
5 8 B E S C H R Y 1
zaal, dat egter alles,zoo als deVorftver-
fchenen is, op zyri afzonderlyke plaats,
daar hy alle de beraadflagingcn der Richters
aanhoord, ten eerfteri ophoud, zon-
rder dat men *t ininfte geluid meer ver-
neemd.
De gevangenen, die dan op een plaats
gebragc weiden, daar hy diegemakkelyk
zien kan werden op een zeer wreede wy-
ze behänd eld.
Men lluit hen in een blok,dat om den
hali niet alleen, maar ook zoodanig over
'de fchouders en armen gaat, dat zy die
'niet roeren können, waar byzomtydsnog
wel een blot aan de beenen volgt, dat
Zoo gefchikt is, dat zy maar even gaan,
en onmogelyk overeind ftaan können.
Zoo werden zy , als zy voor den Keizer
gebragt werden, als honden tegen de
grond geworpen, zonder dat z y hen roeren,
ofietzeggendurven, antwoordende
maar op’t geen hen gevraagd , endat dan
den Keizer, die’er pas dertig o f veertig
treden af is, door een Schout, ofbedien-
den, geduurig te kennen gegeven, ge-
lyk zoo een misdadigen ook gelegenheid
verleend werd, om zyn zaken te mögen
verdedigen, mits dat hy alles, ’tgeen hy
zegtjook bewyzen kan; want anders werd
hy ten eerften tot zöodanigen ftraf verwe-
Zen, als hy volgens ’s lands wetten, of
wyze, hoewel zulx meeft van ’s Keizers
wil af hangt, verdiend heeft; maar zoo de
getuigen van zynen aanklagtr.ook valich
bevonden werden, zoo ftaat hetzeerflegt
met de zelve, en de aangeklaagde werd
op vrye voeten gefteld.
Eer-dievery, overfpel met een getrouw-
de vrouw, huisbraak, verraad, quaadaar-
dig van den Vom te fprekfen , zyn misda-
den, die zonder genade met de dood ge-
ftraft, en waar over zommigc gefteenigt,
andere onthoofd, ook wel gevild,of ge-
krift werden.
Zoo iemand betrapt werd op een ’s anders
huis te beklimmen, en met diens flavin
re boeleeren, die werd een flaaf van
dien Heer, welkers flavin dit is, indien hy
een vry perfbon is. Vorder oordeelenzy
hoerery onder vrye lieden geen zaak van
belang, nog eenige ftraf waardig te zyn.
De Princen van den blo'ede werd zom-
tyds ook \vel toegeftaan met een kris in
de hand een tyger te bevegten. Overwind
hy dien , zoo behouwt hy *t leven.
Z y weten van geen beul,of fcherpreg-
ter; maar gebfuiken veel den Olifant in
des zelfc plaats, die de meefte misdadigen
ombrengtj ^e zelve in de lucht werpt,
op zyn tanden vahgt , en te pletteren
trap't. Veelen werden ook voor de tygers ge-
worpen : alle te zamen onmenfehelyke
ftraf-oeffeningen, en die by ons niet be-
kend zyn.
Ah de Keizer buiten verfchynt, om
r I N G E v a «
ov^r zakén des Ryks met zyri grooten teEn d«
fpreeken, Zyn Zyne Raden gewoori met^ks“
een diep ftìlzwygeri eerft te hòòren, Wat ü*
hy zegt, en hoe hy deze of gene Zaak
gaarne gedaan had, waar op zy alleten
eerften maar Ingge, dat is, ja , ’t is Zoo,
ö f dat is recht,dat moét zoo wez^n, zeg-
gen , zonder dat een van allen hemergens
iri dürft tegenfpreken, o f zòo , dat iemand
doet, die werd op een oogenwenk ,en in
èen oogenblik.uit de werrelt geholpen ,en
al was ny nog zòo groot, gekrift.
In zoo verrò dan werd die by hen de
verftandigfte gerekend , die den Keizer
meeft weet te vleien, en zieh ’t beft wagt,
om höm te mishagen.
Het is de gewoonte niet alleén aan^t ZynSp«,
Hof; maar ook in alle ftedeö, daar Pas- ßd gcvcj
cebaanen zyn, dat ’er alle.roaandag (die
zy Hari Itsneen,of den t Weeden dag noe-
men) in de Pascebaan niet alleen te pàard
gereden ; maar ook met de fpeer fpiegel-
gevegts-wyze, gevogten werd. Dit plagt
in oude tyden de algemeene dag,zop wel
Van den Keizer, als van de andere grooten
te zyn 3 dog nu is de zaturdäg’s Keizers
rendag , en op die dag mag dat nie-
mant anders doen.
