
A». XÄJ-4*
Geveiusdc
handcling
dec Bantammeis
melons
A '.K t f
Wie hier
A-.iiJt
kg-
Sulthan
Agong
wcrd A*.
Ì63 4K0-
«ing.
Direfteur van Patani, was.
Deze lag ’er medc niet lang, aangezien
wy in *t laatfte van ’t jaar 1618 al moeje-.
lykhedcn met de Bantamraers en de En-
gellchen begonnen te krygen,dic ons A°.
1619 geheel uic Indien zogten te boenenj
dog hoe tocn de Heer Opperlandvoogd
Jan Pieterszoon Koen zieh als een dapper
held’er doorgered, Jakatra veroverd, en
dezen Pangerang van Bantam gedwongen
heefc, onze gevangenen aanftonds over te
geven, zullen wy,om geen tweemaal eene
zaak te zeggen,in de befchryving van Batavia,
als daar eigcntlykft toe behoorende,
en verder in zyn leven, zeer omftandig zien.
Ao. i6zo geraakten de Bantammer in
-oorlog met den Soefoehoenan van Java,
en aangpzien wy toen weer vrienden
waren, verzogt de Keizer ons, dat wy
hem tegen die van Bantam wilden hel-
pen, dat wy,volgens laft der Heerenze-
ventienen van den 24 October 1621, en
den 8 September j 622, maar dragende
hielden. j
Vermits nu de Bantammer, ziende, dat
’er zoo veel fchepen van de Engelzen, en
yan de onzen quamen, voor zieh zelven
begon te vreezen, dwong hy de onzen
allenskens onder de hand,door den peperhandel,
om een vaft Comptoir op Jakatra
op te richten, en na dien tyd den handel
op Jambi ernftiger, dan voorhenen, te
Zoeken ; 't welkny A°. 1624 ziende,zogt
hy ons toen wel weder aan zyn fnoer te
krygen, dog gebruikte de regte middelen
nier, behalven dat de Engelichen daarme-
de onder werkten, doorhet zoeken van
welke verfcheide belangen, de gelchillen
nu en dan meer en meer reezen, dat 00k
oorzaak was, dat de Heeren zevendenen
by Ichryvens van den 17 Oftober 1624
belaftten, dat wy de baey van Bantam
Zoo lang bezet zouden houden, en andere
beletten daar ten handel te komen, tot
dat zy , in opzicht van de prys vandepe-
per, en den peperhandel zieh redelyker
met ons zouden aanftellen.
Ao. 1.632 lag hier de Koopman Pieter
Franszoon, om den handel van onze Maat-
fchappy waar.te nemenj 00k hadden de
Engclfchen toen, o f ’t jaar daar aan, en
noglang daar na , een Logie en Comptoir
aldaar.-
Ontrent dezen tyd begon Sulthan Aboe
II Mafeehier Abdul Cadir aan ’t quynen
te raken, en ftierf A°. 1634, latendc zyn
Ryk na aan zyD zoon Aboe il Fatta Abdul
Fatachi, dien wy voortaan (om dathy
200 beft bekend is) Sulthan Agong zullen
noemen.
Deze dan Ao. 1634 (wanncer hy 17 ja-
ren oud was, zoo my zyn zoon, Pangerang
Poerabaja Ao, 1713 den z 7 Maart ver-
haala heeft) tot de kroon gekomen zynde,
heeftzig van den beginne af albetoontonze
vyand te zyn ; dogalzoo hy nuendan A’ .itf^.
van de onzen vry wat klop kreeg, wierd
*er tuflehen de onzen en hem den 17 February
door den Opperkoopman Henrik
Hagenaar een vrede getroffen.
Dog gelyk deze-Koning niet ruften
kon, is hy niet lang daar na tegen de
onzen weder uitgeberften j maar wierd
van tyd tot tyd. zoodanig tot reden ge bragt,
dat hy A°. 1645* weder genoodzaakt
wierd vrede te maken, wanneer ons de
Soefoehoenan, die zieh in dat zelve jaar
mede met ons bevredigde, wel uitdruk-
kelyk verzogt, dat wy de maar pas ge-
maakte vrede met den Koning van Bantam
wilden breken, dat om redenen van
ftaat by de onzen vlak afgeilagen wierd.
