
43 t Ì5 A T À'
die brief je nog op dien dag ontfangen hebbende,
hicld het zelve geheim , om zoo
fchielyk geen ve'rflagentheid onder Jc volk
te veroorzaken, dewyl het aankomen van
18 Engelze ichepen ter Reede voör Jakatra
, en dac de onzen de zelven had moeten
ruimen, hen al vry wat bekommerd had-
H« (chip ae gemaakt. Des.nagts Zagen zy.hetichip
dezwàite ctazwarte Leeuw, 9c welk de Engelzen
Lcc“w IQ dagen bevofens van öns genomen had-
Tcxbrand. deny opjakatra’s Reede, by en onder ge-
gemélte Engelfche vioot ten ànker leggende,
tòt de'kiel,tob af branden, Zoógezegt
wierd met zyn volle lading , en dat ziilx
ook by ongemkzoutoegekoinen Zyn ; dog
het heefizyn bedenken o f de Engelzen al -
vporens de lading daar riiet hadden üitge-
ligt, en.door gebrek van volk , met net
fchip verlegen zynde geweeft, het zelve
niet tot een braiider tegen ons zouden hebben
gebrüikt, indien wy ftand gehouden
hadden, en niet voör htm geweken waten.
De onzen' Het gebeurt zeer zclden, dat de meri-
op Jakatrafchen in nood. zynde, malkander moeten
"ooTde dwingen tot hart te loopen, of met al hun
Enaelze m^gt én vermögen te arbeiden, en wel by-
vloot, en te Zonde'rlyk, wänneer ze weten dat daar aan
land door hangt de béhóudenis van hun eigen le ven,
bclegcnJ160 en welk ontreiit het laatfte, namentlyk
den arbriä, tot htin verfterkingen defeh-
fte, aan de onzen die tot Jakatra gebleveti
waren, ook genoegzaam quam te blyken:
tvant nadien zy nu door de Engelze fche-
pen ter Zee, en dàar en boven met hulp
en by ftand van him yolk, te land door de
Koning,. van Jakatra belegert waren, en
niet tegenftaande zy , vän ’s vyands bol werken
met grof kanon beichoten wordende,
gedwongen wierden daar op weder teant-
woorden, zòo nam egter het werken zoo.
góeden voortgang, dat zoo wel degepro-
je&eerde, als de half gemaakte vier-hoek-
punten, ofte bo! werken op den 13 January
1619 bezigtigt,en redelyk fterkgeoor-
deelt, mitsgaders alle met nieuwe gemaakte
vaahdels beplant wierden , welke bra-
Welkc vade önder de Jakatraze Javanen in de ftad
laaifte zoe-zulk een fchrik veroorzaakte, dat de Ko-
M? hing de. naaftvolgende dag des avonds
cor cren. mèt; een witte vaàn aan de onzen af zond
,'v zyn Sjahbäridars fchry ver , enhen door den
: Zel ven by een briefje liet bekent maken de
genegehtneid, die Hy had ,om met deNe-
. derlànders in vrede te leven; *t gene hy
des anderen' daags, den 17 January, óok by
een tweede briefje vernieiiwde, met by-
voeging, Indien de ónzen mede zoodanig
gezint waren,dat ze dan eenigen van hun
iian hem wilden afzenderi , eri daar tegen
Waar toe Iveder ontfangen zyne Oftagiers, gelyk de
de Ofta- Zelve dati ook niét lange daar na ovetqua-
giers wer- men, jn phatzd van den Opperkoopman
feld ^CWi * i-,ve*t Hermanszöon, Dö&or de Haari,
en Jofef Natelaar, die gecommittcerd iva-
V I A ’S
ren, om met den Koning te fpreken ,eft
hun ook al met eenen tot dien einde na
het Höf begaven; dog kort daar aan, weder
te rüg keerden met befcheid, dat de
Köning nog tot treves, nog tot vrede, wilde
verltaan, ten wäre wy weder afbra-
ken de Kat, en hetnieuw gemaakte bol-
werk, ongetwyffelt, om dat deze beide
hem het meeft in de weg ftonden ,enveel
nadeel hadden toegebragt.
