
K e m p iu s , de origine, situ Sfc. Frisiae, b l.
3 3 8 , 4 7 '4 .
K em p o v a n M a r t e n a | Annael., bl. ¡LSI.
Keno (Joöker), bl. 892, 893, ¡894, 895.
Kerkdeuren (Muntplakaten geplakt op de),
bl. 229.
Kerkelijk en wereldUjk Beoenter. >Zie Dum-
b a r .
Kerken (Oudste) in Groningen, bl. 822.
KerJckoeven, KerJcUeden, Kerkmeijers, bl.
338.
Kerkhoven (Beraadslagende vergadetdngen op),
3 2 0 .
Kerhoegen, bl. 5 5 5 ; men moest >soms vijf
uren gaan om ter kerk te kunnen koraen,
aldaar.
Kerspel of Mark, bl. 5 5 4 , 555.
Kost, bl. 14.
K&ulen, bl. 1 4 4 , 329 * 851, 852 , 411,
4 2 8 ; munten van — of Agrippijnsche penningen,
bl. 1 4 ; 'handel van Groningen
ifaet bl. 851; over Koevorden naar — ,
bl. 576.
Keulsch gewigt, bl. 147; zie ook de noot.
Keulsche ellemaat en Keulsch gemgt, bl.
329.
Keuren (De Eriesche) zijn omstreeks de 12e
eeuw bijeengebragt , bl. 16.
Keumooten, bl. 320, 5 4 7 ; beteekenis van
dit woord, 'aldaar; 583.
Keurvorsten, bl. 387; Keurvorstergulden,
bl. 488.
K i l i a e n , b l . 1 0 5 noot, 1 0 6 noot.
Kimnata of Kemnade, bl. 871.
Kinheim■ '(De beek), bl. 8 5 9 , 5h'4i'noot, 883.
Kist te Beiden (Yerzameling van Professor),
bl. 453.
Klauwken, muntsoort, bl. 458.
Klaverblaadjes op munten, bl. 111, -155.
Klein-Friesland (¿GrorängWh) of 'de 'Ommelanden,
!bl. 437.
Klein- Oldambt of MentCrne, bl. v353.
Klinkcijns, bl. 72.
Klmkert, gouden mnnt, bl. 72, 618; ook
clincquaert geheeten.
Klipschild, bl. 72, 828.
Klokken op munten, bl. 125; eene klok,
wapen van Franeker, bl. 125,, klokken
nit de kerken gehaald, bl. 442 noot.
Klooster bij Saksiseh Sale, bl. 13.
Klooster te Wvndesheim ook tot staatszaken
gebezigd, bl. 434.
Kloosterschool te Utrecht, bl. 822.
Kloosters in Groningen, bl. .887 ; baar gefcal,
bl. 888; zie ook ide noot.
K lu ften , hl. 821, 1563.
Kluinbier, bl. 878.
K lu i t , Historia Ontica Comitatus Hollan-
diae, bl. 9 , 21 noot.
Knape, bl. 588.
K n ip s c h il d s , bl. 477.
Knoopen (Kleedingstukken zonder), bl. 317.
K ö h l e r , Bucaten-Cabinet, bl. 151.
K o eh ne (Dr. B. v on ) , Memoires delaSocicte
d?Archäologie et de Numismatique de St.
Petersbourg, bl. 29 , 35 , 4 4 1 , 444 , 445;
’s mans verzameling van munten, .bl. 80;
zijn Zeitschrift,f ü r Münz-., Siegel- und
Wappenkunde., bl. 97.
K o en ra ad H of den Salier (Denarius van
Keizer), bl. -8; zijne betrekking tot ons
vaderland, bl. 9 , 1 0 , 1 8 , 153,; beperkt
bet vuastregt, bl. 846.
Koeschot, bl. 411.
Koevorden, bl. 572', enz.; munten der Heeren
van bl. (576, alsmede van bl. 591—r
600; Heer H erm an van —■, bl. 449, 590.
Koevordsch geld in Frieslmd gevonden, bl.
69.
Koggen, bl. 72.
Kolhmerland, bl. 409.
Kollumemieimland, bl. 842.
Kolonien (Eriesche), bl. 809.
Konimg Ch r i s t u s , bl. 73.
Koningsvrede, Kerkvrede, enz., bl. 883.
Konstantmopei (Ma rg a r e th a van) , bl. 594.
Koppenhagen (Koninklijk Muntkabinet te),
bl. 8 ; Muntverzamelmg te — , bl. 11.
Korforstguldens, bl. 149.
Korrels goud o f ziloer, bl. 148.
Krabbelaa/r (De muntsoort genaamd), bl. 264.
Kreilerbosch, bl. 117, 360.
Kriekenputte, bl. 15.
