
_• -Sjeich
; Ömar,
IVde
groote
Mogol.
Een zagt,
x8» L E V E
Ä. 1469. Zy warren zigook hier niet uit, die
met Catrou dezen Mohhammedph de Broe-;
der van Aboefaid Hellen j maar toonen
hier door, dat zy geen kennisvande Mo-
golfche zaaken hebben.
• Na Aboefaid, die zyn Nazaaten de
twee quade voorbeeldeti , van Broeders
te dooden, en niet de minfte vergelding
aan de belle dienaars te doen, naliet,
wierd A. 145p. doof zyn vyfde Zoon,
^rSjetcB Omar j"~ als zesde groote 'Mogol,
gevolgd, hem nu niet anders , als Gazne*
hem, Cabul, Sigiftan, Coralan, en ee-
nige andere Landen in Indien, overge-
laten hebbende, aangezien Oefim-Cafän,
en zyn Zoonen, zieh van het grootftc
Deel van Periien, en die verdre Landen
daar om ilreeks, meeftcr gemaakt hadden.
Dezen Sjeich (ofEerwaardigen) Omar^
eri vrede- .die 00k fomtyds wel Sjeich M irzah, dan
fevend weer eens Sjeich Omar Sjah, en in ibm-
0 * mige befehry vingen 00k vrcl Sjeich Hbar
med genaamd werd (hoeweldit een en
de zelve Perlbon is) werd als een zeer
yreedzaam, en zaqhtmoedig Vorft ,d ic
veel meer op. het yverig waamemenvan
W zyn Godsdienfty danop den ööilog, gißZet
was , van alledSeleSreven. 1
H y , te vreden mev de Rykeri ,'h em
door zyn Vader nagdlaten, bemöeide
zig-met gCeri nieuwe Landen te wirinen,
en liet niet alleen zyne nabuuren in ruft j
maar was zeff ook Zeer flap in;\’t .'invorderen
van zynejfchattingen: inTndien,
waar. door weer yeei Raja’s* eiilLapd-
voogden, als afvielen, levende weer na
hun oude wyze, als o f z y geen iPppef-
heer boven zieh erkenden. Ook viel hy
deonderdanen,, by welke hyzig ophield,
garifch niet hard~, ’r zy met hen zwaren
arbeid , en nog veel minder met hen
zware fehattingetr ©p te-leggen-}- maar
droeg zig ontrerit hieri.als ceti' Vader on-
trent zyn Rinderen, waarorahyookvan
alle, ’t zy Ondcrdanen, ’tz y Nabuuren,
zeer bemind was.
Onthoud - Hy onthield zig wel in Mawarulnahar,
zieh meeft maar voor al in. Samarcand,. een Stad,
teSamar- die naaft Balk de voomaarrifte van. het
^ * Uzbecs Tartaryen, b f Sjaehatay, eri in
ecri zeer vrugtbare .vlakte, aan een groote
Rievier y die ’er niet alleeubuiten om,
maar ook xriidden door loopt, gelegen
was.
Datnader*' Stad, die waardig was, om tot
befchre- een Hof-ftad gebruikt te werden , alzoo
yen werd. die door Mier 1'imoer niet alleen met alle
de lchatten van het Ooften en’t Weiten
verrykt, ' met een Heeirlyke Academie
(die nu nog zeer beroemd is) vercierd,
en. van hem tot een van de fchoonfte Steden
van Alien gemaakt, maar böven dien
van veel andre Vorften nog zeer verbe-
terd, en van zulken gematigde, zagte,
N " S D E R
en aangename lucht vootzien was, datA.14'9^
men geen- gezonder noch bekoorlyker
Landftreek, dan deze,. bewooflen kon,
waar toe de fehoone Thuinen en Hoven
daar rondom zeer veel toebrach-
ten. . • . m m : 1 \; j
Daar zyn ’er, die voorgevCri', dat
Alexander de Groote de zelve zou gebouwd,
en na zyn naamgenoemd hebben-, ’tgeen
hen, nevens andere Oofterfche grollen* .......
tot noch-toe tebewyzen -ftaat. — ~
In deze vermakelyke Stad bracht Zyntugt1
Sjeich Omar zyn meeften tyd in ruft door, voor de
makende vooral zyn werk ’er af, om de Möhham-
MohhammedaanTche Godsdienft^ 200 in^^/V
die plaats , daar ze nog Zoo fterk niet ^enih ,
doorgebroken was, als zyn ganfeh Ryk
door in Wat meer zuiverheit, dari bevo-
rens, met een weergadeloozen yver, en
nääuwe bezetheit des gemoeds, voortte
zetten, ’t geen mogelyk ook deoorzaalc
is, datmpn hem met den titel van Sjeich^
dat is, den eerwaardigen, vereerd heeft.