Daar verfchynen dan aan ’t Hof wel
v y f o f zes honderd Ridders, ieder met
een fraei paart (daar zy groot werk van
maken)met een fraejenjavaanichen Zadel,
en aàn wederzyden ronde Ichilden, voor
körte ftieg-béugels, en op hun befte uit-
gedoft,dat is’t hair wel met oliebeimeert,
o f met bloemen befteken , en ’t ly f %el
met zandel-hout gewreven. Älwaar niet
alleen Jieden van ftaat ; ihaar ook degi òotfte
Hèeien van *t fand, ja de Keizer zelf
met zyn broeders en zooheh , gewoon
zyn te komen;, zoo om dat ver ma-
kelyk werk aan te zien , als ora zièh
en in 5t Ren perk en in die ftryden te
oeffenen , dat hy dan ook gemecnelyk
met.dezen engeenen Prinfen yandenüloe-
de, of met een van degfootften des Ryks
ondemeemt. ■
Alle de Grooten, die daar komen;'1 laten
ook hunneTifä’sen Gongen breh^n,
die ’er derhalven in een. groot getal zyn,
buiten welke de Keizer de zyné nÖg at-
zonderly k heeft. Deze Gongen Werden,
zeer zagt, ter tyd toe, dat de Vorft te
vootfehyn komt, geflagen. '
Het arfte dät inen dan1 dod^ h\ té
zien , of hy een Tufbant, o f een tbpjèòp
heeft, dat ieder aanftonds medeJ, otri Van
den ,‘Keizer daar in niet te verfchflleö, na-
volgt. Daar òp is ’er een geraas vani alle
die Gongen en Tifa’s Te-gdyk ,3triet ¿tll-
ken geweld, en afgtyflèlyk fterk gerain-
mel, dat *ef in de ganfehe Pascebaan' niet
*t minfte onderfchtiden gehoort kan werden.
Dan' ryd'de Vom de Pascebaan
eerft rond 'met efen groot getal Ridders,
g r 0 0 T
die alle te zamen den toom aaneen haak te-
gen hunnen buik vaft gemaalit, en in ieder
fiant een ftompe lande, vooraanmet
een pop bewonden, voeren, beftierende
het paard (ichöon ’t in een volle renloopt)
met een körte toom aan hun lyf, en met
de knien , aangezien zy meeft zeer vaft
te paard zitten. .
Als nu de Vqrft, o f een ander na hem,
iemand uitgedaagd heeft, ver volgt de uit-
gedaagde zynen uitdager, hem van agte-
ren, op de lengte van een lancio, inrei-
dende, dog de voorryder of uitdager, mede
wel argerecht, weert den .yer.vojger.
niet alleen af, belettende hem ¿00. na,dat
hy hèm een ftoot zou können toebrengen,
te körnen, maar brengt den zelven van ag-
tereii ook wel ftélcen me,........
Na aat zy nu dus aan ’t einde van .de
Renbaan gekomep. zyn .,: keerc zieh de
uitdager , | en ook de uirgedaagdé ,om, en
dan werd de laatfte even zòo van den uitdager,
alsr de verweerder bevorens, ver-
voJgt; eh dikwils in vollen ren zoodanig
dat hen het topje van ’t hoofd vliegt, getroffen,
ook beurt het wel. (dog zelden,
en dan is’er een groot gelag) dat zulkeen
Riddèr van zyn pàard aftuimelt.. Zy zullen
ook altyd, zoo véel als ’c mogelyk is,
niet lieden, ten naaften by van huri jarea,
en noit.pudq met. jongelingen, ftryden,
aangezien zy dit beneden hunne waardig-
heit agten.
.Niemand kan, zoo ras de Keizer ver-
ichenen is, uit de Pascebaan komen, of
om geen reden weer na buiten geraken,
"Z o o zy rondòm door een fterke wacht
bezet is , die laft heeft,' op lyf- ftraf, geen
een menich buiten te laten, maar die aan-
ftonds te fluiten, niet zware hekken van
Djati-hout,. buiten welke wel twintig dui-
zend Soldaten met pieken en fnaphanen
(die zy nu al mede gebruiken) naaukeurig
op alles'paffen, op dat ’er niet de minfte
wanordre voorvallen, en niets des Keizers
vermaak ftremmen mögt.
