
A.iyxo. fche Compagnie het beftier der
. gfl^saken alhier by proviiie waargc-
nomen hcbbende, nevens den der-
den van de Engelfchen, Mr. J5ir-
nard Whayt, en den E. Independent
Fifcaal, Joban Diodati.
3 j\ Een dito met den Franfchen Se-
cretaris, Monfi. Parthon, enden
Engelfchen dito, Mtt Thomas Vif-
fcber i den Raad 1‘homas Febosj
en den Koopman Bernard.
36. Een dito met drie Franfche Paters,
benevens denOnder-Koop-
man, Jean Ricotier.
37* Een dito van de Engelfchen, waar
in zieh bevondendeEngelfcheen
Franfche Caffiers, Eflrouth, en
Laciaterrie, nevens den Onder-
Koopman, Frederik Dudde.
38. Een Engelfche dito, waar in zaten,
het Brotsja’s Opperhoofd,
Dirk Huizingveld, dp Onder-
Koopman, en Secretaris j Pieter
Appels, nevens twee Franfche
Officiers.
39. Een Franfche koets, waar in waren
de Onder-Koopman en Caf-
- fier, Otto Cloot, nevens den Afli-
ftent, Simon Diodati, en eenige
andre vrienden.
40. Een Inlandfche vier-wielde dito,
waar in eenige Armenifche Koop-
lieden zaten.
41. Een koets j met noch eenige andre
Armenifche Kooplieden.
42. Een dito, met noch eenige andre
dito., dito. ...
43. Eien-dito, met noch eenige andre
dito. dito 5 waar op volgden
44. Verfcheide vrienden te paard, en
eindelyk.
45. Een Olifant in den rouw, op welke
zat het Hoofd der Carnaks,
genaamd Doos^ längs den gehep-
len weg onder de armemenfehen
py zen (zeker foort van Perfiaanfch
koper geldj by na als koperedui-
ten; uitftrooijende.
Het L yk wierd, onder het fchieten
van drie ehergies der Compagnies Mili-
tairen, geiet in her Graf van Wylen den
Edelen Heer Commiflaris Generaal, Henrik
Adriaan van Riede j G. G.
• De geheele Trein was zecr wel ge-
reguleerd, en gefchiedde alles van diftan-
tie tot diftantie in zoo fraaijen ordre, dat
alle de hier zyttde Natien daar over ver-
Wonderd fcheenen te zyn, ftrekkende
zieh de zelve van ’s Compagnies Logie •
tot voor by de Alfandigo, in het paflee-
ren zag men, dat zelf veelen onder de i
Heidenen dit droevig verlies dcploreer-
den, en beweenden.
De afmarfch van gemelden Trein ge-
fchiede in even de zelve ordre, dog alleen
met dit verfchil, dat de flip-dragers Ä I . n
benevens de dragers van het Lyk van zyn '
Ed. Agtbd. Zalr. te paard , zieh achter
den voorfz. Trein^begaven, en alzooqua-
meri te fluiten 5 waar op de vrienden, na .
gewoonte, in het Sterf-huis genoodigd,
en aldaar eenigen tyd met ftigtelyke dif-
courzen onderhouaen wierden.
Schoon dezc Heer nu overleden was,
nam egter de Ambafïàde hären voort-
gang-
A . 1711 ging in plaats van de Heer HetGc-
Bezuijen als Gezant na dezen zelven zantfehap
Vorftj Sjah Aalem Bhadur, de H e e r ,^
Joban Jofua Ketelaar, te diér tyd in„dienft teja”
dezét Maatfchappy, Dirc£teur vaü den Sjah Aa-
handel in Suratte zynde, wellte Ambaflà-lem A.
de wy bÿ forme van een dag-regifter in I7n;
al haare omftandigheden zullen Defchry-
ven.
