
TWE E D E HOOFDSTUK.
INwoonders dex.tr ft ad. Getal en foorten van ingezetenen. D t dienaars der E. Maat-
/chappy albier. Haar Edelbeden. De Landvoogden. De Ràaden. De vierOffi-
eieren des Gerichts. Opperkooplieden des kafteels. Predicant en. Kapiteins. DeKoop-
Heden. De Onderkooplieden. Inkomen dezer bedienden. Ly ft van ’/ geen een Raad
van Indien uit bet pakbuis trekt. Vry-borgers. De Cbineezen. JVat nuttigbeitzy
geven. Nuttigbeid van ’/ inkomen der Jonken. Groot getal der Cbineezen hier. Goede
ordre daar iegen. Onveilig gaan's avonds. Ordre daar tegen gefteld. Hunfmok-
kelen met fpeceryen. iVajangs, en nieutv-jaar. Pelo-vaart. Tempel. Priefters.
Teekening van de intrede en beeiden in dex.en Tempel. Hun trouwen. En andre aan-
merkingen. Ferdre ingezetenen, en bun bedry f. Vifcb. Gevogelte. Groente, en aard-
vrugten. Boom-vrugten. Bloemen. Ongedierten. En andere dieren.
En zou niet gelooven, dat ’er in
deze ftad, en in harc voorfteden,
zoo veel ingezetenen waren, als
Jnwoon-
ders dpzer
ib d . M i
’er in der daad wel zyn.
Hier werd jaarlyks byde Wykmeefters
een opneming van de lieden,totiederwyk
behoorende, gedaan, en daar uit dan te
Tarnen een zielbefchryving gemaakt,om ’t
net getal der ingezetenen te können weten.
<3cial, cu By de fchetzen daar van eenige jaaren
foorten van aan den anderen gemaakt", zief men dac de.
ingczetc- hoogfte jaaitfn'pas tuflcheti.de drieof vier
aen* en dertig duizend zielen in die tyd uitle-
verden; dog zedert zyn de Chineezen hier
zoodanig toegenomen (behalven dat de
helft’er af zieh niet aangeven, en dat ook
Zedert de andere huisgezinnen merkelyk
aangewaflehen zyn) dat ik niet geloove
buiten de waarheid te zullen gaan, indien
ik ’t getal der zielen jegenwoordigop hon-
derd duizend buiten en binnen de (lad,zoo
als zy nu is, begroote.
Men heeft hier Nederlanders, Engelzen,
Portugeezen (die’ermet hunfehepen
komen) Mixticen', Mardykers, Chineezen,
Armeniers, Perfiaanen, Mooren of
Mogolders, Bengalers, Timoreezen, Ton-
kinders, Siammers, Arrakanders, Javaa-
nen, Macafläaren, Amboineezen, Banda-
neezen, Ternataanen, Maleyers, Baliers,
Sumatraanen, Bomeers, en een menigte
van andere ingezetenen, die een zeer groot
leven aan deze ftad toebrengen, en een on-
gemeenen grooten handel daar in dryveo.
Om nu inet eenige ordre over devoor-
naamfte van deze volkeren, en vboral in
qpzicht van de Nederlanders, en de Chineezen
, -die wel de meefte betrekking tot
deze ftad hebben, te fpreken , zullen wy
voor af van de Nederlanders zeggen, diat
men die,öf als dienaars van de E. Maatfchappy,
of als vryeliedenenborgersmoet
aanmerken.
Haar Edel- De bedienden yan de E. Maatfchappy
Heden. zyn deze: De Opperlandvoogd (gemee-
nelyk de Gouverneur Generaal, orwelde
HeerGeneraalgenaamd.) DealgemeeneBe- |
ftierder yan den handel van Indien (anders
Dienaars
der E.
Maatfchappy.
Dire&eur Generaal.) Devyfverdereordi-
naris en ftemmende, en een wel cer niet
dog nu medeftemmende ordinaris Raad, die
voorzitter van den Raad van Juftitic is,
benevens nog zes o f zeven extraordinaris
Raaden van Indien, die maar eenraadge-
vende, en geen befluitende ftem hebben,
by de welke gemeenelyk de Geheimfchry-
ver van haar Edelheden (als tot dieverga-
dering behoorende) gevoegd werd.