Deze vrede duurde wederom niet lang,L«fdmee
alzoo die trou wlooze en tegen ons zeer ver- ons in ge-
bitterde Koning niet nalaten kon, ons,a“ *8*v7*
daar hy maar kon, te quellen, en zyn ge-an a^‘
maakte verbonden meineedig te breeken,
dateindelyk zoo hoog liep, dat hy zieh
niet ontzag Ao. 1652 Batavia met 60000
man te belegeren.
Hoewel dit beleg van weinig belang
was, leden wy egter by dien oorlog op
Batavia groote fchade, vermits zeer veel
van onze misnoegde ilaven maar na, Bantam
liepen,endaar aangehouden wierden,
behalven dat zy pnze zuiker-moolens, hui-
zen, ’t veldgewafch, enz. ontrent, Batavia,
dat hy bezet hield, verbrandden.
Dezen oorlog duurde al eenige tyd, tot A*. 16yf
dat’er eindelyk een vaile vrede. (zop it,de“ nva“ .
naam had) dòor de Heer Arnold de Via-
ming den 10 July 1659 gemaakt wierd, richt.
zedert welken tyd de onze hier weder een
vaft Comptoir, en een vaft Opperhoofd
gehad hebben.
De naamen der Opperhoofden, die hier Naamcn
zedert gelegen hebben ,zyn deze : der Opperà
hoof den.
B A N T A M Z E
O P P E R H O O F D E N .
A°. 1659« Koopman Dirk van Lier,
en de Vaandrig Frederik Hen-
rikszoon.
1660t. De Onderkoopman Ja» de
Harde.
De Koopman Evert Mtchseh-
zoon, en
De Affiftentj^ij» van Meerwyk.
1661. De Boekhouder David Luton,
ea de Affiilent Jan van Meerwyk.
166z. De Affiilent Ocker Ockerszoon.
1669. De Boekhouder Willem Caaf,
die naderhand Koopman
wierd. ......
168 }. De Kapitein Herman Dirkszoon
Wanderpoel.
1684. De
A*.sffo* A0.1684. De Bevelhebber Willem Hartzink.
i<S8f. De Opperkoopman Everard
vander Schnur.
1686. De Bevelhebber Sdlomtm leSage.
1687. De Opperkoopman Johannes
Leeuwenzon.
1688. De Provifioneel - Luitenant
Roelof Goens.
1689. De Koopman Louis de Keizer.
1692. De Opperkoopmanü^wow^rreveld.
1694. De Bevelhebber Hertnan Dir kt •
zoon Wanderpoel.
1696. De ILooptmtiZaebarias Roman.
1703. De Opperkoopman Jan van
Velzen, en
De Bevelhebber Bitter van
Rhede.
»707, De Koopman Guilliam Wys.
Naderhand Opperkoopman.
1709» De .Kapitein George Frederik
Beilwitz, tot r 715-,dat Hoofd
van Java wierd.
\Ji$. Etnond Buik, tot 1721.
1721. Adriaan van Tefs tot 1723.
1723. N. van Arrewynen.
Snlthan A- - Wel is waar, dat wy zedert dien tyd
AM67T (^aÄr wecr 601 va^ verblyf hadden j dog
ons Comp* gelyk deze boosaardige Koning niet ruften,
toir afloo- nog nalaten kon ons, even als in vorige
f “ * tyden, tc quellen, alzoo deed hy vantyd
tot tyd ons weer moeite aan met ’t aan-
houderi van onze öaven.
a? o dat hy al deze moedwil bedreven
zyn Ryk* »v°nd hy goed, om zyn oudften zoon,
aan zyn Sulthan Aboe il Naläar Abdul Cahar (anoudften
ders gemeenelyk Sulthan Hhadji genaamt)
*°on oyet* Over te leveren.
