
Van S je«
kia of
Sjieawia.
DiePythagoriftenzyn.
B E S C H R Y ' V I N G E v a . n
Envan
Lau-zu.
2 6
den, hoewel’er ook onder zyne aahhan-
gërszyn, die wel tocftaan, dat de boomen
zullen geftraft,maar dathun die ftraffe
ook in dit leven nog toegebragt zal werden.
De tweede Sefte is die van Sjieawia,
( van anderen Sjekia genaamt) mede een
groot Wysgeer, en dederde, die van den
'grooten Lau-zu geweeft.
De twcede nam Ao ChriftiAba 70 -haaren
oorfprong uit Indien, of uit het Land
van den Grooten Adogol. ,Zy "leeren zeer
fterk de onfterffelykheid der Ziele , en de
zekerheid, van dat het oppprfte Wezenhier
na devroomen eens beloonen, endeboo-
zen ftraffen zal.
Deze Sede dryft ook zeer fterk de Ver-
huizing der Zielen, doof Pythagoras -ge-
leeraard, en ook-na die vcrgelegene Landen'overgebragt.
dat dan ook de gtond
by hen is, waarom zy ( eenigzins -Gods-
ftienftig zynde ) geen vleeich, nog iets
dat leven ontfàngen heeft, eeten zullen.
Nogtans maken veefen onder hen, die
jiuft zoo naáuw niet bezet zyn, geen zwa-
righeid , om.vleefch te eeten, wetendede
. Priefters hier. o f daar mode -cfex-handen -te
vuJlen., en te^bewegen, om beh.die-zon-
ae te doen vergeven, gelooyende , dat zy
macht hebben, om dit door hunne Gebe-
den uit te werken. .
Zy hebben in hunne Tempefen eep
menigte van; atyerfey Beeiden, die zy als
mindere Godèn ëèren, en doór welkers
yoorbede zy het Opper-wezen tragten te
bewegen hunne gebeden .te verhooren.
De derde Gezindheid Lau-zu genaamt,
heeft haaren oorfprong van een groot
Wysgeer, tdie .een tyd-.genoot van Coem-
%sje geweeft is, en van welken zy vèéle
befpottelyke verdichtzelen verhalen, voor-
gevende, dat hy dien naam van Lau-zju,
jdátis, Ouden Wysgeer, droeg, omdat
/Zyn Moeder 80 jaren van hem zou zwan-
ger gegaan hebben , van hqedanige verdichtzelen
de Schriften 'der Tsjineezen -vol
Zyn.
Deze heeft zelf zyn Leere niet in Ge-
fchrift hagelaten, maar zyne Aanhangers
hebben ?er feen opftel af gcmaakt, in verscheide
werken beftaande.
Hy erkend mede een Opper-wezen;
dog fteld vall, dat het zeLvehchamelyk
is, op welken grond hy ook aan datOp-
per-weezen veef ongerymde dingen, ehe
,daar in onmogelyk vallen können, too-
Ook ftelde hy ■, buiten dit Opper-we*
»en, nog' drie mindere Goden, van alle
dewelk.e wyzeer veel zouden können zee-
gen, zoo cut Trigautius voor ons niet m
’t breede gedaan, en in zyn werk uitvoe- 1
rig yan alles, ’t geen tot hun gevoelen j
behoord, gefprokenhad, waar na toewy
den Lezer wyzen j zeer klasy toonende,
wat men van de gronden -van huhnen -ifiy,
Godsdienft, van hün Pridlers, Offerhan-
den,&c., behoord te weten.
Men zegtöok, datier buiten cjgz-e drieVeelan.
•Höord-gezindheden ;nog wel 35b Ancjpre^ere
Zyfi, die , fchoon zy .in -t wezentlykfte l i i^ J
van den -Godsdieöft- •öv^r^een-^mnäh, ¡¡§ 1
nogtans ui deze en gene gevöefens vry
veel van malkancieren verfchitlen.
Weelen van heneereft hiet alleen deSön.
!Maan , en «terren maar bidden Qök;oZ-
penbaar "«eil Duiv^hjan-:, •'vaft 4teHeniteL
dat God, die teri uiftrften goed. is, hen
geen hadeel , ' dog rdaf de ¡Duivd j die
quaadaardig en bobk-g, 'hen dit zekeilfk
^ cn zal tbebrengen , .om^t wel-
he zy vaftftgllefii dat mfeö tibor
onerhanden zyn gunft -moet aoeken Ü
wmnen. ■■ ^ io ^--i
, Dat zy groote Daff-verkiezers zvn en Diegro.