Naaft deze volgen in rang de oude Land- De Landvoogden
, o f Dire&euren, die daar zouden TOOSden.
mögen zyn.
Daar na de Raaden van Juftitie van ’t De Raaden
kafteel Batavia, die, behalven hunnen v o o r -^ cvier
a t ta nog negen in goal zyn. Warna ¡ g g g , ;
de Advocaat riicaal, alzoo de Baillu, en
de Land-droft borger-bedieningen zyn,
van welke de eerfte voor den Water-Fifcaal
gaat, en de andere hem in rang volgt.
Na de zelve de twee Opperkooplieden pppe*-
van ’t kafteel. Zy plagten volgens befluit
van haar Edelheden van den 3 O&ober ftcels."
67 8 naaft den algemeenen Ontfanger te
gaan* dog volgens befluit van den 24 May
1684 zyn zy boven alle onafbangende Vbbr-
zitters, en Buiten-dirc&eurs, op Batavia
woonende, gefteld ; dog nu gaan zy (zoo
ik zie) na den Ontfanger.
Daar na komen anders de algemeene
Ontfanger , de algemeene Boekhouder,
de algemeene Vifitateur, de Majoor '(of
’t Hoofd der krygs-magt van Indien)^ en
de Equipagie - Meefter (anders de Bevel-
hebber yan de werf genaamd) van welke
v yf de oudfte in dienft zynde, eigentlyk
in fang van ouds voorging. Daar na de
Majoor der Artillery,«» Ingenieur en be»
ftierder van de zaken ontrent hetbouwen
van ftefkten.
Na de zelve de Opperhoofden van Japan
, die gemeenelyk ewee-in getal zyn ;
dan ’t Qpperhööfd van *c Soldy-eotnptoir,
o f ook wel de Sjahbandar en Licentmee-
fter, alle de welke Opperkooplieden zyn; •
als mede de Konftapel Majoor, Fabryk,
de Baas op Onruft, en de Opper-opzien-
der en waamemer van den algemeenen ge-
De Predi«
kanten.
Kapiteins.
De Koop*
lhdea.
B A T 'f i
nees-winkel van Indien; nevens nog twee I
o f drie ledig-loopendeOpperkooplieden. !
De Heeren Predikanten, van welke ’er
vyf in ’t N ederduitfch, drie in ’t Portu-
geefch, twee in ’t Maleits, en eeo op On*
ruft in ’t Nederduitfch, prediken, behalven
dat ’er gemeenelyk nog wel vier o f vyf
predikanten zyn, daar van buiten eerft aan-
gekomen, die by ziekten der vafte Pre-
dikanten, en by andere voorvallen, haar
Eerw. wel onderfchragen.
De Kapitein van ’t kafteel, de Stal-
meeftervan zyn Edelheid, en nog vier andere
Kapireinen van de vier poorten der
L V I A. »45
benevens den Timmerman, Loodgieter»
Metzelaar, Smit, en den Steen-en Beeid-
houder in ’t ambagfs-quartier.
• De baas kruit-maker , de opziender
der moolen-werken , en de baas-boek-
binder.
ftad, alzoo’er aan ieder poort een met een
vaandel Soldaaten legt, en de Kapitein
van het Vierkant.
Daar na volgen een groote menigtevan
Kooplieden, als de Geheimichryver van
den Raad des Gerichts. O f die der Sche-
penen, die een bediende der E. Maatfchappy
is, gelyk ook die der -Weesmeefteren, en
Heemraaden, dat wete njet recht, hoewel
het tegendeel naaft geloove, alzoo dit
borgerlyke vergaderingen zyn. De ge-
Zworen of eerlte klerk ter Secretary of
peheime-fchr.v£>kaDa«gv^vata. h:iar
den ,'^ e Koöpman in ’t graan-paknuls^,
de eerfte Difpenfier, ofte opziender van
’ t drank-pakhuis, de eerfte Winkelier,de
eerfte Caflier, de Vifitateur der ibbeeps-
boeken, de Logie-Boekhouder, de Sol-
dy- of Guarnizoen* Boekhouder, de eerfte
opziender in .de Weft-zydze pakhui-
zen, de eerfte opziender der pakhuizen
öp Onruft , de Equipagie-Boekhouder,
de tweede van Japan (hoedanige ’er twee
zyn) de Negotie-Boekhouder, de eerfte in
*t yzer pakhuisjde eerfte in’t zuiker-pak-
huis, de eerfte öp ’t comptoir der algemeene
vifite, de Fa&uur-Boekhouder op
*t Negotie-comptoir, de behandelaar en
Commifläris der Inlanders, de Boekhouder
van de Inlandfche Jcrygsmagt, de
Gaffier der koft penningen, die maande-
iyks aan alle de dienaaren betaald werden,
de Boekhouder van ’t ambagts-qüartier,
de Maleitfche Tolk, de eerfte bediende
onder den algemeenen Boekhouder, be-
halven nog twee of drie Kooplieden, die
gpen vafte bediening hebben,waarbyook
behooren, de twee onder Equipagie-mee-
fters, zoo op de werf, als op ’t Eiland E-
dam, en die op ’t Eiland Onruft.