Hy was daar toe, ’t zy wegens zynen
ouderdom van 63 jaren, en om zyn ruft
nu wat te zoeken, overgeflagen, voorge-
nomen hebbende zyn vermaak in Tirta*
jafta, een ftad, 6 mylen van Bantam, en
1 myl van zeegelegen, te nemen, zieh
van alle zorge en Ryks-bekommeringen
te ontdoen, en daar zyn verder leven ge-
ruft door te brengen, by de overgavevan
’t Ryk egter zeer groote inkomften, om
met zyn andere kinderen te beftaan, aan
zieh behoudende.
tenaa“ 0* ^° ° ras 3?nSc Vorft op den throon
haar Edal-van zyn vader geftegen was, vond hy
heden gced daar van kennis aan haar Edelheden
zepd, om tc geven,zendende den 8 May des zelven
S g jaars, zeer kort na zyne verheffing, zyne
Gezanten met een gevolg van 300 mannen
(om te meer luifter aan dit gezantfchap
te geven) na Batavia, alwaarzyzeer
wel van haar Edelheden ontftngen wierden
.N
a dat zy nu de wäre reden van hun
komft hadden gemeld, om ’s Konings
verheffing tot de kroon, by zyn’s vaders
aftreding bekend te maken, en otn de AMtfjo.
oude verbonden te vernieuwen, wierd
hen vertoond, hoe meenigvüldige verbonden
van ons met Sulthan Agong gemaakt,
en hoe trouwlbos die van tyd tot
tyd door dien Vorft gebroken waren, hoü-
dende niet alleen onzen ilaven, en naderhand
00k onze dienaaren, en vryliederi
aan, maar zelfs zig nog onlangs niet ont-
zien hebbende onze jagten vyandelyk aari
te taften, en ons Comptoir op Andragiri
af te loopen, ja zelfs ons Opperhoofd al-
daar, met de verderc dienaaren ,fchandelyk
en jammerlyk te vennoprden, roovendeal
hunne goederen, en hen dus alsopenbare
vyanden behandelende.
Dierhalven zeiden haar Edelheden over Diege-
geen nieuwe vrede te können handelen, n?egaoe-,
voor en al cer zy overal deze vyandelyke J J K ?
bedryven en groote fchade, hen aangedaan, fchade etf.
genoegdoening, en vergoeding hadden. ichcn.
De Gezanten, over dit voorftel, datzy
niet verwagt hadden, ontZet, zeiden hier
ontrent geen laft te hebben,en dierhalven
zig daar over met ons niet te können in
laten s dog haar Edelheden niet eer van
eenige andere zaken willende fpreken,zoo
moeft niet allcen een van de Gezanten,om
nader laft hier over, te fug gaan; maar
men zond den 20 Juny zelfeenige gezanten
van onze kant aan dien Vom, om te
zien, o f men malkanderen zou können'
verftaan.
] Deze afgezondenen waren de Advocaat Handeling
Fiicaal Zeeman,en de LicentmeefterOk- ove,r en
ker Okkerszoon, die 36 man onder een “ *
Vaandrig, alle in ’t rood, by zieh hadden,
benevens de Heeren Jacob Does, Johan
Cops, Steven Schorer, Mt. Henrik de
Bollan, Maarten van Ingen, David de
Vicq (als Gchcimichryver) en den Kapitein
der Maleyers Wan Abdul Bagoes} dog
zy keerden den 14 Auguftus vruchteloos
weder.
De Koning kon de zaken, die hem
voorgefteld wierden, niet wraaken nog
loocheneni maar verzogt haar Edelheden
dog geen voldoening Van hem te vorderen
over zaken voor zyn tyd, en buiten
zyne medcwerking, begaan, verzoekende
alleen erkend te werden, en in vriendichap
met haar Edelheden te leven.
Men fchikte van onze. kant dan alles,Devreie
zoo veel mogelyk was, in, te meer, de- getroffen,
wyl de Koning beloofde alle onze flaven, “ de Ko*
die nog in wezen waren, weder over tekendrioo'
leveren, en daar op wierd een nieuw en by ons.
vaft verbond met dien Vorft gemaakt.
In ’t volgende jaar 1681, in Oftober, Als by die
zond deze Vorft 00k eenige Gezanten na
Engeland, om dien Koning 00k kennis
van zyne verheffing tot den throon vanBan-
tam (of Soeraioan, zoo hy het in zynebrie-
ventoen noemde, hoewel hy.na den oorlog
dien naam openbaar verboden heeft) te
E c J ge