ifl
enkele gevallen ook in het overige Europa, to t ons, en zelfs
tot Italië afdwalen. Dit grootere ra s, door ons als de
Groote aalscholver (Phalacrbcorax carbo major of Carbo
cormoranus major) opgevoerd, draagt bij N ilss., I I , 4 7 6 , den
naam van Phalacrbcorax carbo, bij Bâillon dien van Carbo
crassiroslris, terwijl N ilsson onzen Aalscholver als een bijzonder
ras onder den naam van Phal. medius aanvoert.
We Gekulfdc aalscholver. Plialacrocorax graculus.
Keys, en Blas. — Pelecanus graculus, L inn., p. 217,
no. 4. — Pelecanus cristatus, Eabricius, Fauna groenl., n».
58. — Carbo cristatus, Temm., I I , 9 0 0 ; IV , 565. — N aum.,
pl. 280. — Gould, pl. 410.
S t a a r t m e t 12 p e n n e n . G e h e e l e l e n g t e 27". V l e u ge
l s 9". S t a a r t 5".
Iris groen. Naakte huid aan de keel en het gezigt geel. Snavel
geelachtig, naar voren bruin.
Prachtkleed : Kruin met eene oprigtbare kuif, die zich
langs den nek voortzet en hier in lengte toeneemt. Sta artpennen
zwart. Vleugels bronsgroen met purperen weêrschijn,
maar elke veder met zwart omzoomd. Alle overige vederen
zwartgroen met metaalglans en goudbronzen weêrschijn,
voornamelijk van den hals naar achteren.
Winterkleed: Zoo als het zomerkleed, maar minder fraai
van kleur en zonder kuif.
577
Jeugdig kleed: Zoo als dat van den gewonen Aalscholver,
maar bleeker.
Deze soort nestelt gezellig in rotsspleten. Elk broedsel
bestaat uit 2 eijeren, welke met die van den gewonen Aalscholver
overeenkomst hebben, maar kleiner zijn. Zij bewoont
het koude Europa, de kusten van Groot-Brittanje,
de Noordwestkust van Frankrijk en broedt in menigte aan
de kusten der eilanden Guernesey, Jersey en Wight. Zij
dwaalt door stormen van tijd tot tijd naar onze kusten en
naar het overige Europa af. Aan de oevers van Corsika en
Sardinië heeft men eenen Aalscholver waargenomen, die van
deze soort slechts daardoor verschilt, dat hij een weinig
kleiner en zijn snavel een weiriig zwakker is: dit is Phal.
Desmarestii, P eyraudeau, (Temm., IV, 566.)
DE MEEUW-VOGELS. LABINAE.
Zij zijn vooral gekensehetst door hunne l a n g e v l e u g
e l s , en hunnen vr i j en, veelal k o r t e n of ook g e h e e l
o n t b r e k e n d e n a c h t e r t e e n . De drie voorteenen zijn door
zwemvliezen vereenigd. De v e d e r e n de r s c h e e n e n r e i ken
n i e t g e h e e l t o t a a n d e n v o e two r t e l . De bek
is r egt , maar bij v e l e n in e e n e h a a k v o rmi g e p u n t
u i t l o o p e n d , en met s c h e r p e z i j r a n d e n . De n e u s g
a t e n zijn, het zi j s p l e e t v o rmi g en d o o r b o o r d ,
het zi j rond eu in e e n e h u i s u i t k ora ende. De zwaav-
37