
 
        
         
		voirscreuen,  dat  die  goude  ende  silueren  penningen,  hier nae  genoempt,  in  onsen  Landen  
 van  herwertsonere  ontfangen  ende  uytgegeeven  anllen  wordden  voor  den  prys,  ende  alsoo  
 hier  nae  volcht,  te  wetene: 
 Die  dobbele  Dueaeten,  ten  pryse  van  4  ponden  4  sch. 
 Die  Dncaeten  van  Spaengien  ende  Hongerien,  tot  42  sch.  
 enz.  enz.  -  
 En  wat  de  zilveren  munten  betreff: 
 Den  Beael  van  Spaengien,  tot  7  groten,  oft  3  sch.  6  penn. 
 De  silueren  Carolus  gülden  tot  21  sch. 
 D e n   X n g e lsch en   S to teT ,  t o t   2   s ch .  3   p en n . 
 Ende  aengaende  die  Dalers,  wy  verbieden  die  zelne  van  nyeuws  generalycken,  ende  
 verclaeren  die  voir  billoen,  zoo  wy  by  andere  onse  voirgaende  brieuen  van  placcaten  ge-  
 daen  hebben. 
 Hierop  volgen  weder  de  gewone  strenge  bedreigingen  tegen  de  Overtreders. 
 Voorts,  also  onlancx-t  onser  kennisse  gecommen  was,  dat  zeeckere  valsche  penningen,  
 gecontrefeyt  nae  de  Cronen  van  onsen  slaege  van  Spaengien,  die  gemeenlick  gensempt  
 worden Pistoletten,  begonsten  herwertsonere  in groote menniohte ontfangen  ende uytgegenen  
 te  worden':  wy  by  andere  onse  brieuen  van  placcaete  van  den  9  Nov.  11,  die  valsobe  Pistoletten  
 hadden  doen  verbieden;  ende  nyet  min,  willende  dat  onse verbot  stadt  grype,!:ende  
 onnerbreeckelicken  onderhonden  wordde,  hebben  wy  t  zelfi'de  mit  eenen  wege  van, nyeuwes  
 wel  willen  vernerschen  by  dese  iegenwoirdige,  verbiedende,  enz.  enz. 
 Ende want wy  oick  geinformeert  zyn,  dat  de  Spaensche  Bealen,  soo wel  de  dobbele  als  
 in ekele,  als  anderen  van  vier  Bealen,  grootelicx  gescroyt,  gesneden,  ende  van  gewichte  
 vermindert  worden,  zulcx  dat  de  geene,  die  behoren  te  wegen  72  stucken  in  t  marck  
 troys,  wegende  tstuck  2  ing.  7  aesen  ende  een  halff vierendeel  van  een  aes: ruim. 
 Insgelicx  de  stucken  van  2  Bealen,  die  behooren  te  wegen  36  int  marok,  wegende  
 tstack  4  ingelsche  14  aesen  ende  een  vierendeel  van  een  aes  rnym. 
 Ende  die  stucken  van  4  Bealen  (1),  die  nae  aduenant behoren  te  wegen,  op  veele  nae  
 tot  hueren  gewichte  niet  en  commen;  ja  dat  arger  is,  eenige  die mingelen  darrender  die  
 quaede  ende  valsche  Bealen:  Begerende  dair  inne  te  remedieren,  ende  oick  voor te  commen  
 ende  beletten,  dat  alsulcken  bedroch  ende  abnse  in  toecomende  tyden  daer  inne  niet  ge-  
 committeert  en  worde. 
 (1)  Alle  deze  en  de  voorgaande  munten  worden  nog  dikwerf  aangetroffen,  het  zij  in  ons  vaderland  nit  de  »arde  
 o f wel  uit  het  water  te  voorschijn  gebragt  wordende. 
 Verbiedende  insgelicx  allen.onsen  Ondersaten  ende  andere,  van  wat  staete,  qualiteyt  
 ofte  conditie  zy  zyn,  eenige  van  de  voirscreuen  goude oft  siluere  penningen  te  scroyen,  
 snyden  oft  wasschen  myt  sterkwater,  cyment  oft  andersins,  namentlichen  die  voorsz.  Bealen, 
   “op  verbenrte  van  lyff  ende  goet,  enz.  enz. 
 Aan  ’t   einde  staat: 
 Gecollationeert  iegens  gelycke  copie,  ende  is  daer  mede  beuonden  t  accorderen.  By  my 
 (was  geteeckent) 
 E.  NICOLAT. 
 Uit  een  afschrift  ter  Secretarie  van  Eranequeradeel.  —  Zie  ook  
 lste  Leeuwarder  Placaat-Boek,  N°  113. 
 Op  den  22  Junij  1555  werd,  met  genoegzaam  de  zelfde  bewöordingen,  bet  
 Placaat  van  25  Januarij  1 5 5 4 ,  zoo  even  medegedeeld,  herhaald,  en  de  prolon-  
 gatie  der  Moderatie  op  den  prijs  en  de  loop  der  munt  tot  Lichtmis  aanstaande  
 afgekondigd.  —  En  dit  is  het  Iaatste  s tu k ,  de  munten  betreffende,  dat  in  
 Friesland  onder  de  woelige  regering  van  Keizer  Karel  V ,  aan  wien  dat  gewest  
 gedurende  veertig  ja ren ,  te  weten  sedert  het  jaar  1 5 1 5 ,  onderworpen  was  ge-  
 weest,  werd  uitgevaardigd. 
 De  troebele  tijden  verbeterden  er  echter  niet  o p ;  ook  de  muntzaken  raakten,  
 zoo  door  de  staatkundige,  als  godsdienstige  beroeringen,  niettegenstaande  den  
 aanhoudenden  aanvoer  van  Amerikaansch  zilver  uit  Spanje,  niet  tot  volledige  
 verbetering;  althans  niet  in  Friesland  en  Groningen.  Wij  gaan  dan  over  tot  
 de  regering  van 
 F I L I P S   II. 
 (1555  TOT  DE  PACIEICATIE  VAK  GEND  IN  1576.) 
 W e l   vinden  wij,  gedurende  de regering  van  dezen  magtigen  Vorst,  Munthuizen  
 in  werking  in  (om  ons  alleen  tot  ons  Nederland  te  bepalen)  Limburg,  Gelderland  
 ,  Holland,  Utrecht  en Overijssel,  alsmede  in  de Ommelanden  van Groningen  
 (in  de  Iaatste  werd  echter  eerst  na  de  Gendsche  Bevrediging  g em u h t),  maar  er 
 31