Ja hy geleek veel eer een Opper-Priefter,
als een Keizer, alzoo hy dagelyks met
een Priefter-fchaar omringd was, en ineer
tyd in de zaken van den Godsdienft, däri
van het R yk , döorbragt , door welken
^geduurigen omgangdeMohhammedaan- : :
I Iche Priefters ook een groot vennogen
op zynen geeft hadden.
Zyn verder tydverdryfWaS Doffers ääri t
te queeken , en tegen irialkanderen te verdryf
doen vechten j ten welken einde hy in met Do&
zyn Serrail twee duiven-kotten had laten f e a r
oprichten,- -op twee hoeken van een aar*
den wal ,. daar hy die gemakkelyk zieri
kon, en zeer lieht by zieh wift te lok*
keb i:le~
Hy was Pok gewppn ecri witte &tyne
Standaard, aan een langen bamboes vaff
gemaakt, in zyn hand te, houden,rondom
welke al die Doffers danvergadereri-
de ,j heen en weer vlogen, leydende hy
dien trop tegen een; andere aan, die dari
met een groote drift vpchten, waar toe
hen de Vorft met Zy.ü ftem4 en gebeer-
den, fterk aanzette.
. Op zekeren dag hier tiiede bezig zyndej Oorziak
veftigde hy zyn oogeri Zoo fterk opzulfcvanzyn
een trop . Doffers * dat hy niet eensdoodi
merkte, dat de borftwering van de wal
begon te waggelen* waar door hy vaü
boven-neder Hortende , de ©an van zyri
hoofd te berften viel, en daags ’er aan
quam te fteiven.
Dus onnoozel gmakte Sjeich Omar
aan zyn einde, die meel roem zou nageA
laten hebben, zoo hy,'die rondom zig
zeer oorlog-zugtige Princen had, met
het zwaardof een oorlogs-ftandaard in de
vuift,in plaats van met zulken duiven-ftan-
daard, geftorven was, daar, hy nii de .
naam Van een vadzig PrinS, die zig te
feekelagtig mec de zaaken van den
Gods*
g r o o t e M O G o t S i
K. 142J* Godsdienft, en te weinig met die
van het R yk , bemoeid had, naliet.
Hy had 16 jaarengeregeerd , enftierf
I %7’
A- 14p)*. Wy vertoonen hier zyne beel-
tenis onder No. 6.
Zyn Zoon Sjah Baboer, quam in ’t A. 149?;
zelve1 jaar hem op den Throon van Hin- sJ*llßa“
doeibm^ als zevende groote Mogol, te viwe
volgerii Groote
Mogol.
Dé groote ruft, die zyri onderzaateri,
by ’t leven, van zyn Vader, genoten hadden,
wasoorzaak, dat die dappéreTar-
taarbn , die onder Aboefaid nog zulke
groote dadén verrigt, en de luifter van
Mier Timoer weer opgehelderd hadden,
nu zoo lafhertig j én vcrwyfd, door zoo
langen vadzigheit geworden waren, dat
zy zig niet in ftaat vonden j om hun eigen
grenfen te bewaren, wel verre van
andere Landen te veroveren.
Sjahbek-Chan, (die ook wel Tfeer-Chan
genaamd werd) Zgon van Uzbcc-Chan $
nog gédagtig aan de ondankbaarhéid, en
imaad, die Aboefaid zynen Vader, in ’t
liftig wegnemen van Samarcand, aangc-
daan had, niettegenítaande hy even zoo
fterk, als hy , tot het bezit van die aän-
zienlyke Stad geregtigd was, begon, in
zyn herte een nieuwe luft té voelen,
zoo, om die ichend-daad aan zyn laf-
hertige nazaaten te wreeken, als om te
gelyk zyn heerfchzugt, door ’t verove-
reo dier Stadt,te voldoen.
t fy Verfcheen daiij A. iyö o , na dat xverdat
Baboer f jaaren ruft gehad had, met een Tartaa-
aanzierielyk leger voor Samarcand, enryen
bevond de Tartäären. Zoo lafhartig ,dat verdrc’:
zy tön eerften voor hem weeken, zonder yen* *
by ria iets verrigt te hebben ; want
fchoon Sjah Baboer, hun Veldheer, nog al
eenige moed vertdonde, was hy niet
in ftaat, om voor zynen vyand te be-
itäan , örii dat de zynen hem trouwloos
verlietcn , waar door hy geflagen * enge-
dwongeri wierd na Gazna, een Stad op
de grenfen van Tartaryen, na de kant
van Indien te vlugten, en ganfeh Tarta-
ryeft te verlaten.
Dees eene nederlaag aan de eene, eri gerite
overwinning aan de andre kant, ley ,de,grond tot
eerfte grond, zoo,- tot het regte R yk het Ryk
der heaendaagfehe groote Mogols, die
magtige Keizers van Indien, als tot dat ^
magtig Vorftendom der Hedensdaagfchp
Uzbeecfe Tartaaren. . f
Sjah Baboer wierd niet alleen Zeer SjahBa-
fchandelyk verdreveri', maar door ’t ge-^dykiT
A * i ftaat»