ill:
ill-
12
S t a a r t 8 | t o t 8^". Voetwortel 2|-". Mi d de l t e e n , 1|".
V l e u g e l s s l e c h t s d r i e v i e r d e n van den s t a a r t
b e d e k k e n d e . K n e v e l v l e k s m a l l e r en minder don-
k e r, t e e n e n k o r t e r d a n bij d e n S l e c h t v a l k .
J e u g d i g k l e e d : nagenoeg als hetzelfde kleed van den
Slechtvalk. P o o t e n , w a s h u i d , en n a a k t e o o g k r i n g
g r o e n a c h t i g .
Vo l k o me n kl e e d: P o o t e n , n a a k t e o o g k r i n g en
wa s h u i d g r o e n a c h t i g geel . Bovendeelen en w a n g e n
gr ij s bl a a u w a c h t i g zwa r t , met uitzondering van den
kop en de groote slagpennen, door blaauwgrijze dwarsvlekken
afgebroken, welke op den staart de gedaante van breede
dwarsbanden, ten getale van ongeveer tien , aannemen. Onderdeelen
van den krop naar achteren, met bruinachtig
zwarte vlekken, welke op den krop druppelvormig, op den
buik en de schenkelvederen min of meer hartvormig, op de
zijden daarentegen groot, en dwars hartvormig en driehoekig
zijn.
De Giervalk bewoont de hoogtevlakten van Noorwegen. De
oude voorwerpen schijnen hunne standplaats niet te verla-
ten. De jongen daarentegen bezoeken in den winter de kust-
streken van dit land, en komen, ofschoon in zeer kleinen
getale, op den trek, door het noordelijke Duitschland en
ons land, waar van tijd tot tijd diergelijke voorwerpen gezien,
gevangen of geschoten werden. Onze valkenieren gingen
vrocger jaarlijksch, en zelfs in onzen tijd eenige m alen,
op het plateau van Dovrefield, voorwerpen van deze soort
voor de valkerij vangen, bij welk bedrijf deze vogels echter,
daar zij koppig van aard zijn, minder goede diensten doen
dan de gewone W itte en IJslandsche valk.
Beide laatstgenoemden, welke sommigen voor rassen van
den Giervalk houden, zijn steeds grooter, zoodat hun
mannetje in grootte het wijfje van den Giervalk evenaart
De Witte valk, Falco candicans, gm elin, die in alle Noordpoollanden
aangetroffen wordt, heeft in het volkomen k leed,
de nagels en zelfs den snavel geelachtig, alle onderdeelen
wit en nagenoeg zonder vlekken, en hij is ook in het jeugdig
kleed veel lichter dan de jonge Giervalk. Deze soort bezoekt
in den winter IJslan d en verdwaalt somtJij ds tot Grooot-
Brittanië. De IJslandsche valk, Falco candicans islandicus,
houdt ten opzigte zijner kleur het midden tusschen den W itten
en Giervalk; hij schijnt aan IJslan d eigen te zijn, en
dit eiland in den winter niet te verlaten.
IS. 0 E SMELLEKEN-VALKEN. AESALON.
Deze kleine groep bevat eenige taraelijk kleine soorten,
welke gekensehetst zijn, doordat h a r e v l e u g e l s gewoonlijk
s l e c h t s twe e d e r d e n van d e n s t a a r t b e d e k ke
n , en dat de d e r d e s l a g p e n n a g e n o e g e ve n l a n g
is al s de twe e d e .
Onder dezen hebben twee, te weten de gewone en de met
haar verwante Noord-Amerikaansche soort [Falco columbarius
WILSON), den bek sterker zijdelings zamengedrukt dan de