Hy leheen zig evenwel dien nagt wat Nader by.
beter of nader bedagt te hebben, alzoö “ 0^®“ 1*1
daags daar aan weder twee Oftagiers af lcsweScn*
zond , tot verzekering van den Eerw. Pre*
dikant, Adriaan Jacobszoon -Hulzebos,
j den Opperkoopman Evert Harmenszoon,
en Doctor de Haan,.de welke,teh Hove
gekomen zynde, hem bekend maakten, dat
de onzen wel genegen waren het gepaf-
feerde te vergeten, en tevergeven, voortaan '
met hem in vrede en vriendichap te leven j
en het maken van verdere werken, tot
de wederkomfte van de Heer Gouverneur
Generaal na.te laten, indien de Koning
zulks mede beliefde te doen, maar geen-
zins konden belluiten het bolwerk,en de
Kat af te breken, dewyl ook de Engelzeh
ons groote redenen hadden gegeven, hen
in ’t minfte niet te mögen betrouwen. En
of fchoon de Koniiig zieh hier over zeer
misnöegt en geftoort hield, konden de
voomoemde onze Gezantenuit andere ver-
halen, en de begrooting van zyn geledeh
lchade, klaargenoeg bemerken, dat hy
met een goede fomme gelds wel te vrede
zoude können gpfteld werden.
Daar wierd ^n deze dag niet veel by-
zonders verrigt, en de onzen keerden weder
na hunöe logemeriten , gelyk mede de
Javaanze Oftagiers na de hunne. Des anderen
<jaags ’s morgetis den 17 January,
quamen weder over, als Oftagiers, twee
•groote Javaanze Orangkays, endaarop gingen
ook önze Gezanten mede voor de der-
de maal na den Koning, dog wierden on-
derweeg ohtmoet, of geftut, door drife
Engelzen,. die hun voor Koopluiden uit-
gaven, en begeerden, dat de onzen zon-
der geweer, eh voorts geblind zynde,zoo
zouden geleid worden ter plaats daar de
Koning met al zyn Adel, en öök eenige
Grooten van Bantam, mitsgaders de En-
gelze Generaal,bymalkanderen vergaderd
waren; en als de onzen verklaarden tot
zulx niet genegen te zyn,en ook met hun
EneelZen, nog met hunnen Generaal, iets
te aoen hebben, zoö wilden zy önze Ge-
committeerdens met kracht en geweld te
ly f, fmälende ook zeer vuil en vinnig op
den Gouverneur Generaal Jan Pieterszoon
Kocn,den zeiven te laft leggendede oorzaak
te zyn van dezen ontftanen- öOrlog}endit
liep zoo hoog,dat zy met de Javanen, did
de onzen zogten te befchermen, zöndef
ietS verrigt te hebben, weder na de logic
moe-
G R O N D i V 1 E S T I
moeften brengen.in queftic geraakten,en
, 00k tegen de zelve in >t geweer quamen;
zynde nu, op hun magt ter zee, en het
.yolk, dat.ze daar van aan land gekregen
hadden, zeer baldadig en ftoutgeworden,
en daarom konden de onzen geen anderen
* ftaat maken, als dat deze onderhandeling
daar mede zou wezen afgebroken. Maar
na de middag quamen de Javaanze Ofta-
gters al weder, en verzogten, dat onze Ge-
committeetdens zieh wilden vervoegenby
des Konings broeder, den Temanggong,
“ welke zy zeiden, dat volkpmenlallen
ordre had hekomen, om met de Neder-
landers te contrafteren*
De onzen dan derwaards gegaaft, en by
hem gekomen zynde, fprak hy mede van
de groote fchade,diezyn broeder,deKo-
,van ons had. geleden, en dat wy
en boven, ^ls hebbende op den 23
December des vporleden jaars, de Engel-
zen cerft aangetaft, en daar door tegens de
Zelve in zyn land een oorlog begonnen,
vervallen waren in een boete van 4000
realen, volgens ’t verbond, »t welk hy
voorgaf, dat bevoorens met de Heer Gouverneur
Generaal zoude zyn gemaakt: daar
op verders concluderende, dat wy , inge-
valle niet van meninge waren het nieuwe
bol werk, en de Kat weder af te breken,
De Koning den Koning behoorden toe teleggen een
S S o n 0"1” ? W tealen. tte, orte de g»eldP-za rack?,lc d"e :o nvzaeBn Äaanlnaaametnbehoorlyk
rapport te zullen doen, enaan-
gaande die van de Engelzen, daarop ga-
ven zy den Temanggong tot antwoord,
dar wy , gelyk hem ten vollen bekend
moefte zyn, niets hadden ondemomen,
. ofte in ’t werk gefteld, dan ’tgene , waar
toezy door den uitterften nood waren ge-
dwongen geweeft. Daar mede keerden
zy weder na onze logie, die wynu voortaan
een Kafteel of Fortrefle zullen noe-
inen, om dat ze die gedaante had gekre-
en met vier bol werken, als met een
Kat wasverfterkt, hoewel daar aan nog
al vry veel quam te ontbreeken.
