
Z io I r E V E
•juj-¿¿.der, en ook fSiets zoo fcherp, cn bitter,
in de Jiefcle te bedenken, ’t geen aldeze
Qofterlingen, ende Türken, niet zeer
lcragtig in deze ruikers, hetzymctbloe-
men, het zy met bladeren van een geheime
, dog by den Inlander egter zeer
verilaanbre zin, immers zoo levendig,
als met zoo veel letters, en woorden,
weten uit te drukken j dog een doode-
lyk teeken is ’t , als men in dezen ruiker
een blad, ’t gecn de gedaante, en de
naam van een mes heeft, komt te vin-
den, alzoo dit noit anders gebruikt werd,
als om dien minnenhandel volflagen afte
fnyden.
Zy beantwöordde deze zyne brieven möt
een fraaijen ruiker van bloemen en bladeren,
ten deele om de kracht van hare
liefde tot hem uit te drukken, ten dee-
len om hem te verzeekeren, dat zy haaft
komen zou, om de liefde tot Zimet voor
eeuwig afte inyden, tot het uitdrukken
van ’t welke zy een mes-bladvaneenuit-
nemende groote, enfeherpte, geilomen
had.
Z y draalde ook niet lang om haar voor*
nemen uit te voeren.
. Ten eerllen liet zy tweekoftelykePa-
lankyns (of Indiaanfche draagbaaren)
klaar maken, om deze gewaande reize te
ondememen.
Doot Gelyk men de Mannen in ’tOoften in
Padma- openc draagbaaren draagd, alzoo is men
na’s v e r - gewoon, die der Vrouwen, daar men
nuftte ^eer jaloers over is, alomme zoodanigte
fc±.SC" ^u‘ten5 dat men zelf niets van haarzien,
en zelf niet weten kan, o f ’er wel ie-
mand, veel min, wie ’er in is .. Een
zaak, die wonderlyk tot de ’ gelukkige
uitvoering van Padmana's giooten aan-
Hag diende.
Zy liet in deze twee Palankyns agt
wakkere Mannen, van hare getrouwfte
Hövelingen, zeer ftil en geheim Zieh
zelve verfleken, ’t geen zeer gemakke-
lyk gefchieden kon, alzoo de Palankyns
Voor de Vrouwen vrygrooter,enwyder,
dan die voor de Mannen,zyn, waarom
zy ook meer draagers, dan voor die der
Mannen, en voor een Princes, om haar
hooge llaat, ’er wel twintigvereiflehen.
t Aan dezen g a f zy kennis van haaren
aanllag, dog voor, al aan hären eerllen
Gelübden , die ’t ganfeh werk beftieren,
en haar peribon zoo geheim verbeelden
Zou, dat zelf de Palakyndragers niet beter
weten zouden,.of de Princefle was
In die eerfte draagbaar, waar in hy ge-
plaatil was, om al het welke te beter te
doen gelukken, zy weluitdrükkelykaan
die agt perlbonen belallte, onderweeg
dog zoo ftil te zyn , dat ’er door de dra-
gers niet vernomen mögt werden, dat
*er Mannen, en geen Vrouwen, in waren,
op dat daar door hären geheelen
aanflag niet veiydeldmogt werden.
N S D E R.
- -Dezen zond zy met een göed gevolga.
zoo ftil en behendig, terwyl zyhaarzel*
veh in haar Paleis verborgen hield, weg,
dat niemand beter will , o f de Princes
vertrok, om zig aan Ekbar over te ge-
ven, en hen dus altyd van haar gezigtte
berooven.
Het gefchrey, zoo der Stedelingen,
als der Hof-bedienden, was, by naar
gewaand vertrek, zeer groot, en dui-
zeriden deden haar, tot verre buiten de
Stads-Poort, uitgeley , haar dankende
voor de liefde, die zy hen bewees met
haar, ende Stad, by hare overgave, te
behoüden, entegelyk, zigduizendmaal
over ’t verlies van zulk een goede Vor-
ltin beklagende.
Sjah Ekbar, die over al zyrie Spions
had, kreeg zoo haaft geen kennis van
haar aankomil, o f hy zond haar veele
Hövelingen va» den eerllen rangtoe,om
hare beveelen af te wagten, en haar te
dienen.
