekoren wierd.
Onder de Kapiteinen, die mede der-
waards togen, was de Heer N. Pasqües
Chavonnes, toen maar pas van Kaap der
goede Hope op Batavia gekomen, daar hy
f als Kapitein gelegen had; dog hoe die wak-
kere Heer hier buiten eenigen toeleg op
Zyn leven, zeer gevallig en byzonder on-
gelukkig aan zyn dood quam, zullen wy
omftandig, by het gene den 21 January
*718 van Soerabaja gefchreven wierd,
zien.
Opftand J P was met het fchip Oeftgeeft na Soe-
der Madu-rabaja gezeild,en’er behouden ontrentge-
xcezcn. komen, na dat men bevorens al ontwaard
had, dat de Prins van Madura zieh niet
langer aan den Keizer onderwerpen wilde,
en zieh dierhalven, eene lyn met de
Soerabayiche Princen trekkende, tegen de
twee andere Princen van Madura , te we-
ten, die van Sammanap, en van Pama-
caflam, bondgenooten der E. Maatichap-
Py» openbaar aangekant had, om door
nulp van eenige Baliers (zekerlyk die van
den Prins van Balamboang, en van Soe-
rapati’s gebroed) die hy te hulp riep, zig
volliagen meefter van Madura te maken.
De E. Maatichappy , die hare bondge-A*. 17t*.
noten niet in de pekel laten kori, zpnd
dierhalven dezen' Heer Chavonnes, als ze.
van Java’s Noord-Ooft-kuft, die den 4
January met verlcheide fchepen, en veel
volk na Madura vertrok, en’er eenige tyd
met zyn fchip gelegen hebbende, hoorde,-
dat de öngeduldigePrins van Madura bn-
dertuffchen, zonder na dehiilptroependerT
Baliers te wagten, met die twee
Princen flaags geweeft was , meenende hen
op het öhvoorzienfte-te overrom pelen.
Dit viel geheel anders uit,als hy gegift
had. Hy wierd zelf zoo deerelyk geüa-
gen, dat hy genoodzaakt was met zyn
zoon, broeder, wyven en kinderen, in
eenige viflehers vaartuigen de vlugt tene-
men, om zieh aan de Hollanders, om ni.ee
in de handen zyner vyanden te vallen,p-
ver te geven, alzoo hy van deze twee quä-
de zakeri dit nog, het beft keurde, gelyk
het waarlyk zou geweeft zyn, zoo hy het
naderhand niet zeit verbrod had.
Hy quam dan aan ¡M&ig van deJJe«r
Chavonnes , die hemf zeer wel ontfing, en
volgens de vaftgeftelde Wyzb onder deja-
vanen, hem, zyn broeder, en zyn zopn,
ieder hunne kris behouden liet^ terwyl
alle de anderen de wapenen oyergayen.
Hy plaatfte den Pnns in de kajuit, en
zette een fchildwagt met bloot geweef
daar voor.
De zoon gaf hy op *t half-dek;, en de
broeder op den overlöop een plaäts, Seilende
den Vaandrig de la Rofe by hem.
Ondertuflchen zönd. de Heer de Chavonnes
een bode na den VeldrHeer Gobius,
zoo om dien Heer kennis hier äf te geven,
als om hem te raden,dogwel opzynhoe-
de te zyn, geen gedagten ter wereldhebbende
, dat by zelf zoo na aan zyn dood
was.
Daar op ging hy met eenige der vöbr-
naamfte van ons in de ichippers hut, om
te overleggen, wat men nu verder tedoen
had.
Terwyl zy hier mede bezig waren , qua-
men de twee andere zegenpralende Prm-
cen 00k aan dit fchip , om den Heer .¡de
Chavonnes kennis van hunne o ver wintiing,
en van de vlugt van de Prins van Madura,
te geven , hoewel zy niet wiften, dat
hy en de zynen daar al aan boord waren.
De Prins, die hen door de kajuits-
venfters van verrc aaqkomeh zag, gelyk
zyn zoon hen 00k van ’t half dek gewaar
wierd , fteldevaft, datzy, byaldien dic
Princen aan boord quamen, zekerlyk verloren
waren.
De zoon, dit niet willende afwagten,
riep aanftonds amoc, trokrzyn k r i s da
quetfte den Vaandrig de la Rofe j dog niet
zwaar.
De 00m, die op den ¿verloop was, ’t
gefchrecuw van zyn neef hoorende, en
hem
A*. X71Ï. hem innood zieride, trok mede zyn kris
met een vervaarlyk geluid, het Welk de
Prins zoo van zyn broeder, als van zyn
zoon, klaar gehoord hebbende, zonder
dat hy wiftj wat ’er gaande was, zei-
de hy alleen, roept myn 'zoon amoc, ik dan
00k. Daar op vlöog hy als eenwoedende
tyger met zyn ontbioote kris uit de kajuit,
quetfte den fchildwagt van agteren doo-’
delyk, en liep in die woede de trap by de
bezaans maft toen juift op, als de Heer
Chavonnes, op al dit geroep ,met de de-
. gen in de vuift buiten de hut geiprongen
zynde, die trap afliep, in welk afloopen
hy van den Prins in zyn linker zyde tot
aan zyne long toe gewond wierd.
Hoe groot nu zyne quetzure was, belette
dit hem egter niet,'dat h y dien Prins
een zware wonde boven in de borft toe-
bragtj dat hen beiden,zoo wel getroiïèD,
van dien trap deed nederftorten.
