278
Behalve onze gewone soort met hare plaatselijke verscheidenheden
komt in Europa nog eeiie aanmerkelijk kleinere,
bruine soort, Garrulus (Perisorìus) infaustus, voor. Zij is
echter tot Scandinavië en Siberië beperkt.
ne Vlaamsche gaai. Garrulus glanilarìus.
Ook Spaamche aakster, Meerkol, Eikel-aakster, in de omstreken
van Rotterdam Kleiekster, Broekekster, in Groningen
Krijtaakster, Houtaakster, en in Noord-Brabant
Markolf genoemd.
Der Eichelhäher. Le Geai. The Jay.
C u v i e r , R. an.. I , p. 422. — Corvus glandarius, L in n .,
p. 156, 11». 7. — T emm., I , 114; 111, 65. - B uee., Enl.
481. — N ozem. en S e p p , 1 , 2 . — N a um ., pl. 58. —
G o u l d , pl. 213.
G e h e e l e l e n g t e 1". V l e u g e l s 6 |" . S t a a r t 5}".
Bek zwart. Oog p a r e l k l e u r i g . P o o t e n l i c h t rood-
a c h t i g.
Gema k k e l i j k t e h e r k e n n e u a a n zi jne k l e u r e n ,
v o o r a l a a n den b l a a u w e n s p ie g e l v an d en v le u g e l.
Hoofdkleur der kleine vederen purperachtig bruingrijs,
maar op het midden van den b u ik , aan de keel, om
de oogen en op het voorhoofd in het witachtige overgaande;
de dekvederen van den staart zuiver wit; de vederen
aan het voorhoofd en de kruin met zwarte leng-
279
tevlckkcn; eene breede, zwarte knevelvlek; de groote dekvederen
van de vleugels lichtblaauw raet zwarte dwarsbandje
s , behalve de binnenste, die zwart zijn. De slagpennen
der tweede orde zwart, maar de binnenste, behalve aan de
p u n t, roodbruin; de vierde, van deze af gerekent, aan de
buitenvlag, bij haren wortel, raet lichtblaauwe dwarsbanden,
en de volgenden aan diezelfde vlag op de twee eerste derden
harer lengte wit. Groote slagpennen vaal bruinzwart,
op de buitenvlag in het grijswitte overgaande. Staartpennen
zwart, bij haren wortel aan de buitenvlag met onduidelijke,
vuil lichtblaauwe dwarsbanden.
De Vlaamsche gaai wordt in het grootste gedeelte vau
Europa aangetroffen; hij gaat in Scandinavië noordelijk tot
63°, en bewoont ook het gematigde Siberië tot Japan, Hij
biedt intusschen, in sommige landstreken, min of meer in
het oog vallende afwijkingen in zijne kleur. De voorwerpen
van Japan b. v. zijn in het algemeen donkerder van kleur;
hij die van Sardinië zijn alle vederen van den bovenkop,
zelfs die van het achterhoofd, met zwarte overlangsche
vlekken voorzien, welke zoo breed zijn, dat de lichte
kleur, vooral aan het achterhoofd, slechts een smalle zoom
schijnt. Bij den Gaai van den Kaukasus, Carr, iliceti of
Krynickii is de geheele bovenkop zwart. Andere verscheidenheden
met eenen zwarten bovenkop worden in Syrië en
Algerië waargenomen. De Vlaamsche gaai is over ons geheele
land verbreid. Hij houdt zieh in bosschen of zelfs in
groote tuinen op, en is bij ons een stand- of zwerfvogel.