
ML;
tS 1.
dagen eischte), waar de resident zetelde, tot wiens gebied
Deli tot 18 73 nog behoorde. Aan de havenplaats Laboean-
Deli lag bij Nienhuys intrede een kruisboot, als blijk en tot
hooghouding van ons gezag.
TA..:.-- 1 -1 - «—
Door tusschenkomst van den heer A. Clemen, tabakshan-
delaar te Amsterdam, kwam Nienhuys in aanraking met den
heer P. W. Janssen, die hem, in vol vertrouwen op zijne
mededeelingen, fmancieelen steun toezegde, waarop inderdaad
geen berouw behoefde te volgen. De eerste partij van den
f f g s t 1868 werd nog in datzelfde ja a r tot 225 cts. per Vs
kilo .verkocht en dit schitterend resultaat g a f aanleiding de
onderneming op breeder schaal voort te zetten, waarvocr
■Ianssen steun vond bij de Ned. Handel Mij. Gevolg hiervan was
het vertrek naar Deli van Clemen (Mei 1869) om gronden
voor eene Maatschappij te verwerven en Nienhuys ter zifee
le staan. V i j f maanden later overleed Clemen, doch niet
tegenstaande dit verlies werd in dezelfde maand (28 Gctober)
met de Handelmaatscliappij de overeenkomst tot oprichting
der Deli-Maatschappij gesloten, welk feit den 1®« November
1894 te Amsterdam feestelijk en zeer tot eer en waardeering
van den Directeur Janssen en van de drie Com missarissen
Nienhuys, Ceemer en van den Honert, is lierdacht.
Gpgericht met een kapitaal ad 3 ton en een grondbezit
ad + 10000 bouws, beschikt de Maatschappij nu over meer
dan 100,000 bouws in de beste landscbappen, d .z . Deli en
Langkat, vormende te samen 23 ondernemingen, werkende
met een kapitaal van 4 millioen en een reserve van 41/2-
Het aantal va.ste werklieden is tot 16000 ge stegen; dat der
tijdelijke, Bataks en Maleiers, is eveneens aanzienlijk. Het
Europeesch personeel telt ruim 160 personen. Elke onderneming
heeft haar administrateur, met vier, v ijf o f zes adsistenten,
voor w ier toekomst, dank zij de groote offervaar
digheid van de Maatschappij, door een solied pensioenfonds
degelijk ook is gezorgd. De hoofdadministrateur, te Medan
gevestigd, wordt bijgestaan door 2 inspecteurs, éen secretaris
en zes adsistenten voor de kantoorwerkzaamheden. Daarbij
komt nog het personeel voor bizondere werkzaamheden, als
toezicht op het smalspoor, de baggermolens, twee opnemers,
een bouwkundige, een veearts en drie Europeesche doktoren,
elk met een Europeesch hospitaal-opzicbter en verder inlandsch
personeel.
De verpleging der zieken was van Nienhuys optreden a f
reeds een onderwerp van groote zorg. Aan zieken-inricbtingen,
voor Europeanen zoowel als voor de Chinee-sche en andere
arbeiders, wordt alles gewijd w at men voor de uitnemendste
van dien aard verlangen kan.
Na Clemen’s overlijden kw am E . A. F. Straatmann Nienhuys
te r zijde staan (1870) en gelijktijd ig ontving de jeugdige