
1 4 8 L JE V E
JL1654. ieder <fc Kroon voor zig zelven zockende
,_„v vergaderden , niet alleen hunne
troepen, gelyk zy die, eniederzynaan-
fcangers onder de Hovelingen, d lang
op hun hand hadden, maar quamen 00k
openbaar met de zelve tc veldj hoewel
ieder onder een byzonder vporwendzel.
SjahSoufit De eerfte, die met zyn Leger tevoor-
ifgebceld fchyn quam, was Sulthaan Sou/a,
o f de tweede Zoon £ voorgevende ,
dat Sjah Djibaän al dood, Dar a
Sjekoeh de kroon pnwaardig, en. hy
derhilven de naafte daar toe was. W y
beeiden dien Prins na het leven af by de a
letter C. • 54-
, Eurangzeeb hield zig in ’ t openbaar Lift, ea
ftil, terwyl hy zig heimelyk by zyne^^’ng
vrienden fterk enbemind maakte. vanEu-
- Hy o'ctibooàMoraad Beg, zyn jongfteii1*"^
Broeder,op zekere plants ftil by z ig , zei
tegen hem, dat hun Vader niet dood wasj
maar van hun oudften Broeder gevangen
gehouden . wierd j en dat het om. wraak
tot God riep, zulks té dulden 5 hoewel
hy geloofde, dat Sjah Djihaan nier läng'
leven j en dit beílerven zoü.
m ^ een K afir, a ja o souja een Ketter j
van’t Perfiaanfch Moorfch geloove, en
dierhalven, dat,gcen van beide waardig
¿ynde zoo grbot Ryk te beftieren, niemand
dan hy {'Moraad Beg) tdt de kroon
geregtigd was , aangezien Hy die voor
zig zelven niet begcerde, bn maar als een
Fakierj o f Bedcl-Munnik,zyn levefi in
ftilheit ten einde tebrengen, dog^om
de geregtigheit van zyn fcäak, en voor
*t welweieh van’t R y k , a l,’t geen hy
had, voor zyn Broeders redit opzetteri
wilde, öm hem tegen beide deate Broeders
de kroon te helpen winnen, en
zig dan geheel en al aan zyn Godsdierift
Over te gevcn, en op de ftaat van zyrt
Ropyen
aan Moraad Beg verzegelde. Hier
mede wiegde hy hem, en vele van 2yne
vrienden, voor een langen tyd in ilaap,
terwyl Sjab Soufa de gordyn Vandit too-
neel begon op te fchuiven.
Eurangzeeb trok zyn Leger, onder de Zi, "
naam dat npt voor Moraad Beg was, by Moraad
een, en gäfin ’t eerft vobrj dat zy naBegver-
Agra trekken wilden, om hunnen Va-^31“ ^-
der, die Dara Sjekoeh Zoo ichendig in
zyn ziekte gevangen hield, te verloflen,
een daad, die ieaer ten hemel toe prees.
Dezen Moraad ul Beg beeiden wy af by
de letter D.
Ondertuflchen zönd Ky zyneri oiidftc’n
Zoon,
«
Á.IÓJ4*
Eurangzccb’sverdereliftige
handcl
metEmier
Sumía,
dienhy
bctrekt.
G R O O T E
Zoon, Sulthaan Mohhammed, zeer ftü
na Kaliane, om den Nabab^Emier Jem-
la% tc verzoeken dat beleg te verlaten,
en met zyn troepen hem te komen ver-
' fterken, om zynen gevangen Vader uit
handen van Dara Sjekoeh, dien ontaarden ,
te verloflen. «
DcNabab gafdeti jongen Prins tot ant-
woord , dat hy dît niet dorft beftaan,
(hoewel zyn hart geheel en al voor Eu- ,
rangzeeb was) om dat zyn Vrouw, en :
Kinderen, welke Dara Sjekoeh nog gevangen
hield,’ dan aanftonds ftonden ge-
dood te werden-,, en dat hy hem dierhalven
by zyn Vader tot een beter tyd
voor als nog veröntfchuldigen, maar on-
dertuflchen, zoo ras hy maar eenigeho-
pe tot vryhéit voor zyn huisgezin zag,
hem Vän zyn opregte genegenheit verze-
kerén Wilde.
De jonge Prins, in die verontfchuldi-
ging veel billykheit vindende, liet zig
aäar mede afzetten 3 màar Eurangzeeb ^
hier mede niet té vréde* zond ’er zyn
tweeden Zoori, Sulthaan Mazum, na toe,
die hem bewoog, om, na ’t veroveren
van Kaliane, hem met zyn magt te komen
byfpringen j waar over Sulthaan
'Mohhammed den Nabab altyd met een
dwars 00g aangezien beeft, vermits hy
op zyn verzoek niet afgekomen was.
