boomen eene soort van natuurlijke laan vormden. Het eerste
gedeelte was vlak en inoerassig, maar weldra rees het pad een
weinig en liep het längs den fraaien stroom die achter mijn
huis voorbijschoot en hier al murmelend voortsnelde over een
rotsig en kiezelig bed, nu eens breede zandbanken längs zijne
boorden vrij latende, dan weder zieh tusschen hooge oevers
wringende, die met de grootste verscheidenheid en pracht van
plantengroei getooid waren. Nadat ik nog een paar palen had
afgelegd, werd de vallei nauwer en zette zieh de weg voort
längs den rand der steile heuvels, die van den waterkant plot-
seling omhoog rijzen. Op sommige plaatsen had men de rots
uitgekapt, maar hare oppervlakte. was reeds met sierlijke va-
rens en kruipende planten getooid. Reusachtige boomvarens waren
vooral overvloedig, en het geheele woud had een voorko-
men van weelderigheid en rijke verscheidenheid, dat het nimmer
erlangt op den dorren vulcanischen bodem waaraan ik in
den laatsten tijd gewoon was geweest. Een weinig verderging
de weg over naar de andere zijde der vallei door middel eener
brug, die op eene plaats waar een gröote rotsmassa, uit het
midden der bedding oprijzende, daarvoor een uitmuntend steun-
punt aanbood, over de rivier was geslagen; en nog twee palen,
op een in de hoogste mate belangwekkenden en schilder-
achtigen weg afgelegd, brachten mij aan het kolen-etablis-
sement.
Dit is gelegen op een ruime open piek, ter plaatse waar twee
kleinere rivieren hare schatting aan den hoofdstroom betalen (4).
Onderscheidene boschpaden en nieuwe ontblootingen boden den
verzamelaar schoone kansen, en ik ving eenige nieuwe en
merkwaardige insecten; maar daar het laat begon te worden,
moest ik een nauwkeuriger onderzoek tot eene volgende
gelegenheid uitstellen. Hier had men eenige jaren te voren ko-
len ontdekt, en de weg was gemaakt ten einde eene voldoende
hoeveelheid voor eene behoorlijke proef naar de Nederlandsche