
Op onze Supplementplaat XIX deelen wij onder N" 28 een vlieger mede
van het jaar 1469.
Vz. De gewone type en het omsohrift:
>5« snoßamis * hovts | GROßicaßSis.
Kz. Weder de gewone type (het stuk is afgesleten) en:
2SBBO I DOMIB | SB * aaeteC I IiXVIIII (sie).
Z. B. weegt 2,8 w. en is van Z®. Wij vonden het stuk niet buiten de
Verzameling van den Baron michieIiS van veedüynen te Maastricht.
N" 62, weder een jager, stuiver of vlieger, heeffc de zelfde type. Omsohrift
der vz. :
>J. SBOBawro IBOV25 * GROBIGSSIS.
Op de kz. ziet men thans in het hart van het versierde kruis een zesbladerig
sieraad als van eene roos. Het omsohrift is:
25BBO [ DOSBIB | * SB * GGG | G % btWG.
Z. B. weegt 1,8 w. Z®. Ons alleen bekend in de Verzameling van Professor
baakt de LA iaille te Groningen.
N‘ 63, eene dito mnnt, heeft tot omsohrift op de vz.:
■•i« snonarnT! • bovts g r o b ib g h b s is
Op de kz. vertoont zieh de initiaalletter van Groningen in het hart des krui-
ses, terwijl het omschrift in den rand luidt:
2SBBO ° 1 DOJRIH j Sß S GGGG | XlBVIl
Z. B. weegt 2,9 w. Z®. Ons met dezen Stempel niet anders voorgekomen
dan in het Koninklijk Kabinet te ’sGravenhage, doch met den Stempel, gelijk
wij afbeelden in het Supplement Groningen, onder N* 24, op PI. XIX, met het
in eene punt eindigende wapenschild op de vz. en met
t sb b o s ] d o sd ib i | m s a a a a | sw w tii
op de kz.. Komt voor in de Verzamelingen van Professor baaet de la faille
te Groningen en den Heer j . A. steicker te ’s Gravenhage.
N’ 64 verschilt in type (alleen is het wapenschild op eenige eXemplaren wat
grooter) noch omsohrift, althans wat de vz. betreft, van N‘ 63.
Op de kz. staat in den omtrek:
25X2X20 | D0MII2 | SI2 8 GGQG | Uttttlll
Z. B. weegt 2,4 w. en is van Za , als ons bekend ini de Verzamelingen van
den Staatsraad v o n r e i c h e l te St. Petersburg, in die van den Luitenant-Kolo-
nel n o o t , thans te Harderwijk (het was opgegraven bij de Boode Poort te
Antwerpen), in die van Professor b a a e t d e l a f a i l l e te Groningen, en ein-
delijk in die van den Sohrijver van dit werk. Een ondèr dèn hamerslàg zeer
versprengen exemplaar, dat op het Provinciaal Archief te Groningen berust,
deelden wij mede op PL XIX, onder N” 25.
N" 6 5 , aan de vorige munt gelijk, op het opschrift na-.
22X2120 | DOMIß j XB : GGGG | IiXttffll
Z. B. weegt 2,7 w. en is van Z*. Wij kennen namelijk de munt in de
Verzamelingen van het Noord-Brabandsch Genootschap te ’s Bosch, der Heeren
KEEE te Amsterdam, s t e i c k e e te ’s Gravenhage, Professor b a a e t d e l a f a i l l e
te Groningen, en Baron m ic h ie l s v a n v e e d u y n e n te Maastricht.
Op den 28 October 1474 werd er te Antwerpen eene proef gemaakt (waar-
schijnlijk in de Munt van Hertog Karel den Stouten aldaar) op de Gronin-
ger munt. Wij zijn in staat gesteld deze hier te laten volgen. Onze geachte
vriend, de Heer f . v e e a c h t e e te Antwerpen, had de goedheid ons die toe
te zenden:
Assaye van den Groeninger Mnnte, gemaeckt in den Camere van den
Rekeningen xxviji Oetobris (sic) lxxiiij (1474).
Den Coxtten penninqk .met. des Bisscoppen wapen jnt, cruys, hondt. v d. xj gr. iij gr,
NB. S it ¡tal eene JJtrecMsche mnnt zijn.
Den Groeninch pennino mette G jnt cruys, hont . . iiij d. v gr. iij q. fyns.
Den Groeninch pennino metten Leen in de seilt onder den Aren, hont
(waarschijnlijk eene Leewvardsche munt) iiij d. yj gr. 1 gr. fyns, lxxxv opt marc.
Den Groeninch pennino metten sterre jnt cruys . . . iiij d. vii gr fyn.
Den Groeninch pennino metten Leeuwe in de seilt aen den arne, hout
[waarscjäjnlijjc weder eene LeefWWO/rdscTte munt) iiij d. x gr. fyn, xcv opt marc.
Den Groeninch pennino metten sterre int cruys, hout
iiij d. 5 gr. fyn, lxxxix jnt mare.
Den Cortten pennino metten wapen gelye den voergen. Groen. pennino, hout
v d. xvj gr. 1 q, fyn.