- Deze Heer reisde eerft anderhalve
maand, of i fo mylen verre van Agrana
de éertyds Keizerlyke Stad Lahor, daar
de Vom met zyn Leger lag, en quam
daar den roden December, tot op 6 cos,
o f drie mylen naby.
; Hy vond deze vermaarde en äloude Zynvcr-
Stad in de Provintie Panfchaap, längs de trek van
breede, en vifch-ryké Rievicr R a r y ,d ie^ ana
majur van kleene vaartuigen kan bevaren or*
werden, gelegen, quam verder by een
Sarai Chan Channa, al waar hy zyn Campement
formeeren dede.
In de voornagt wierd diè Heër door
eenColyk, alzoo ’t zeèr koudwas^ aan-
getaft. , , , iä /
Den i i den dito trok hy în Bat Loge- ¿ h m
ment, waar in nog eeirig volk van denhyzeer ■
Piins„ÿ ___ . , A'zem^ was, en kreegwe^ont*
die Heer des namiddags veel Vaderland-
fche ftuitagien van pfceren, appcIen,gra-WCr ‘
naten, enz. j door befiel, en uit naam,
van zdkere Hof-Jufirdüw , Donna Juliana
Dias Da Cofia., Gouvernante van ’s
Vorfien Vrouwen-huis j een Dame van
groot vermögen by den grooten Mogol j
e'n den Hollanders zd6f genegen.
Zy zönd hem 00k eenige paarden^ met
bfelofte van ’er morgen meer tot zyne
inhaling te zullen zenden.
Den izden dito kreeg hy door een
Mancepdaar, Mahhmud l ’ecky Chan genaamd,
üit ’s -Keizers naain berigt,r dat
hy daags ’er aan döor een der voornaam-
fle Omrah’s j met prägt zoü ingehaald
werden , gelyk Öok kort daar na die
Mancepdaar, met den KeizcrlykenLyf-
Arts, ae Heer Martynj by hem quam,
inet noch wel deriig Chriftenen van ver-
fcheide Natien 3 om hem te verwelko-
inen, en te vergezellen.
Den 13 dito quam by hem de Om-
rah, Hat tum Beek Chan, om zyn Ed. met
500 ruiters, en zoo veel voetknegten,
na het Leger te leiden.
Ar-17 I t
Statclyke
jntrede
van de
HeerGe-
zantna
het Leger
van Sjah
Aalem*
. Hy had een Olifant van Staat, benevens
vier groote, en veel kleene vaan-
déls van Witte en groene zyde, en vier
#andaarden van groene zyde, en .met
goud geborduurd , by zieh 5 den welken
de Heer Gezant tegen, zpnd den Heer ,
Rogier Beerenaard, .Koopman in .dienlt
der E, iylaatfehappy , en .den Onder-
Koopmän, Dirk Huißnkveld, nevens den
Gpheimfchnrver, H e r man Bruinink, om
hem'te ontfangen, en by zieh te bren-
gen.
Deze Heer quam met zyn Çredèn-
tiaal, en zeide van den Keizergezpnden
te zyn, pm hem in het Leger tebrengen,
waar op ,de Heer Gezant een zçer be-
leefd antwoord ga£,' na het welke de
Omrah voomd. affcheid nam, en na zyn
tent, büiten de Sarai opgeflagen, ver-
trok.
. In het • Leger onthielden zieh een Ar-
menifch Bifîçhop, en eenige Jefuiten,
die den Heer Gezant mede quamen ver-
welkomen.
Den i4den dito ten negen uurennam
de marfch, o f intrede van den Heer Gezant
na het Leger t in dezer voegen met
veel flatie zyn aanvang;
1. Voor uit ging een Olifant van Staat
met een groeà lakens dek-kleed,
.welkers zoomen rondom met rood
laken bezet waren, en waar opeen
groen, en wit zyde vaandel, ter
itaathouding*vaa»deQ»voomAenr^n-
,~ ~marau-9 (of Omrah) gevoerd wierd.