Kromstaert, bl. 2 8 0 , 5 1 3 , 5215, 565.
Kromstaartjes, bl. 460.
Kronijkschrijvers (Eriesche), bl. 825.
Kroon met 8 afdeelingen, bl. 87.
Kroonen (Oorsprong der) in het wapen van
Sneek, bl. 114.
Kropswolde (De Groningsehe burgers graven
hunne turf te) , bl. 856.
Kruis (Dusgenaamd Geldersch), bl. 122,
478; Karolingisch— , bl. 8 , 100, 445,
454; in bloemen eindigend, bl. 107, 599;
gevoet vierbeenig — , bl. 478, 608.
Khmbroedersklooster, bl. 114.
Kruisstaf op munten, bl. 43.
Kruisstraten (Uitroeping op de), bl. 271.
Kruistogten (Gescbiedenis der Noordneder-
landers in de) , bl. 68 ; de Groningers ne-
men ook deel aan de — , bl. 884.
Krunsvaarders (De) -brengen waarschijnlijk
den dubbelen arend in Europa, bl. 97.
Krumsterds, bl. 601.
Kuinre, Eooverskasteel, bl. 886.
Kuinresch geld in Friesland gevonden, bl.
69.
Kui/nrezijl, bl. 565.
Kunst (Yoorwerpen van oude) verloren ge-
gaan), bl. 884.
Kuststreken (De) van Friesland en Groningen
veranderd, bl. 295.
L .
Baar (Het kasteel), bl. 582.
Babeki (Flumen), bl. 812 noot.
Bmdbouio (De) zeer oud in Eriesland, bl.
299, 800; aangemoedigd door de kloosters,
bl. 388.
Banddagsvergaderingen (Drenthsche), bl. 562.
Bmdgoederen (Kloosters bezitten degrootste),
bl. 338.
Band/regt van Brenthe, bl. 546.
Band/regt (Ieder kwartier van Friesland had
zijn eigen), bl. 881.
Bandsdagen, bl. 125.
Bandsmv/nt (De), moneta publica, werd alleen
door den Keizer geslagen, bl. 10.
Lmd/oerdeelmg (Oorspronkelijke) van Groningen,
bl. 311 noot.
L an g enN (D r . I 1. A. to n ) , Hermg AOreehi
der Beherzte, bl. 138.
Bangewold, bL 815, 3 6 6 , 380, 619, 622.
L ang hen (O t to v an ) , M. 119.
Basdorpe of Bosdorp, bl. 814.
Batijn de taal der beschaving, bl. 829.
Bauwers, bl. 7 , 298, 312, 3 1 5 , 327, 329,
33 5 , 342, 344, 359, 366, 369, 380,
399, 4 2 8 , 605, 6 1 6 , 622.
Bawwerzee (De), bl. 298.
Ba/ndvoogdes (De) der Niederlanden, bl. 158.
L ebo (?), opschrift op eene munt,, bl. 288.
L e d e b u r (von) , ' Bie fv /n f mwnsterschen
Gauen, bl. 19.
Beemte, d. i. wond, bL 357.
Beenen (Groote), bl. 604.
Beengraaf, bl. 1 8 , 40.
Beenmannen van bet Duitsche Rijk, bl, 13 ;
van den Hollandschen Graaf, bl. 6 0 3 ,
604; erfelijk leenman, bl. 4 4 9 , 529.
Leenstelsel (De Eriezen weigeren de invoe-
ring van het), bl. 143, 612; bet — in
de Ommela/nden onbekend, in het Gooregt
beperkt, bl. 385.
Beer (De stad), bl. 396,
Leerdam. Zie Buren.
Beeuw, wapen van Beeu/warden, bl. 46; van
waar zulks, aldaar.
Beeu/warden (Munten van), bl. 7; zeer oude
munten van die stad, bL- 4 5 ; aldaar waarschijnlijk
geslagene munt, bl, 500; wordt
allengskens de hoofdstad van Frieslmd,
bL 142; de stad versierkt, bl. 612; zie
verder bl. 514, 6 1 5 , 616, 621, 624.
L e euw en (De Heer J . v an ) , Archivaris van
Friesland, bl. 252, 261.
Beeuwen (Klimmende) op eene Eriesche m unt,
bl. 96. .
L e f f e r t (Burggraaf), bl. 878, 578.
L e ib n it z , Scriptores rerum Brunsvicensium,
bl. 12.
L ey d en (C o r n e l is v an ) , Muntmeester te
Groningen, bl. 488, 501, 525.
L e it zm a n n , Numismatische Zeitung, bl. 29.
Bekebroeders of Conversi, bl. 3 39..
B e lie , mnntteeken en deel van bet wapen
van Workum, bl. 118, 289, 290.