Onder die behooren mede de Opper-
wondheeler van 't kafteel,de drie Wond-
heelers van ’tGafthuis, met den binnen-
beftierder van ’t zelve, de Wondheeler
van ’t Vierkant, van 't ambagts-quartier
van de Rotterdammer- en van de Utregt-
ae poort, een op dekruit-moolen,eenop
’fcEiland Onruft, en op ’t Eiland Edam.
_De Baas van de wapen-kamer, en de
Timmerman, Kuiper, Zeilmaker, Kaar-
temaker, Smit en Blok-makeropde werf,
De Kapitein-Luitenants aandeNieuw-
poort, op Jakatra, en Angkee.
De Luitenants in/t kafteel, vier aan de
vier poorten, die aan ’t Vierkant, en op
Angkee.
De Landmeter,die ook Roy-en Keur-
meefter van de kalk en fteen is, cn de
Opperftierman op de werf.
Na de zelve volgen de Onderkooplic- Ond#r-
den met vafte bedieningen, als, de twee-^°°Plie*
de DifpenGer, de tweede in de weft-zyd-
ze, de tweede in de pakhuizen op Onruft,
de Pakhüis-meefter indeWater-poort,die
in het nieuw-kleeden-pakhuis, de kleene
Winkelier, de Caflier van den algemeenen
ontfeng (anders de Caflier van *t Vierkant
genaamd) de tweede in de groote win-
kel, de tweede in de grootekas,detwee-
de in ’t yzer-pakhuis, de tweede in het
graan- o f ryft-pakhuis, de tweede op ’t
algemeene vifite-comptoir, de tweede op
. de- Boekhouder van
*t Gafthuis, de Boebbouder op ’t comptoir
van den Equipagiemeefter van de wer f,
de Boekhouder van de artillery, de o-
verdrager op ’t Equipagie-comptoir, nog
drie Onderkooplieden op ’t Comptoir Generaal,
de Jqumaalfchryver, overdrager ,
en pakhuis-boekhouder, op 't Negotie-
comptoir , de Journaal-fchryver op het
Gomptoir-generaal, de Boekhouder van
de wapen-kamer, nog twee Tolken in de
Maleitfche (de een een Holländer, en de
ander een Inländer) en een in de javaan-
fche taal. Drie Eflajeurs (of metaal-proe-
vers ) de gezworen klerk- ter gebeimka-
mer van den Raad des Gerichts, die van
de Schepenen, en die van de Weesmeefteren}
buiten de welke’er nog weltwin-
tig ledigloopende zyn, die geen bediening,
en dan ook geen ander inkomen, dan hun
bloote foldy van 40 gl. ’s maands hebben.
Daar na volgen de Vaandrigs, vier in
*t kafteel , de Hofmeefter van zvn Edelheid,
drie Vaandrigs aan ’t Vierkant, drie
aan drie poorten, en drie aan de Rotter-
dammer-poort, een op Jakatra, een op
Tangerang, en een op Tandjong Poera.
Daar beneven nog agt gemeeneklerken
ter geheime fchryf-kamer harer Edelheden,
twee klerken by zyn Edelheid, en
een by den Heer voorzitter van den Raad
des Gerichts.
Voeg hier by den overdrager in deLo-
gie, en een op ’t Soldy-comptoir; een in
het Gafthuis, zes boomwagters, en een
Guarnizoen enSoldy-fchryver.
De twee beftierders van ’t Spinhuis,de
beftierder van ’t Lazarus-huis op Purme-
H h 1 r yent,