2. Vertoonden zieh veel kleene vaan-
'delkens aan vuur-pylen van groene
en witte zyde nevens de Pions, o f
het voetvolk.van.dcn Ammaräu.
3. Z.ag men efen groote fchenkagie* Olifant
van de E. Maatfchappy voor
den Keizer, overdekt met een goud
lakens kleed,. waar op al de andre
fchenkagie-ditoos in eenrei aan mal-
kanderen volgden , . overdekt met
1 groene en rooai? lakenfe dek-kleeden,
- . .en op elk der zçlye een Granadier,
en achter de zelye de opzienderder
Olifanten te paard.
4 . Volgden vier groote vaandels der.E.
Maatfchappy, en veertig vuur-pylen
ditoos, enççnketel-trom-flagcr
.. . f te paard daar achter,
f . N egen, fehenkagie-paarden voor den
Keizer, met hunne goude en zilve-
re tuigen , en dek-kleeden, waar na
de Stalmeefter ep twee Toinpetters
, te paard yolgden.
6. Hier op volgde de vaandrig, Ernß
Godlieb Nythardj te paard, dieop-
voerde
7. SesGranadierstepaard,tweeentwee
k. .nevens malkanderen rydende,
8. Daar na quam de Onder-Koopman,
en Guafloshouder, Sr. Joban Haak , a,
nevens pen Geheimfchryver, Herman
Bruinink, te paard.
p. De eerfte gezworen Klerkvan dic>
Gezandfchap, Ernß Coenraad Graafy
met den adfiftent Henrik Kalden,
verfcheenen mede te paard.
10. Gelyk .mede de Sergeant, Ernß
: Otho Belouw9 nevens den Onder-
. Chirurgyn, Georg Hannibal Smit. t
11. Toen quamen ’er twee handpaarden ‘
yan den Heer Gezant , nevens welke
ter zyden vier ziivere Stokdragers
van zyn Agtb. te paard reden.
12. Daar na de Pions, en geweerdragers
van zyn Ed.
13. Waar op de Heer Gezant zelf te
vborfchyn quam, gedragen werdende
in zyn Palankyn tuffchen den
voortìoémden Ammarati, en Mancepdaar
, en des Keizers Lyf-Arts,
den Heer Martyn^ die mede in hare
Palankyns zaten.
1 4 Achter zyn Edts. Palankyn waren vyf
en twintig Ruiters, te Agra tot zyn
dienft aangenomen , als. mede ter
rechter zyde de Chriftenen, die hem'
waren komen ontmoeten , en ter
Knkerhand de Ruiters des - Keizers
en 00k die van den voornoemdeni
f . Daar op volgde een handpaard van
den Koopman, en eerftenAdjunótj
. d’E.
iö . Als mede de Piom,' ehgBwebrdrä-4
gers des zelfs.
17. En daar op zyn E. zelf in zyn Palankyn.
18. Toen zag men een handpaard vah
den Onder-Koopman en tweedeq
Adjunft, Dirk Huißnkveld.
19. Mitsgaders zyne Pions, en geweer-’
dragers. •/
20. En daar op mede dien Adjunft zelf
in zyn Palankyn.
21. Pas daar na volgde een Hollandfche
kär met vier wielen, die uit Suratte
yopr den Ed. Heer Gezant mede gb-
voerd was 3 waar in eenige Jefuiten,
tievens den Armenifchen Biflchop j
zaten.
21. Deze wierd van een andere diergely-
ke dog Agrafegevolgd, waar in de
Opper Chirurgyn des Gezandfchaps.
H. Eppendorf, met eenige Penmf*
. ten, geplaatft was;
23. Daar op vertoonden zieh vier Hin-
doeftanfehe karren met vier wielen,
met roode en groene lakenfe dek-
kleecjen overdekt, waar in de ver-
dre Penniften, en Krygsknechten^
waren.
24. Vervolgens zag men toen denCom-
mandeerenden Corporaal, Arnold
Wtllemfz. van Swoll9 te päard. .