
83 (66). Een pakje bast, aanvoer 1871, onder den naam van K on in g skina
N°. 2 en 3. ')
84(67). Een pakje bast, aanvoer 1872, onder den naam van K on in g skina
N" 4.
85 t68). Een doosje bast (v. Calisaya dubia) met onderzoek v a n d e Vrij. 2)
86 (69). Een „ id. ( id. ) „ „ „ „
87 (70). Een pakje bast. Cinch. Hasskarliana Miq. (Cinchona Calis, hybrida
de Vrij).
8 8 (7 1 ) Een pakje bast onder den naam van Cinchona Calisaya hybrida.
8 9(73)- Een „ „ van Cinch. Hasskarliana 1872, v. Gorkom.
9 0(74). Een „ „ „ id. oogst 1874, id.
H o u t .
91 (75) Een stuk stam, oud 11 jaar, 1865.
9 2(76). D r ie stukjes hout (van Gorkom).
93 (77). Een overlangs doorgezaagd stukje hout.
C i n c h o n a m i c r a n t h a R u iz en Pavon.
P l a n t e n .
9 4 (7 8 ). Cinchona micrantha (1877).
95 (79)' idem geteeld uit zaad van Britsch Indië, oud 7
jaar, van het plantsoen Tjinjiroean. (1874).
96 (80). idem afkomstig van Britsch Indië.
97 (81). idem op Java gekweekt. (Oudemans 1872).
98 (8 ia ) Een fleschje met jon ge plant.
99. C. micrantha, v c lled ig herbarium (van Leersum 1896).
B a s t .
100(82). Een karton bast van Cinchona micrantha. (1877).
N°. I. Stambast.
2. Wortelbast. ( j
H o u t .
l o i (83). Een stuk stam, 9 jaar oud, 1867.
2) De bast werd uit Indie gezonden als C. Calisaya, doch in Nederland onder den
xaam van Koningskina aan de markt gebracht.
*) Zoolang deze kinasoort, die door Junghuhn a lsC . Calisaya was beschouwd, diens
opvolger bIs verdacht voorkwam, M-erd zij, totdat Miquel haar C. Hasskarliana noemde,
als Cinchona Calis-aya dubia onderscheiden.
C i n c h o n a c a l o p t e r a M iq u e lH )
P l a n t e n .
102(84). Cinchona caloptera Miquel. (1877).
103 (85)- idem Afstammeling van eene plant door Hasskarl
in Peru verzameld, oud 9 jaar, plantsoen
Tjinjiroean. (1874).
104 (86). idem (ovata Hassk.)
•05 (87). idem (door Hasskarl ingevoerd als voren).
160 (88). idem op Java gekweekt. (Oudemans 1872.)
107. idem v o lled ig herbarium, (van Leersum 1896.)
B a s t e n .
108(89). Een pakje bast van C. caloptera, van Gorkom.
109(90). Een pakje bast van C. succirubra (caloptera).
H o u t .
110(91). Een stukje, o v e rlan g sch e doorsnede.
C i n c h o n a s u c c i r u b r a Pavon.
P l a n t e n .
111(92). Cinchona succirubra P avon . A fstam m elin g van eene plant g e teeld
uit zaad van Britsch Indie, oud 5
jaar, plants. Tjinjiroean. (1874).
1 1 2 (93). (1877).
•13(94).
114(95).
• '5 (96).
• • 6 (97 ).
117.
idem
idem
idem
idem
idem
idem
op Java g ekw e ek t (Oudemans 1872).
bastaard, met behaard blad, die nu en
dan voorkomt; a fk om stig van zaad uit
Britsch In d ie . (1874).
jon ge plan ten, geteeld te Ootacamund,
Madras 1863.
v o lled ig herbarium (van Leersum 1896.)
b Onder de planten gekweekt uit door Hasskarl in Amerika verzamelde zaden
(C. ovata genoemd) werden enkele exemplarcn aangetroffen, die Junghuhn eerst als
Cinoh. cordifolia en later als C. succirubra opbracht. Miquel onderscheidde de soort
als C. caloptera.