
En het toppen ! Alweder dezelfde verschillen. De Liberica
is, in haar geheel als in haar deelen, forscher dan de Arabica;
zij groeit hooger op en haar takken staan onder een
scherper hoek aan den stam. In volle ontwikkeling, heeft
de stam een veel krachtiger voorkomen dan de oudere
breeder en als hij over zijn geheele lichaam vruchten te
oogsten geeft, zal de inzameling van deze natuurlijk grooter
moeite en zorgen vragen. De meerdere stevigheid van stammen
en takken tempert misschien de bezwaren welke, met
het oog op beschadiging, aan het gebruik van ladders verbonden
zijn. Voor de plukkers en pluksters blijven die b e zwaren
echter bestaan en elk ondernemer zal deze wel voor
zieh zelven dienen te schatten. Een voordeel is zeker, dat
de vruchten niet zoo gemakkelijk afvallen en den inzamelaar
daarom niet eng en streng aan tijd binden.
Intusschen zijn er ook reeds voorbeelden, dat men met succès
toppen kan. De heer Bowles o. a., die uitgestrekte tuinen
van Liberica-koffie aanlegde op de landen Pamanoekan en
Tjiasem in Krawang, liet, met hem zeer bevredigende uit-
komsten, zijn boomen twee en drie-stammig ontwikkelen
en paste daarvoor het toppen reeds op de bibit toe. Aanvankelijk
twee stammetjes winnende, kan men deze in den
vollen grond nog to t drie of vier vermeerderen en zal de
boom in breedte winnen wat hij aan hoogte inschiet. Evenwel
zal onder deze omstandigheid de overmatige lengtegroei
niet altijd beslist voorkomen worden en het inkorten van
stammen en takken, het regelmatig snoeien alzoo, onver-
mijdelijk blijven. Zoolang afdoende ervaringen nu ontbreken,
zal elk planter goed doen zieh vooreerst to t rationeele
vergelijkende proefnemingen te bepalen. Voor alles zij hij
niet zuinig met zijn plantruimte. In elk geval, men toppe
en snoeie of men late den boom natuurlijk doorgroeien, heeft
de Liberica meer plaats noodig, maar minder boomen behoeven
niet minder product ook te leveren.
Een over wegend voordeel van de Liberica is zeker, dat ze
nog op gronden blijkt te kunnen en willen tieren, welke voor
de oude of gewone koffie, zonder kostbare bemesting althans,
niet of minder geschikt en willig meer zijn gebleken. Zöö
in de lagere gelegen landen en op afgeschreven koffie- en
theegronden. Voorts merkte Scheffer reeds op, dat de boom
om de zes maanden, en zelfs op ’t oudere hout, bloeit, een
bizonderheid welke, bij een voornemen om te toppen of te
snoeien, wel de aandacht verdient.
Een nn nog niet te schatten, maar stellig zeer groot b e lang
is voorts, dat men door kruising van de oude en nieuwe
soort een hybride trach t te winnen, welke de edelste eigenschappen
van beide in zieh vereenigt. Reeds had men voorbeelden
van spontane kruising, die veel goeds doen hopen en
hebben ook de uitkomsten van willekeurige bestuiving tot
leering- geleid. Wigman verzekerde, dat, althans primitief, de
invloed van den vader in het oog valt
Aanbeveling zal voorts verdienen de edele Arabica te versterken
door haar te griffelen of te enten op krachtige Liberica.
Dat de Liberica onkwetsbaar zou zijn, ougevoelig b.v. voor
de bladziekte, is niet bevestigd. Maar het groote en kraclitiger
blad biedt tpeer weerstand, sta at minder gemakkelijk en snel
aan geheele vernietiging bloot en dat is reeds een belangrijk
voordeel, een winst van niet gering te schatten beteekenis.
In afmetingen en vorm Staat het blad van Liberica tusschen
dat van Arabica en Cacao.
Is er nu wat de cultuur betreft nog veel te leeren, ook
de bereiding der Liberica-vruchten omhult zieh nog met nevelen,
die echter meer en meer optrekken. Is de Liberica-vrucht
grooter dan de Indische, ’t is er verre van, dat alle vruchten
van gelijken omvang zouden zijn en ligt hierin reeds een
bezwaar voor de ontbolstering, het pulpen, met de gewone
machines, dat bezwaar wordt nog ernstiger ondervonden
wegens het dik-vleezige, het meer lederachtige van de schil.
Deze toch laat zieh niet zoo gemakkelijk van de boonen scheiden.
De gewone bereidingswijze schijnt op de Liberica niet van