Dood van Zy kregen nog eenige wonden, van
Savon- welke de Prins aanftonds' ’¿r na, gelyk
aes. de Heer Chavonnes van de zyne ’s nagts
ten elf uuren overlcden is,.
Dus ftierf de Prins, om dat hy nu vrees -
de egter te zullen möeten fterven ; daar hy
nogtans geen grond toe had, had hy zig met
dezynen maar ftil gehouden,ioopende in een'
zekere dood, om een odzekere te ontgaan j
maar die ongelukkige Heer Chavonnes,
die daar nog geen vyand,zoo hy meende,
had gezien , die dezen Prins zoo beleefd
ont&ngen, en zoo minnelyk gehandeld
hadv en op wien het Juift niet eigentlyk
gemunt was, vond hier, tegënallegedag-
ten, zig doodelyk gewond, eer hy eens
wift , wat’er te doen, of wie zyn vyand
W a s . ____
,Ho,e dit Gclukkiger quam de la R o z e ’eraf.die
gdoopcn 20on >na ecn korte wederftand, ter ne-
2j, derkapte ; dog de 00m w*erd levendig ge-
vat, en benevens de twee lykender Princen,
met het verder gevolg dezer Madu-
reezen, na den Veld-Heer Gobius gezon-
den, alwaar de Ryxbeftierder des Keizers
was, die'dezen 00m aanftonds deed kriflen,
en zyn hoofd met diedertWeeahdrePrincen,
en al hunnen ftoet van wyven, kinderen,
en hun verder gevolg, na den Keizer
zond.
1 ° a °ber 'm m rchrerf
eindc. Je t leer ^objus een brief je, tot onder -
houding van onze oude goede vriendfchap,
waar by zyn Ed. my bekend maakte,dat
den oorlog van Java door het overwinnen
van Soerabaja, en door het dempen van
den hoogmoed dezer Soerabaize Princen,
m Oitober 1718 zoo goed als geeindigd
was, had rich niet kort daar na weder een
andere en nieuwe donkere wolk epgedaan.
'sKcLrc t De Soeioeboenan Pakoebowana in Fe-
iood. .mary I7 19 » m den ouderdom van 71
jaren , na een beftier van i6jaren, en na
ge^enkwaardig was, uitge-
IV. Deel.
rigt te hebben (hoewel hy de meefte tyd A*. 1711;
van zyne regeering in oorlog geweeft
was) overleden zynde, quam zyn oudfte
zoon1, Mangko Nagara,met de naam van
Amangkoerat de Ile. in zyne plaats, vöe-
rende yerder den eernaam van Soeioehoe-
nan Ainangkoerat Sjnapati Ingalaga Ab-
dul Rahhman Mohhammed din il Cobra
Sahidin Panatagama,. welke laatfte titels
(de naam alleen uitgezonderd) zyn overleden
vader mede gevoerd had.
Deze Vorft, een Prins van 40 jaren *
genoot niet lang, na dat hy opdenthroon
zyner voorvaderen geftegen was,die ruft,
die hy zieh zelven verbeeld had.
Zyne tweejongfte broeders ftonden ten’^ C(ler va*i
eerften al na zyn leven, die aanftonds een ffDa^«c
grooten aanhang van alle kanten kregen ,
en in ftaat' geraakten, om weer nieuwe
bewegingen tegen hem te maken, waar
door dan de E. Maatfehappyen haar E-
delheden (buiten welkers goedkeuring ik
niet gcloove ,• dat hy op dien throon geklommen
is) weder in een nieuwen en voor
Batavia zeer ongemakkelyken oorlog inge-
wikkeld zyn,die buiten allen twyffelzeer
veel moeite geven zal.
Den zo January 1721 wierd my van Ba-Nieuwebc
tavia gefchreven, dat’er kort bevorens ne- wc8ingcn
gen van deJavaanze wederfpannelingen ee- rcr wc,dcr'
kregen, waar onder >er. twee waren, d i Ä ' t '
den Keizer van Java al zeer naindenbloc-
de beftonden, die voor hem gebragt, en
tot zekeren tournoy of Rendag bewaard
zynde, heeft hy die toen op de ;pasce-~'
baan doen brengen, en na ’trennen, niet
alleen vetl fmaadheded latenaandoen: maar,
eindelyk opftaande, oök belaft, dar, die
eenige litfde voor hunnen Vorft hadden
dit nu openbaar met het ftraffen dezer booswigten
betoonen konden; waar na eenige
Grooten met de bloote kris op hen, die t
daar geboeid in een ryezaten, aangevallen
zyn, en hen in weinig oogenblikken ter
dood gebragt hebben Reuige van hen
wierden nog begraven; maar de meefte
blcven ten proy der vogclen daarleggen.
De kleene aanhang van hen, die zig
nog hier en daar in ’t Malangs gebergte
ophield, meende men dat wel in ’r korte
of van zelfs fmeltcn ,o f dat het eene Hoofd
dat men oordeeld nu nog maar overig te
zyn, wel haaft in onze handen raken zal
Dir was weide giffing; maar den 28
Maart des zelven jaars fchreef my diezel-
ve vriend, dat die von ken nog niet al te
•wel fcheenen uitgedoofd te -zyn, vermits
de vyand ontrent het Malangs gebergte
weer by een verzameld; en onlangs weer • ■
te voorfchyn gekomen , en bezig was met
alles, wat op. ’c veld ttond-', onder hqnberedt,
jaromerlyk te verwneften, wesW.
ven haar, Edelheden den 2y dito befloten
hadden , om eenig verfeh krygsvolk tot
onderfteumng vaqonze krygsmagt .al'daar
Dd af