Hy wierd van Eurangzeeb in ’t eeril te
Doltabat zeer minnelyk ontfàngen , ja
niet dan Mier Baba, en Baba-Gi, datis,
fnyn Vader den Hertog, en Heer Vader,
genaamd } maar het duurde niet lang, of
hy floeg hem ;n ’t midden. van al deze
vlcijeryen op een tyd voor, o f ’t niet
het zekerfte Voor zyn ganfeh huisgezin
was (tegen ’t welk Dara Sjekoeh anders
. ichrikkelyk woeden zou) dat hy zig van
hem, als ’t wäre , gevangen nemen liet j
om' Dara Sjekoeh dus te blindhokken,
en heni allen fehyô, van dat Ky hem hielp,
te benemen, ter tyd tôèj dat h y , bly-
vehde hunrie vriendichap de zelvè, met
hun beider troepen Dara Sjekoeh over-
Wonnen, en Zyn huisgezin Uit zyn hand
•verloft zou hebben.
De löoze Nabab, die wel zag, waar
hy heen wilde , en die 00k wel rieken
kon, dat hy dog al gevangen was, zei j
van twee 4uadcn ’t befté kiezetide, dat
hem dit zeer wel dagt uitgevonden j *t
geen egter geenzins belette j dat Dara
-Sjekoeh , die dit voor geen rein werk
hield, razendc en vloekende opdenAfo-
bab, dit op zyn ganfeh huisgezin wree-
ken, zyn Zoon ombrengen, en zyn
Vrouw en Dogters in *t openbaar op de
Meydaan, ofBazai*, van’toolykfteuit-
Tchot wilde laten verkragten ; maar Sjab
Djibaan nog grooter gevaar hier inzien-
dc, zette hem ter neaer.
Ondertuflchen had Moraad Beg zig met
M O G O L S , 149
zynen aanhang niet alleen meefter van de XA,
Provintie Guzerattegemaakt, maarzak-
te met zyn Leger 00k af, om met dat
van Eurangzeeb te vereenigen.
Ten Hoof maakte men egter de mec-
fte toebereidzelen, om eerit Sjah Soufa\
die met zyn Leger het iiaafte by was,
tegen te gaan. ^ ... -
Daiir waren ’er, die meenden , dat ’tSjah Dji,
beft zou geweeft zyn, dat Sjah Djibaan,'*
die nu aan de beter hand j en weder in.??^?*m?a
flaat was , zig maar in het Leger vertoon- t£ Cn Siali
de, en dat Sjah Soufa, hem in ’t leven Souö op-
ziende; het niet in zyn gedagtenzou heb- «idiah,
ben durven nemen j dm te haderen,1 o f
iet verderüit te voeren; en Sjab'0jßaan
zelf was däar. toe bot wel äinegetf j-maar'
Dara Sjekoeh tade dit zyn Vatßr vdllco-'
men «^Jen’m en'Vobdemde^rk'b^;^'
leiman Sjekoeh, den oudften Zoon van Sül-
thaän Dara Sjekoeh, een Prins van. vyf-
entwintig jafen , met een Leger tegen
Sjah Soüfaae zenderi ,' hem den Raja
Jejßinghe, een zeer voorzigtigVoril,by
te voegen, en hem te belalten een veltt
dag, zoo lang als *t mogelyk was, te
ontwyken.
Men nam dit aan j en hy trok heni’ Dic h ^
tot by Haläbas tegen; maar die jonge op de
Prins quam zoo ras niet in zyn gezigt.vlugt
o f levetde hem, iooder w'dfea Ä jü i* “ 11 •
eens te lüifteren'; flag, endreefhemop
de vlugta
Dit deed zig byzonder wel op; maar Banne'-
ondertuflchen naderde Eurangzeeb ook zccb.m
met. zyn Broeder Moraad Beg, "en hun Moraad
vereenigd teg er }' allenskens’ na A'gra. ? cS.flaau
Men zond hem voor eerli den
fimfeingue met eenige troepen tegert 5 dog feiiigue.
hy wierd in de vlugt ge ilagen zo o d^t
hy zig genoodzaakt vond met. zeer Wd-
.n*Serl v.i?n zynen, om Zyn leven te bergen,
na een van zyn veftibgen j daar zyn
Gemahn op wasj fchiandelyk te vlug»
ten.
De Vbrftmj nä dcn äard der inl^ -
ders , een zeer moedige ^röü\v:, eri rföti
op haaren beroemden Vader, den Raäja
Ecina , die haar altyd'ihdrükzeleh van
dapperheit eii edelmoedigheit gege-
ven had, kon den hoon , die haar Ge-
maal, haar en haar Gelingt hier mede
aand^ed, niet ongewroken verzweigen.
Z y zag hem wel te poil komen aanvlug^
ten, maar gebood aanftonds de poort
van de veftmg hem voör den neus te doen
fluiten.
Hy gebood zyn volk de Poort, alshy Dieva_
’er voorquain, te openen 5 dog kreeg tot de Konin-
antwoord, dat de Vorftin belaft had, ^nne
de Poort te fluiten, endie, tot naderfle8tpnN
laß, niet te openen, en dat, als men
haar zeide, dat de Vorft zelf vöot* de
Poort was j zy^ dat niet geloöven wilde,
alzoo haar Geiiiaäl niet gewoon was te
I i vlug