
i l
zachter blad. In moeras groeiende, wordt ze tot 1 à 1% M.
hoog en zaait zichzelf, zoodat men beweerde door haar
teelt een moeras in 3 of 4 jaren tijds droog te leggen (?).
In groeiwijze bestaat er overeenkomst tusschen deze
rijstsoort en die, welke men als drijfrijst, riz flottant, floating
rice, in Siam, Cochinchina en de noordelijke streken van
Britsch-Indië en ook längs Borneo-rivieren in cultuur treft,
liefst dus op moerassige gronden of uiterwaarden, die in den
regel onder water staan. Met deze rijstsoort neemt men
op Java proeven (zie Teysmannia XV, 563) die, mochten
zij goede uitkomsten geven, van groote waarde zouden
zijn voor de vele moerassen op Java.
In 1904 beproefde men met goed gevolg te Ambarawa
drijfrijst in de rawah Pening. De bibit kwam u it Siam.
Vijf maanden na de uitplanting werd er geoogst, en de
opbrengst was niet minder dan van op sawah’s geteelde
padi. De korrels verschilden in vorm en grootte van die
der Java-rijst. vyelke de inlander smakelijker vond. De
stengels der drijfrijst zijn in vergelijking met die der
Java-padi bizonder zwaar, de bladen ruwer en harder. Een
ooggetuige schreef: „Ik heb die rijst gezien, zij lag als ’t
ware boven op het water.”
Door de veldtochten van Alexander den Groote werd de
rijst, als zoovele Aziatische producten, in Europa bekend;
ten tijde van Christus’ geboorte was zij voor de Romeinen
reeds handelsartikel. De cultuur heefc zich waarschijnlijk
door de Mooren in Spanje uitgebreid, en het heet, dat zij door
de legers van Karel V in Noord ltalie werd ingevoerd.
Later kwam zij naar Noord Amerika, eerst in Virginie,
toen zuidwaarts naar Carolina. Hier moeten de voorwaarden
wel het günstigst zijn geweest, niettemin is de teelt er
allengs verminderd; in den laatsten tijd schijnt zij er echter
weder toetenemen in verband met stelselmatige onderzoekingen
voor de rijstcultuur op ’t gebied van irrigatie en
landbouw. Wat men thans als Carolina-rijst in de krui-
denierswinkels verkoopt, is prima Java-rijst. De Carolina-
(en de Japansche) rijst staat wegens smaak en voedingswaarde
hoog aangeschreven. Met eerstgenoemde soort nam
H o l l e destijds proeven, die nog onlangs werden herhaald
door den regent van Modjokerto. Een nadeel bleek, dat er
vele korrels bij het oogsten uitvallen; dit komt ook voor
bij andere soorten, bijv. op Sumatra’s Westkust. Het schijnt
echter niet bij alle Carolina-rijstsoorten het geval te zijn.
Heeft de rijstteelt zich in Europa to t 45° en in Azie tot
40° N. Br. verbreid, in Amerika komt zij niet noordelijker
dan 35°; de grens in het zuidelijk halfrond kan op
32° worden gesteld. In geen werelddeel ontbreekt de rijstcultuur
meer.
Dat dit tropisch gewas over zoo groote uitgebreidheid
burgerrecht heeft verkregen, is zeker toe te schrijven aan
de vele verscheidenheden; de vroeg rijpende eischt betrekkelijk
kort een hooge temperatuur, bij een voldoende
waterhoeveelheid en vochtige luchtgesteldheid.
In de O.-I. gewesten wordt de rijstcultuur buiten Java
in schier alle streken gedreven; op Bali en Lombok staat
zij op hoogen trap. In ’t algemeen kan op vooruitgang van
den inlandschen landbouw gewezen worden. Een hectare
goede sawah geeft 3000-3600 K.G. rijst, droge velden
slechts 1600.
Gebruik. Voedingswaarde. Meer dan een derde van de
bevolking der aarde voedt zich hoofdzakelijk met rijst,
vooral in ’t groote China en Engelsch-lndië. Is tarwe het
graan van Europa, maïs dat van Amerika, gierst dat van
Afrika, rijst is het graan van Azië. Overal trouwens neemt
de huishoudicg haar toch in allerlei bereidingen. De hierachter
te voegen handelsstatistiek zal een denkbeeld geven
van de aanzienlijke beteekenis der rijst voor den wereldhandel.