
 
        
         
		’sarends  klaauwen.  Het  omschrift  der  vz.  is: 
 *   JBOBSOTCS * BOV  I  TE J GROBISBSI. 
 en  dat  der  kz. : 
 Sim * BOM6CB  * DOMIBI  * BSBSDIG®' 
 Z.  Eigendom  van  Mr.  j .  h .  q ü in t ü s  ;  weegt  3,15  w.  Later kocht  de  Heer 
 w.  J.  de  vooGD  te  Amsterdam  eene  dito  munt, die  wij  in  ons  2e  Supplement 
 Groningen  onder  N°  4   lieten  afbeelden.  Deze  is  van  buitengewoon  groyen 
 Stempel  en  heeft  op  de  vz. : 
 »J.  MOBGlflTE  * BOV2E  *  |  * GBOB SB S IS . 
 Op  de  kz. : 
 SUB  * BOMSB  * DOMIBI  * BGBSOIGm' 
 Z.  weegt  2,45  w.  Z®. 
 N"  28 ,  een  dulbele  vleemsehe  (of  stuk  van  zes  plakkên  ?) ,  heeft op de vz.  een  
 veel  grooteren  arend  hoven  het  wapenschild,  dan  op  N°  27.  Het  omschrift  
 is  thans  aldus: 
 •Ï«  Sim  * BOMSB  * OBI  * BSBSDIGm. 
 Op  de  kz.  de  zelfde  af beelding  en  hét  omschrift: 
 >£  ÍBOBSW2S  * BOV2E  * GROBISBSIS. 
 Z.  wëegt  3,25  w.  en  is  van  Z4 ,  daar  er  ons  drie  exemplaren  van  bekend  
 zijn  geworden,  het  eene  in  onze  eigene  Verzameling;  het  andere  (van  zeer  siecht  
 gehalte)  in  het Kabinet  van  Professor  d a   f a i l l e   te  Groningen ;  het  derde  in  de  
 Verzameling  van  den  Heer  F.  d e   w it t   aldaar.  Ons  exemplaar  was  voor  moer  
 dan  twintig  jaren  gevonden  bij  het  siechten  der  'wallen  van  Utrecht.. 
 N"  29  heeft  weder  de  type  der  beide  vorige  munten,  doch  verschilt  in  de  
 omschriften  en  in  den  vorm  van  hare  letters.  Vz. : 
 Slip  * BOMSB  * DNI  (eigenlijk  in  plaats  eener  N  slecht3  tyee  I’s)  
 BSBSDICm. 
 en  op  de  keerzijde: 
 ■i«  MOBSIB2Î  * BOV7E  * G R O B S SB S IS .  . 
 Z.  weegt  3,4  w.  Z®.  Eigendom  van  't  Koninklijk Kabinet  te  sGravenhage.  
 N'  3 0 ,  waarsehijnlijk  een  olde  vleemsehe groot  of  stuk  van  3  plakken,  schijnt  
 de  helft  der  vorige  munt  te  zijn. 
 De  type  is  aan  beide  zijden  dezelfde.  Omschrift  der  vz.: 
 »J.  Sim: BOMSB : DOMIBI j BSBSDIGDP 
 Der  keerzijde: 
 MOBSWffi .  BOV2E * GROBISBSIS. 
 Z.  B.  weegt  1,6  w.  en  is  van  Z®.  Er  kwamen ons  twee  exemplaren  van  in  
 handen;  het  eene  uit  het, Koninklijk Kabinet  te  ’s Gravenhage;  het  andere  uit  
 de  Verzameling  des  Heeren  s t r i p k e r   aldaar. 
 Op  deze muntsoort,(als  kunnende, volgens de type, wel omstreeks 1435  gesla-  
 gen zijn),,is waarsehijnlijk wel het volgende toepasselijk, dat wij lezen in het meermalen  
 aan te halen HS. op het Arehief van Groningen :  » van olde vleemsehe grote.» 
 Wy  Borgemester  en Baedt  in  Groningen  doé knndioh  alié luden,  eñ betugen mijt dessen  
 opene  breue,  wät  somtijt  in  onser  stadt wal  schelinge  [d.  i.  verschil,  onaangenaamheid)  
 vallen,  vS  den  olden  vleemsehe  groten,  eE  in  tokomende-  tyden  schelingen,  daer  van  
 muchten  yallen.vp  dat  een  iegeliek moege  weten, woeme  die  olde,  vleemsehe  grote  elck  den  
 anderen  sollen  betalen,  hebbe  wy  Borgemester  efi Baedt  in  Groningen,  huden  vp  dessen  
 dach  da tu.  desses  breues  alsoe  daer  van  gesproken,  en  sijn  daer  vä  ouer  eendragen, vp  
 ösen  Baedhuse,  datme.  na  dessen'dage  twalff olde  vleemsehe'grote,  (alsme  die  olde  vleem-  
 sohe  grote  niet  heft)  sal,  betale, mijt  een  loot  fijngebrant  suluers  [fgn gebrant beteekent  
 zuiver  zilver,  waar  de  koper-  of  andere  deelen  uit  zijn  genomen;  dat was  in  de middel-  
 eeuwen  zeer  schaarsch]  off payment  dat  gdet  i s ,  voer  een  loot  fijn  gebrant  suluer,  in  der  
 tijt  der  betalinge,  tho  ewijge  dagen.  Jn  orkunde  hebben  wij  onse  stadt  segel  an  dessen  
 breeff  gehange  gegenen  in  den  iaer  ons  heren  dnsent  veerhondert  vijff  vB  dartich  des  
 donderdages  in  sunte  Calixtns  auende,  doe  wijbrant  klant,  hinrick  kater,.  ludeken.wig-  
 boldes  ett Enert  iarchs Borgemester. waren  onser  etadt.  [Nog  een  ander  afschrift-berust  op  
 ’t Arehief te  Groningen,  genomen  naar  den  oorspronkelijken  bezegelden  brief in  de  verzameling  
 van  wijlen  den Heer Mr.  i.  w.  k e i s e r ,  gemerkt N"  285,].  Beeds  in  1424  komen  
 de vleemschen  (d.  i.  Groningsche munten,  geslagen  op den  voet der Vlaamsche,) voor in den  
 eersten Brouwer  gilde brief:  «het Brouwampt  zoude gewonnen worden met  4000  vleemschen  
 tot  der  Stadia  behoef.«  Dézé  4ÖÖ0  vleemschen  golden  later  150  gulden  Brabands. 
 N"  31  en  32  zijn  ongeveer  van  den  zelfden  Stempel,  en  schijnen  een  vervolg  
 te  zijn  van  de  muntsoort  onder N°  26; afgebeeld. 
 Op  de  vz.  ziet  men  weder  den  dubbelen  arend boven  het  stedelijke wapenschild. 
   Het, omschrift  js: 
 58