200 weFhünnegeliÄ^ali m W te DaS-
dagen hebben niet alleen m e t ^ i ! ! ? ' ; .
ferk •g ek^.yp^-deTwWyb te^ä agr m S
ook ten uitepften bygelovjg Zryn . is ntefe gäöovig
genoeg gebleken uit sene wy^evtji. zIn*
rehs al van ^ t voik-, k^biä^hi^eii
andere ftofien, gezegt hebben, behalyeö
• .! a^e me gfen e iid ie ‘ovtir vde
Tsjmeei^i, ep hüimeh- Godsdienft , maar
e en )Ä s geiareven -hebben , het -wfflemt
W | e , van' ’t -geüpwyj hfer^-ter^hed^z
ftölenY
Ua toe wy terLezer'w^äea. •" Ofä? '-¿m
I nünne Älniatiachen '-vol ’fer- af, öhi uit de
c f " ^ k i Ä e a i » n
aante-tpöneä^ biHletf
zullen ond«uemen.
, B^ialven dezenHeidenfchen-Godsdienft
äer:,T ^inf zen > kend ’imen hier 'nog
eöihyzonderefi Godsdieidb d w W ^ T ^ r
taaren, d i e W ^ g ^ l ^
g M f f «Ktbü'file'Syröndeikr,
Priefters hebben, % zy Lmaj naemcn.r,
h c f ty f en-®ic« « hm S
S S ’ ’ e n h u n G b d eö^n: « i derLa-
/ Dit volk - - — legt,D-- wel - 300 vap vnyx;unze «myfön wien — mas;
»
a n n p o m n tv AAimw- a :*. ' t o t t I t _» zyndede
Deze Lamas , o f Priefters , zvn ¡n een ren.
braondeiehoogeligting, » o g e me r à
volk, * by de Hovehngen. Men jdetke
by. meuwhtf in zyn GamSìlù aah den
l aitarilchen Cham Eoi. 172 na *i lev^i'à^
gebeeld.
Het zyn mede zeer botte -AfmdÌM-dfe.
naars, endie obk^èn Duivel, zòo welats
de T|ineezen, varwetkezy ditmoeel'vlc
geleerd hebben, aatibiddenj dogegtér met
zulken verfehit, dat deTsjineeSfeedte-
voor dea invai def t® « en in
( „ ’JgoedTOn<fco ben alle tegmen
¡ S r te Ver^ryven > warineer zy’ na
Weft-T^rtaryeh ideèft gèvlugt zyn,- "dog
& TaraFbaie IGizer S ÌM .
1 A verovcrd had , bebbcn' fey
' * dóor
T s J
wrjfc Bouvet, van Welke zieh zommigen tyzop-
der in de Tsjineefche Taal oeftenden-, en
zieh zoodanig in de gnnft van den Kei2ey
:Camhi indrongen, dat zy zieh metter tyd
Voor dien Yorft zeer noodzakelyk ge:
^l^imakt hebben, om hem ook in Verlchek
■ dé zaken van Staaten zélftot het fliutenvan
Ifiin een Vredo-veibond met hunne Czäarte Majeftew&
n van Moicoyieii, te gébruikén,
Na door gélyíc ook door tuficheií*%raak der Jefuí»
deVrede ten-Tfoohtas Pereyra, era Prart^ots'-GevbiUon
tuflchen den 3. September Ao. 1689: te Niptsjoe
zer ra ^e2^^ve tuflchen den Keizer van TÖJI-
de Czaars ^IA , en de beide- Czaaren, getroffen is,
A0.Í689 waair . toe de Jefiiit, Philippus Grimaldi.
bewerkt. ( <£e. M de plaats van Ferdinand Verhieß: \
Voorzitta1 in ’t Hof der Wiskunde wierd) ;
mode zeer veel gedaan heeft. Ees zaak,
'waar. van wy ip ons eerfte Dec! bredfct
Ipreeken.
- "Hier’ door kresen de je&ïtera zulken
aanzien aan het Hof alhier, dat ook daar
door den 20 Maart Ao. 1692. , era iß de
volgende tyd , éen zeer goeae grond tot
Voor^ang van den Godsdienft, en van \
Werk, der bekeering gefegt wierd, alzoo
dsr: Keizer , cm de vooripraak vaP den
Enm S.ofan^ o f :wel van zyn Oom , en
Sthoon-Vader ( Vóorftandei’ dezer Zendelingen
ren voor. al era Vriend van
Gerb ilion) hen nu volkomra vrylieid gaf,
oihdenGhriftelyken Godsdienft in zyn gan-
Laftdes fthe R y k voort te mögen zetten, en om
Keizers alle Tsjineezeti., en Tartaareq, die daar
om den |^ " f f i^ = g ë S ^ e a , .Mxuaa;ea*Ât e mögen gn-
Chnften- t jfâ^ y Zen y en doopen, waar c ^ dan zeer
vceiravandezeHeideneiiAa. 1^ 4 , 1697.
hier cnrivervotgens v a n 'ty d to t ty d , en z d f
^roortte 'jQO¿ verfeheidé Mandaryns (zoomenzegt) |
vStm Ä e f ir ä zyn. :
Dit nu is het groot opgeven van deze Je-
- fintea , en die van hun aanhang zelf, dat ’er I
in dit groot Land reeds duizenden.» zoo'
: groote als gemeène Lieden, door hen be-
keerd en Chriften gemaakt zyn j maar
daar zyn’cr onder die yan hun ftreng zelf,.