De Gelübde, die haar Peribon zeer
wel verbeelde, zey zagtkens, dat men
Sjah Ekbar uit haar naam aanftonds zou
gaan Zeggen, dat de grootlle dienft,die
hy haar doen kon, deze was, van Haar,
en Haar gevolg, Volkomen vryheit te
laten, tot dat z y , haar Gemaal in de
Veiling, daar hy gevangen zat gelpro-
ken, ontflag van hem gekregen, en af-
fcheid van hem genomen had. Dat hy
ook haar in dat geiprek met hareii Ge*
maal niet llooren, nog geen Hovellngeri
met dezen o f genen lall meer toezendpn
wilde, alzoo z y dat als een trouwlpoSheit
aanmerkte, en zig met een cris, ten
dien cinde medegenomen, hetleven bfe-
nemenzou, om zig aldus aan hem, als
eenen, dien zy niet meer kon nog wilde'
gelooven, te wreeken.
Deze Hövelingen keerden dierhalven
ten eerllen te rüg, gaven Ekbarhitv kennis
a f, en zeyden, dit zelf uit de mond
der Princes gehoord te hebben.
Hy liet derhalven af van meer Hove*
lingen, feaar niet om haar Veel dierbare
jüweelen, en ruikers met menigte , ten
bewyze van zyne uitnemende liefde, en
met verzekering, van dat hy haar een
volkömen vryheit laten zoü, te zenden,
die deze Gelübde op de minnelykfte-wy*
ze, om Ekbar geheel en al te blindhok*
ken, beantwoordde.
Z y quamenmet de-Palankyns met het
vallen van den avond ontrent het Slot ,
Waar in Zimet gevangen zat.
Men liet de twee Palankyns, en ee*
hige van haar gevolg, in de Veilingktf*
men, en men gaf aan de Princes, enaaii
alle haare Staat*Juffers (want zy alle in
de Palankyns hadaen Vrouwen kleedferen,
dog verborgene wapenen ’er onder ,) een
volkomcne vryheit*
- Zoo
G R O O T È
£,1566.. Zoo ras waren zy niet in zcker vertrek,
daar zig Zimet bevond, gekomerf,
oPde Gelübde gaf hem . kennis van den
kanflag, om welken inet ’er haaft, tot
:&evordering van zyne -verlolfing, uit te
-yoeren, zy hai-e wapenen voor den dag
::Jiaalden, cn den Siotvoogd ten eerllen
by de Princes omboden.
Deze ongelukkige in de kamer, daar
hy de Princes, zoo hy meende-, zitten
zag, gekomen zynde, wierd, ecr hy ’t
bedrog merkte, om hals gebragt.
Men handelde even eens met andren
-van die bezetting, tot dat men meende
het lluk meeller te zyn, enveilig .van
. daar zonder veel gerügt te können we-
derkeeren, alzoo zy niemand meer ver-
namen.
Men deed Koning Zimèt, in ’t ge-
waad van een van het gevolg der Vor- j
Hin', zeer haailig met een pragtig ge- '
fchenk, en een brief aan Ekbar, te paard
fteigen, ende Princes, mechaàrgevolgi
quam agter aan, om welhaall, zoÖ men
- meende, by Sjah Ekbar tezÿii, die ook
daar vari bèrigt kreeg, en zig zeer ver-
' heiigde.
Zimet ondertuflehen, gelyk ook de !
gewaande Princes, vopden over al, vol- j
gens de voor af gegevene laft, verfche
paarden, fin verfch volk, .op de wegen,
die zy doortrekked moellen, Zoo dat
Zy in körte tyd , en eer zy -agterhaald
konden werden , binnen Chitor qua-
men.
' De blydfchap vàn Padmana, toen zÿ
hären Gemaal zoo wclvarende voor haar
Zäg, was onuitfprekelyk, zoo om dat
hy verloll, als om dat zy zig aan dien
trouwlodzen Zoo wel nä haaren zin gc-
wroken hadL .
, Niet minder, gelyk mèn denken kan,
was Zimet's genoegen, als. hy zynlchoo-
he, èn getrouwe, Padmana- mede^zoo
vergenoegd over zype verlolfing zag, die
hy harë liefde en vèrnüft allfeen dank
te weten hadj maar vermits zy ’ hier op
hiet dàn de uiterlle blyken van Ekbar's
Woede af te wagten hadden, was haar
feerlle Wferk, om zig hiet tegen .te wapenen
i
• Ondertuflehen zat Ekbar zyne bemin*
de Princes, met het uiterlle verlangen in
een Thuin te wagten, zonder dat hy
haar, nog imand van haar gevolg, komen
zag.