Zoodanig nu werd ’er van vier uuren
na de middag tot zes uuren , o f tot ’t val-
len van den avond gererid, en geftreden,
en dan gaat de Vorft daar ergens ontrent,
en alle de Grooten in een halve kring wat
van hem afzitten, houdende alle hun lan-
cien om hoogj daar hy dan nog eenigen
tyd met hen over ’c voorgevallene in de
Ren-baan fpreekt, waar na hy of weer na
zyn Hof keert, of ook wel eenige vanzy-
ne grooten daar heerlyk ter maaltyd ont-
haald, dat een groote eer voor hen is.
Ik zal’er hier niet meer van melden, al-
2»o wy elders van hun rennen, zoo als
ik het zelf gezien heb , breeder zullen
dpreeken.
Zyn bin- Het verdiendde gröotfte verwondering
nen-wagt. dat de ganfehe binnen-wagt des Keizer!
niet dan uit vrouwen beftaat, en dat ’er
J A V A . 59
in dat groot Hof ’s nachts geen een man,
dan de Keizer alleen, orider zoo veel wy-
ven is, die geoordeeld werden wel een getal
van 10000 uit te^maken.
Deze zyn niet alle zyne wyven, ofte
bywyven, maar werden meeft tot dienft
der zelve , om al het nodige tot hare en
zyne Hof-houding te verzorgen, gebruikr.
Van de zelve leggen ?er 3000 rondom en
längs de groote muur vari ’t Hof,.om die
te bewaken ,en te beletten, dat geen vrouwen
uitrhec Hof zich door lift na buiten
begeven, en ook geen mans, als op ’s Keizers
laft, in komen. Dit zyn meeft oude
vrouwen, die ook alle de poorten, en de
i ngangen?4er afgeflptene veitrekken bewa-
Over alle.deze vrouwen zyn gemeene-
lyk twee opperfte beftierfters,. die Njay’
Maas, en Njay Tsjela genaamd werden.
Buiten deze 3000 oude zyn’er nogpn-.-Vanvrou-
trent 3°PP middelbare j onge vrouwlieden,WCQ'
die maar alleen op’s Keizers gemalinnenen
bywyven paflen. Deze ftaan mede onder
die twee oude opper-vrou wen, voor zoo
verre het verlof van na buiten te mögen
gaan, betreft; dog verder niet.
Behalven deze zyn ’er nog wel 4000 3
die maar alleen tot deze en genehandwer-
ken van (pinnen, weven, borduuren, qae-
jen , fchilderen, enook in decombuizen,
o f keukens des Keizers, gebruikt werden;
hoewel zy 09k hare beurtenentydenheb-
ben, om uit te mögen gaan.
Daar en boven heeft de Keizer nog 400
van de fchoonfte vrou wlieden, die’er in’t
ganich Eiland tc vinden zyn, van welke,
gemeenelyk uit’s lands eerfte geflagten gekoren,
hy yier wettige vrouwen trouvvt.
Ie,4ef,yan;deze;heeft nog yo oföQvaniy-
ne bywyven onder zieh, die, hy, na zyn
welgevallen , dan by zyn eene, endan by
zyn andere gemalin plaatft.
Hy heeft ’er ook eenige, die hy meer Nadcr bc-
als alle zyne wyven bemind, en die hy der- ichreveu,
halven onder eenige andere oude vrouwen
daar hy geruft op is, fteld, waar benevens
hy nog 15-0 o f 200 maagden hcelt, die
hy dagelyks in ’t behandelen van de wa-
penen, in ’t.^ianflen, zingen, fpcelen, enz.
oeffenen doet, van-welke hem, als hy
uitgaat, altvd ten minften 30 ftuks ver-
gezelfchappen. Vier der zelve voeren pie- '
ken, en zyn gewoon, waar hy ook is, aan
zyn zyde te zitten. Zeftien metroersge- .
wapend, bezetten hem vanagteren, en
van ter zyden. De tien anderen dragen
hem zyn water-kruik, Tabak, Pinang-
roarje," een brandhout, zyn reukwerks-
kaffenr, zyn muilen, fchryf-gereedlchap
zonnefcherm, en wät dies meeris,na,zit-
tende.met het aangezicht nahem toe, ge-
lyk die andere 10 van hem afgewend zyn
om ’er op tc letten, dat niemand den KcizeroneetDiedigaanae,
en hem niets qnaads
genake. ' H , De .