die -loochenen, dat deze Tsjineezen en
Hoe , ■■ Tartaaren op goedegronden gedoopt zyn,
en die met ons wel hartelyk twy ffclra, of
werk der"
bekeering
wpr fil ben wel oit de Leere der waarheid in haie
rechte zuiverhëid (ik foreèke nu nôg
maar van 5t zuiverRoomícnGeloove , dat
■wy echter voor zeer onzuiver houden)
voorgefteld isj ja ckar zyn’er , die zom-
rmigen van dezeZradelingen openbaar als
boSiegsrs befchuldigd , en nen te lafbe
gel^t hebben, dat die Tsjineezen en Tartaaren
door hen nia: Gnriften gemaakt,
maar dat zy zelß, van Chriften, Heidenfeh
geworden zyn, en dat zy z ieh om
die Heidenen te behagen , en maar hun eigen
tydelyk voordeeltebejagen, niet ge-
fchaamd hebben zieh in alles na hunne Af-
godiiehe en Bvgeloovige dienften tefchik-
ken, het welk, zoo dit waar', gelyk het
I N A , I I î 2
uîç het beticht , in Áuguftus Ao. rdop. uit tyoci
hét Voorfz. R yk aan’t gemeen medegedeelt^ j0ordcv
uit dat vanAtgiiftus Ao. 1700 V als medfe | | *
W®1 zeer waarfchynelylt is , ons een zeer daar vay
ilrat denkbceld van ’t wcrk van .hunrie veider té
bekeering, behalveü dat het qns oqk zeer yvaSteQ
ftegte gedagten yoor gevolg- Van dieb ’
geeft j te meer, alzoo- heczeker i^, dát de
Mandaryns, en Grooten , deze Jtefuiten1,
en dit werk vande zoo genaàmde of fchyn-
bekeering r doodelyk haaterr, en dit allés
maar voor een tyd, om den. Keizer te be.
hagen , infchikien , terwyl z y , zoo- ras
deze Keizer eeris zal ovèneden zyn,
maar na. dien tyd met hert en ziei- verlamt
en, om zich dan eens ter degen aan allé
ie Patets te gelyk, die- zy voor de groot-
fte bedriegers ter wereldi.(zoa men-, ons
fezegt heeft j. houden , op het lchrikke-
ykfte te wreeken,. en- dhn‘ eensi klaps dàt
ganfch werk der bekeering op een janr-
merlyke en beklagens-waerdige wyze tot
de grond toe zo o g e ly k in Japan gefchied
&, nit te roeyen.
Wacgjroote berigten menAo. *69,f. den
a i September .en den 1-2 November uit
TSJINA, en uit Peking zelt g daar van
j opgegeven heeft,, kan men mede uit de
tycungen van daar van Ao. iépy. in; de
maama February omftandig nalezent,. be-
hatlven dat ook de Jiefuft Bouvet ,, die Ao*
I 1697. in de maand Maart weer in Vranfe-
ryk. quam T e n ’t jaar daar aan weer na
TSJINA vercrok , zeer, breed daar van,
^en zdcfii.odc zeer hoog. van de hoope tot •
^ "KeSeirs bekeering-, èjgegçveh heeft, .
daar egter tot nu toe (zyride wel 2*y jaar
daar na) nog niets op gevolgd is.
De gefeerde werela weet ook, wat von- Het flegt
nis ’er by die van de Sorbonne over deze oordecL
bedryvra der Jefuïten in T S J IN A Ao.
1700. geveld is , en hoe eenjge van deze van hun,
Jefuïten i n ’t laatfte van dit jaar wel daar gedpeijte
tegen fterke betuigingen gedaan hebbenij
maar daar mede heeft de Yader leGobien,
nog dejefùït le Comte, geenzins weggeno-
'men de gedagten welke die van de Sorbonne
, en ook alie anden?- Qe]eerden-, daar
overhy zich reeck vaftgefteld hadden.
Na dien tyd heeft men nog.verfcbfei.de
van deze Zendelingen na, TSJINA a%e^
vaardigd ; dog de meefte tydingen: » die
men van. daar bekomen heeft,. zyn zeer
flegt, waar van’t verjagen van den laatft-
gewnden Heer Mezzjtbarba (die-, zooen¿egt¿ .
men den z Auguftus Ao. iyzz. yapRomep gevolgeü
fchreef,' van aaar verdrevra is)- een ze^- van dicii.
levendig bewys was, gelyk uit de later
tydingen blykt, dat clieKeyzer ge©i Jefui?
ten: meer in zyn Ryk hebben wilde-,;,al-
zoo zy oproér in zyn Land verwekten, -
Zedert zyn verorek. uitTsjipais dieKei-
zer ziek geworden, ep zyne zjekte in het
begin van December Ao. 1712. zoodaftig
toegenomen, dat by , Camhy ggnaamt,
D 3 (wel