
I I
H ü ll
A.ii 19. nä Rafierdan Sjab, (die kort ’ernaftierf)
Nicosjeer den Prins Bbadur als Keizeruitge-
A.i7i9dcroepen, dog by die van Agra niet goed-
XVIMe gekeurd, en dat daar op de Prins Ni~
flogol, of f^osjeer, (anders 00k wel Sjah Djihaande
de4oftc. tweede genaamd) üit den bloedeYän den
beroemden Eurangzeeb, als Opper-gfcbife-
^ der voorgefteldwas, wäar üit een I nland-
fcheOorlog Öntftaan i en waär op ver-
fcheide Veldflagen voorgevallert waren,
a l- t welke door beftel van den Vizir j
jibdul Chan, en ZynBroeder, Huffan Ali
Chan9 en door htin'groot vermögen zoo
verre gebragt wierd , dat Sajan Bbadur,
na -t kroonen van Nikosjeer, om ’tleven
gebragt , en de laatfte aldus als zeven-
tiende groote Mogol ftaande gebleven is.
\ In Wiens plaäts rtu, volgens de laatfte ty-
ding Mamuth Sjab regeerde als XVlIIde
Mogol , ; of de^i fte in rang.
H . . Ik moet hög met een letter hier Byvoe-
deMogol gen 5 dat ik alle dezegroote Mogols,
vaaTa- van Mier Almoer (of I'amerlaan) ar tot
merlaan Farocbsjeer toe , zeer net opzynHindbe-
ftanfch , icder op een byzonder groot
toe.ver- balf v$l, ’t gcenhieren daar zeer fraai
beeid verguld wasj verbeeld, en opmeer^dan
werden, eene wyze vertoond ’, by veribheidene
liefhebbers gezien heb 3 dog meeft alle
met een dubbele kring boven hunhoofd,
gelyk wy dezelvenu liier beichryven, om
te toonen, ^lE^wy niet die, maar
de wyze, na welke wy dezelve hier vo-
ren hebben afgebeeld, na önze gedagtet^
beft keurden. ’
Mier- Aimoeri die een zeer deftige en
te gelyk 00k een vriendelyk wezen had j
zat op een groote ftoel, leunende agter
tegen een kuflen. Hy had een geruit
kort boven-kleed aan, met een fter of
een roos op de borft, een ronde muts
met: een lyit met bellen op zyn hoofd,
en een körte fpies in zyn linkerhand, was
rond van aanzicht, zwart van oogen,
dik vanwinkbrääüw ; en met een knevel-
baard, gelykende daar een man van zeitig
jaar te zyn.
M Miroen Sjah, die mede zeer fraai, en
aangenaam van wezen was, zat 00k op
een ftoel, leunende 00k tegen een kuflen.
# Hy had een geftreepte tulband, of wel
een Diftar met veel vouwen op ’thöofd,
waar aan zig boven ’er uit als een ge-
vlamd o f gearaaid rond knodsje vertoon-
de. Zyn regier been zag men van zy-
nen ftoel af hangen, dog het linker lag
onder zyn lyf. Hy had een wit kleed
aan met een ly ft, waar op 3 of waar onder,
zieh door het bovenfte veel boc-
quetten vertoonden. Hy fcheen daar een
man van veertig jaar te zyn.
Mirzah Seyed zag men ftaan, zeer heer-
lyk op zyn Hindoeftans, in een kleed j
aat enkel goud laken fcheen, gekleed,
en bezigzynde, om naetzynpylenboog
I V . D e e l .
na een vogel ,- die zig'; niet verre van
daar vertoond, te fchieten. Hy gcleek
daar zeer deftig van wezen , en
een man yan drie a vier en dertig jaaren
te zyn.. Op zyn hoofd had hy een heer-
lyken Tulband met feen veder ’er agter af,
en met een fchoonen diamant ’ei- voor op. -
Om zyn hals had hy vericheide fnoeren
met gröote peerlen, en verfcheidc heerlyke
borft-cieraaden van diamanten.
.. PierMobhammdvertoonde zig op een
Sofa (of läge voet-bank met heerlyke ta-
pyten:; en kuflens van ftaat belegt) met
de beenen onder ’t liehaam , en was
zeer deftig van wezen , en redelyk oud
verbeeld j zoo dat hy my feheen al diep
in de yyftig jaaren te können haalen. ln
zyn-regterhand had hy een boge, en in
de linker een pyL Hy was in ’t wit gekleed
3 had een fnoer met peerlen om zyn
hals, die tot op zyn borft af hing, dog
zoodanigj dat zig op zyn borft, en als
in ,’t miaden van die afhangende peerlenj
drie groote roozen van zeer koftelyke
diamanten, de een boven de andere ver-
toonden. Hy had 00k eenTulband met
veel voüwen j dog zonder V.eder 3 op ’t
hoofd-. ' 7''
Äboefaid zat op een Sofa met vier voe-
ten, die men klaar zag, leunende met
zyn rüg tegen een koftelyk kuflen vol
ruiten, dog zöo, dat men, fchoon hy
op zyn Indiaanfeh z it, egter beide zyn
voetemnog pas buiten zyn liehaam onder
uit zieh'kan.- Men ziet 'heni-in een wit
neteldoek: kleed i met veel zwarte^vlek-
ken j by na als bocquetten , hier en daar
’er als bpgezaäid, t^rwyl .hy. een pater-
nofter, of een inöef, .in zyn linkerhand,
en iet anders j ’t geen men niet wel zieh
kon, inzynrechterhandhoud. Hyhecft
een: mutsrj gelyk als met toorn-kanten
van den ouden tyd, op j gelykende zeer
welfefen ouden Jood, die wat .mager en
kleen van: wezen is. Van zyn hals hangt
een keten met eenige koftelyke bofft-jur
weelen.
Sjeicb Omar zat op een ftoel met Zeven
trahen aan wederzyden.' Hy had een
fchoon kleed, met groote-donkere bocquetten
j aan, ftrekkende zyn linkerhand
gefloten zynde uit, terwyl zyn rechter
op de leuning van deze ftoel ruft. Ook
had hy een ronden witten platten Tulband
- met een Reigers veaer op zyn
hoofd. Zyn kleed was een heerlyke
opperrok met 4)ocquetten bezaaid , en
onder met een lyft j eh boven zoo längs
mede tot na beneden.. Dog ichynt bo>-
ven een drie. dubble fabel om zyn hals te
hebben. Hy geleek daar een man van
zeven ä agt en dertig jaar*;en glätt en
fraai van wezen te zyn j en had muilen
aan zyn voeten.
SjabBaboer zag men op eenSofa.Men zict '
Q.q alleen