
" 4 i.
:; 'l) ■■
. , j •
/}
: .
I: I
per pond bedroegen, w as de invoer reeds to t 50 m illioen
gestegen. In 1853 werd h e t invoe rrecht to t 1 sh.
10 d., in 1864 to t 1 sh. en in 1870 to t 6 d. verlaagd.
De invoeren bedroegen n a ’t eerste ja a r reeds nabij 86,
n a ’t tweede ru im 124 en in 1870 reeds 141 millioen
ponden.
De verlaging der rechten had dus n ie t alleen den smokkelhandel
gefnuikt, m a a r bovendien de thee to t een volksdrank
gemaakt. In 1872 kw am en u it Britsch-Indië reeds 16'/j
millioen ponden te Londen te r m a rk t tegen ’n paar millioen
tien ja a r vroeger. In 1886 w as de invoer to t 7 3 millioen
en in 1895/96 to t 129 millioen gestegen. Van Ceylon
kwamen in 1896 ru im 93 millioen, een opmerkelijk feit,
als men bedenkt, dat Ceylon e e rst in 1873 een eerste
proefje van de nieuwe c u ltu u r kon aanbieden.
Alle bergstreken van zuid-westelijk Ceylon worden voor
de th e e cu ltu u r geschikt geacht en in h e to nm e te lijk eB rits c h -
Indische Rijk kan men de gelegenheid schier onbeperkt
denken. Niet zonder grond w o rd t dan ook gevreesd, d a t
de goede uitkom sten, waa rin men zieh n u sinds ja re n
verbeugt, m e t eene bedenkelijke overvoering van de m a rk t
zal eindigen.
Dat China en Jap an de k rasse mededinging van Indië
en Ceylon gevoelen moeten, zou alleen u it de hiervoren
genoemde feiten reeds a f te leiden zijn, m a a r h e t sp re ek t
nog duidelijker u it de volgende;
In 1866 verbruikte Groot-Brittannie omstreeks 94 millioen
ponden Chineesche thee, tegen 4«/io Indische. In ’t afge-
loopen ja a r (1896) was die verhouding: 20 tegen 201 millioen !
ZÓÓ voortgaande, zou de Chineesche th e e spoedig geheel
van de Europeesche m a rk t verdrongen zijn, m a ar h e t
Chineesche gouvernement heeft eenige ja re n geleden h e t
gevaar, d a t zijn oudste ta k van landbouw en nijverheid
hedreigt, ingezien. Aan eene cornmissie droeg h e t toen een
onderzoek op en h e t rapport klonk even oprecht als duidelijk
- „dat de Indische en Ceylonsche theeën de Chi-
„neesche sloegen, eenvoudig omdat zij in elk opzicht beter
,teekweekt, beter geoogst, b eter bereid en verpakt, en —
¡eerlijker en goedkooper van de h and gezet w orden.”
Aanbevolen werd daarom, bekwame mannen n a a r Indië
en Ceylon te zenden om h ie r te leeren, hoe men thee
cultiveeren en behandelen moet, ten einde in China éta-
blissementen als modellen te k u n n en openen. Wel zijn
de tijden dus veranderd! China in de leer bij hen die
voor k o rt nog bij de Chineezen te r school gingen!
De Indische theeën hadden aanvankelijk, bij hen, die
aan de Chineesche gewoon waren, heel w a t vooroordeel te
overwinnen. Zij zijn toch wel geurig, m a a r scherper en
k rach tig er van smaak.
Daar de meeste menschen — de hoogere standen wellicht
uitgezonderd - van ie ts p ittig s houden, n aa r vader Cats :
van ie ts w a t b itte r is voor den mond,” zijn China en
Jap an op den achtergrond geraakt, n a a rm a te men de Indische
theeën beter leerde kennen. De handel heeft voorts een
v erstän d ig gebruik gemaakt van de omstandigheid, dat
men door menging van de verschillende theeën, de m e e st
uiteenloopende eischen kan bevredigen.
Van goede Assam-thee w o rd t gezegd, dat zij is : vol,
geurig en ook zacht, — den sma ak van cacao (?) naderende.
Supérieure Assam w o rd t heden, zoowel van Ja v a als van
Ceylon en Br.-Indië, dikwijls gelijk aan of zelfs boven Chineesche
th e e geschat.
De thee-uitvoeren van J a v a beliepen in de tijdvakken
4875i8i _ _ 1882/89 en 1890/95 achtereenvolgens, dooreen:
2 562,000-2,970,000 en 3,302,000 kilogrammen ’s j a a r s .
W a t ’n ie t uitgevoerd, m a ar b innenslands v e rb ru ik t werd,
is slechts gering. In vergelijk m e t de vlucht, welke de
c u ltu u r in dezelfde perioden in Br.-Indië en op Ceylon nam,
mag de vooruitgang n ie t van beteekenis_ heeten. Waaraan
kan d it worden toegeschreven? (Moge hier worden aange-
5«
S ;
if":-'
m
■■ f. •