
G R O O T E
i6z6. ccn vcragtj en ais aangeípogen, hebben
overgegeven, om haar te onteeren.
/sNa dat hy egter een weinig bedaafd
%as* en haar zeggcn wel overwogen had,
wierd hy op nieuw door haar edcimoe-
dig, en .pryzelyk antwoord,.cn haare
nieuwe betooveringen, enfchoonheit,
Zoodanig aangcvogten, dat zyn toom in
een wäre en beftendige liefdc vcrandcr-
d e , ’t geen zy door haar groote gecft,
engeeftiyken aard, zoo voorzigtig had
wcten te ontveinzen, en echter met zoo
yeel loosheit te behandelen, dat hy, na
haar noch eenige málcn gezien, maar
niet wcer gefproken te hebben, zig ein-
delyk, ziende haré ftandyaftigheit, ge-
noodzaakt vónd, om haar als zyne eer-
fte Keizerin wettig te tróilwen, haar
boven al zyn andre Vrouwen te verhef-
fen, en haar by.die verheffing den .naam
van Noer .Mähal, dat is, het licht des
Vrowwen-Timmers, tegeven, gelyk zyiñ
haat Zegel zedert obk wel eenletterftrik
voerde, die deze woórden van Noer D jibouti
Begum? dat is, 7 licht van de Vor-
■ßinnen der ivereld? uitbragt.
Wat hier van waar, o f onwaár zy , dit
is. zekcr, dat zy door haare fehoonheit,
uitnemend verftand, vrolyken g edt, en
voortreffelyke gebeerden, dien Vorít
Zoodanig ingenomén en betóoverd heeft,
dat Zy WÜ^s Kjf- h
■jyys aaor.af wás, dat zy in ’t Hof alies
deed, wat zy wilde, zoo in deze en gene
Haar Byzitteii validen Vorft, diehaárinde weg
^rootbe- waren,of voordeelig üit te huwelyken,
wind. (waar medfe zy haar waarlyk verpligte)
en .dus uit het Hof te zetten, ¿Is zelf
ook door allerley veranderingen onder de
grootfte. Hovelingeri die nict. na háar py-
pen dánfen wilden , . door ’t gelükkig
waamemen van Selim's goede luimen, te
maken , en ’erhaarbefte vrienden weer
behendig in te dringen, zonder dat
imand eenigzins rieken kon, wáar hem
djt van daan quam , te meér,'dewyl zy
alies door den Vorít zélf uitvoeren. liet,
¡ Vcrgecf-. Het .is ook zeker, dat zy een Döch-
febeaan- ter by haar vorigen Man had, alzoo zy
leg tot zeer veel moeite aangewend heeft, om
welyk" • en Chosroe, terwyl hy,. óver zyne
tuflchen wederípánnigheit tegen zynen Vader, ge-
Chosroe vangen zat, dpor allerley behéndige en
enhare minnelyke aanbiedinge», zelf. mee ver-
08tcr*. zekering van zyn vryheit,te bewegen,
om deze Dochter te trouwen j maar die
Prins , zyn oog al lang te voren op de
Dochtef van A fa f-Chan, Broeder van deze
Vorítin, hebbende laten vallen, was
door geen aanbiedingen daar toe te bren-
gen. , Zy had, om hem door een andere
loopgrave in ’t net te krygen,. zonder
dat Selim wift, Waar toe het dienen
zou, by den Vorít bewerkt, dat aan
Mirzah .Chosroi eindclyk zyn verzpek,
l V . J Ä i ,
M O G O L S ,
vanzynMeeftres.by hem in de gevanke- fötäfäi
nis tot zyn gezelfchap te mögen hebben, ’
toegeftaan wierd. .
Zy was deeerfte , die hein deze tyding
weten, en daar by voegen liet, dat hy
deze gunft aah niemand, dan haar,dank
te weten had.
Het geen noch verder gaat, zy had
ook deze Princes, eer zy na de gevan-
kenis by deh Prins Cbosroe ging, weten
te belezen,. om hem aan teraden volko-
men afftand van zyn liefde tot haar te
doen, en de Dochter van de Keizerin te
nemen, om dus in vryheit te geraken.
Zy bad derhalven den Prins zeeremftig,
van dit niet af .te flaan, hem vetzekeren-
de, dat zy zieh vergenoegd houdenzou,
indien hy haar maar tot zyn byzit hield,
aangezien zy zieh meer aah zyn vryheit,
dan aan hàar.leven, gelegen het leggen;
Al welke behendigheaen, en gepoly-
fte voorflagen, op. zyn gemoed niet anders
uitwerkten, dan dat hy het huwe-
lyk met Noer Mahals Dochter aflloeg ;
en in Zyne.liefde tot deze Princes, Dogter
van Afaf-Chàn, ftandvaitig, ichoori
gevangen moetende blyven, volhardde,
cn eindclyk, na ’t verkrygen vàn Zyn vryheit,
met haar trouwde 5 waar van hy
ook een Zoon , Boelaki genaamd , hage-
làteriheeft^
orftin over de weigering
vah den Prins zeer geBclgd^^x^derdd ooraaak
hâar eerftcgenegenheitincendoodelyken is, datzj
haat, niet nalatènde ailes tôt Zyn nadeel hemver-
by den Vorft oit werken, en hein zob volg(i'
Vferre te brengen, dat hy dezen Zoon de
oogen in de gevünkenis toenaajen liet,
een daad, waar op geineenelyk blihdheît
volgt, zoo inen het watvergrocijenlaàt,
en het hietras onttornd, daar ’t anders
niet hinderd, zeer klaaf in dezen Prihs
Cbosroe te zien , den welken het niets
gehinderd heeft, wànneer Sjah Selim #
door zÿne fmeekingen en de fterkevoor-
bedcwinAfaf-Chan? en andren, vermorwd,
zyn oogen kort ’er aan weer openen, en
hem onder opzicht van eenige grödten in
vryheit ftellen, Het:
. In dezen tuflcÈen:tyd wift Noer Mahal?
die noit ruftèn kon om ietgrootstothakr
genoegen te bedenken, nieuwe middeleii
in ’t werk te ftellen, te meèr,dewyl zÿ
geen kinderen by Selim. kreeg, om dobr
de derde hand, eerft] den Prins Perwis'y
toèn Onder-Koning, 6f Landvoogd vâti
Bengale, en op dien zelven tÿd, o f eeh ,
weinig ’er na den jongften Prins Sjahariar
te doen ondertaften, ofzygeengenegeû-
heit hadden, om met de Princes, haar
Dochter,te trouwen}. doch Perwisüoëg Àsmflagen
dit vlak af} màar Sjahariar nam het aah, tot een
niet zoo zeer uit liefde. voor die Princes, *n<lerhu-
die niet veel bekoorlyks had , als uit
hope van dopr haar Moedcr aan de Kroon »¿ar °6'-
F f re 5