• De fcherße lall der Princes, en zyne
belöfte, van haar alle vryheit te geven,
waren oorzaak , dat hy na haar in .de
nagt niet al te naauwkeurig dorll laten
vernemen. . ,
Men had hem wel gezegt , dat dp
Princes al op weg was, maar hy Uelde
yafl, dat dit, alzoo zy nog niet verlcheen,
Pen xnisverfland was, cn dat zy op het
m o g o l s ;
Kafteely daar Zimet gevangen ‘Zat , hare a 'rp&
nagtrullgenomen. had, te meer, alzoo ‘ *
men, by een later tyding,. hem zeggen
quam, dat ’er alles zeer ftil en in ruft
was. - . ■........ . ... ..
Met het aanbreken van den dag kreeg
hy. een. geheel apder. berigt:. want een
van de wagten, in.die Vetting, die zig
verfteken had, niet voor de morgenftond
durvende .te.voorfchyn komen, had. zoo
ras niet gezien,. dat de Siotvoogd, en al
zyn. andre , makkers hier en daar gedood:
lagen, o f hy begaf zig ten eerllen na
Sjah E,kbar, .om hem.kennis van diton-
geval te geven, daar by yoegende, dal
Zoning Zimet met de Princes in de nagt
v p daar gevlugt moellen zyn, alzoo hy
niemand in de veiling gelatcn had.
Ekbar, dithoqrende, wierd zoo woe- Ekbaft
dende, dat ,h.y dien droevigen tyding- eerite , (
brenger belaile aanftonds in llukken te
kappen i dog^oo ras hy dir gezegt had i Ä t , «
zig bedenkende, trok. hy, die.Jaif weei hier ov e r,
in, om zig van een perfoon, die de eer.
nige was ,. die hem. veel dingen., die hy
nog wenfehte te weteni zeggen kon',
niet te berooven...
Hy liet hem dän weder voor hemko- ,
men, eri önderyraagde hem . owihndig
na alles, wat daar voorgevallcn , en vair
hem gezien was, het;. welk niet dan te.
wel vertlaan hebbende, zeyde, hy : ga
henengy ongelukkige, ga henen uit myn oor
gen, en verfchynd , zoo gy uw leven lief
bebt,, nooit w er voor.Sjah Ekbar,. diengy
met deze. tyding doodelyk bedroefd hebt.
Hyi ontfing kort daar aan,. om hem
van alles te meer te verzeekeren, een
brief van Zimet uit Chitor ^.die hem daar
in zyn trouwlöos. ftuk op ’c tytterileverr
weet, en niet weinig over zyn ZQtrelicf7:
de, en het verwagten van. zyne gewaande
Princes, befpötte, hem bekend mar.
kende , dat Padmana Chitctr noitverlaten* J .
mdar. dat .haar eerße. Gelübde de gewaande •'
Princes, die hem alle die minnekrieven. toey. -
gezonden had , geweeß y m dat d it .alles nu
een zeer laßig en vermakejyk onderwerp voor
hem.i en zyne Gemalin., was y. om hem , wel
gens alle zyne zotterpy?n, . voor de ganfchc. .
wereld ten toon tezetfen als een, die ziel’f •
zoo. beffottelyk van een Vrouw had.laten
bedriegert, en die derhalvenflaqt maken kon±
wat hy van hem, en zyn dappere Rasbuten
VQortaan te wagten had', zoo.hy zoo ft out
was, van ten.tweedemaalvoorVonwinbaar
Chitor. te , verfebynen $ vermits. het voor
mannen geen mocite wezen zou, om zulk ee?
nen, die zieh, van een. Vrouw zoo Jchande*
lyk misleiden liet., noch veel gemakkelyker te
bedriegen, ja geheel te bederven., waar van
hy., zoo 't herii iufie ', een froeve kon' nemen.
.. . . .1 •
. Dok liet hy op. de Medaaji van Chi^
tor een pilaar oprigten , op welkp hy ,dq
D d z tröuif