De Commandeur Pieter van denBroek,
den eifch van den Temanggong gehoord
hebbende, liet terftond den Raad by malkander
komen, en gaf den zeiven in bedenken,
dat wy nog in geen vier maanden uit
de Oofterfche geweften eenige adftftentic
hadden te verwaeten, en het bezwaarlyk
tegens het geweld der Javanen, door de
Ehgelzen geädfifteert wordende, zoo lang
zouden komen uit te houden, dat wy
niet langer, als voor twee maanden, en dat
nog ter naauwer noöd, ' van verfch water
Zouden können yoörzien blyven, ingeval
ons het halen van ’t zelve, dat gevreeft
wierd, konde worden belet. Dat de fo-
here voorraad van büskruit mede niet heel
lang zoude können ftrekkeh, ofte tegeri-
^ d e n , en eindelyk dat wy methetkoo-
I v . Deel.
N G. 4 33
pen ran de vrede, al quam ze ons watdier
te ftaan, zouden winnen een meerder vei’-
zekering voor ons volk en comptoir tdc
Bantam, en daar door ook nadergelegent-
heid krygen, om onze körnende ichepen, '
Zoo uit het Vaderland, als van elders uit
de Straat Sunda, voor de Engelzen tekun-
nen waarfchouwen, enz. En wierd daär
op al met een befloten en vaftgefteld,den
Koning van Jakatra met een iömme gelds
te vrede te ftellen, 't welk men als toeö
I voornam: mitsgaders daags’er aan, den 18
January, by befluit confirmeerde, enon-
derteekende, op 6000 realen, waar vanWaaiopjde
ook al ten zeiven tyde (op dat het nog er-onzco
gens na gelyken zoude) een dubbeld ge- IJX'
fchrift, by maniere van contra^, wierd toc lcScn;
gemaakt, en door onze geeomimitteerdeü
ten Hove gebragt.
Maar dezen quamen met onverrigteza-
ken weder te rüg, hebbende, nog den Ko-
mng, nog eenige van zyn Grooten, niet
können te fpreken komen voor ’s anderen
daags, den 19 January 1619, alswanneer
zy weder ten Hove ontboden zynde, al-
daar vonden den Koning, verzeltvänzyn
broeders, den voornoemden Temanggong,
en de anderen, die een MohhammedaanS
Priefter was, benevens nog eenige Jakatraze
Edellieden; dog geen Bantammers,
of Engelzcn:
• P® ^ oning» na dat het contraft hem De Koning
m t Nederlands voorgelezen, en daar na tc^cnc
ook in ’t Maleits dvergezet was, appro-conua^*
beerde het zelve met zyne ondertekemng,
en zond daar.van het eene, orider geleide
van veele zyner Grooten, o f Orangkays,
by de onzeq in ’t Kafteel, al waar het dan
mede ten overftaan van de zelven,fcn onder
het opzetten ofte laten wajen van wit-
j te vrede-vanen, in ’t openbaar wierd afge-
kondigt.
De blydfchap van de onzen was groot, De vrede
en die van de Javanen niet minder. Im- afuckoa-
mers men moeft zulx oördeelfcn uit hun-dißu
ne uitterlyke en meenigvuldige tekenen
van vreugae, die ze ondef hetzenden van
veele vrugten en andere kleehigheden tot
geichenk aan de Commandeur , eridievan
zynen Raad, daar over quamen te betoo-
nen, en het fcheen, dat daar mede eenig
deel aan Wilde Hebben een Javaanze Een-
hoorn, of Rhinocer, de welke door de
onzen van jongs of aan in de logie opge- ,
voed, en eenigen tyd bevorens doorgebrek
van water, na buiten in het bofeh ge-
jaagt was: want de Zelve quam op dezen
dag mede weder binnen het Kafteel, zoo'
*t bleek, nog niet hebbende können vergeten
zyn Nederlandze weldoenders, en de
plaats, daar hem zoogoedonderhoud was
aangedaan; en men moet zieh nog des te
meer daar over verwonderen, om dat de
Rhinoceros geagt worden te zyn wel van
de dorafte,öf botfte foort van beeilen.
t