
m
Daar'6p gaf hy^r den Landvoogd’ teri
iö«°. cerf{gn kerinis af, die hem aanftonds na-4
Pati Lima föhryven , en, na veel moeitty op Ha“
gevan- ; fddwana, een dorp op ’t eiland Houimoa,-
gen, efa £<ög tydig-vatten liet,' van waar hy na
« J f dd vefting Vi&oria opAmbon, geboeit
ü K s E
met allé hüijne vrouWén, • op 'eeri zeef i(5§0i
groot Avönd-.maal iri zyn! PaleiS, geriodJ j|S;
digt, met een vaft yoornemen} v.an alle" .Maaltyd
dé máftñén om'hals te brengem ■ • ' - ÿiTemài
gebragt: wierd.
De Landvoogd-ftelde, uit vreeze voor
fcenige. opiland, order op ajle zaaken,
vergaderae denRaad by een j önder vraag-
de dezen Pati Lima, en beVond, zo uit
¿yrie belydenis op de Pynbank, als* ook
buiten pyn en banden, maar, voor al,
üit den brief, die nog by hem , en met
een fwagtel öp zyn buik gebonden, ge-
yonden wierd, het ganiche geval net.
zodariig, als het van Healejß was opge-
geveri, naraelyk, dat hun befluit-, yol-
geiis ’s Konings verzoek in dien briefj
was, op eenen dag, en op een en ’t zelve
uur1, 'alle 'de Holländers in Amboina
oni hals te brengen. *
Na dat nu alle de.ze zaakeh zo klaar ,
als de dag gebleken Waren, zo. wierd
deze fchelmze Moor döor den Raad^vari
Juftitie; in Amboina gedöemt j Om . eerft
geräbraakt, eh gevierendeeld te' worden.
Däarbeneven hield zyn vonnis^in, dat
hem ’t hart uirhet ligchaam gerukt, in
zyn aangezigt geilägen,' eri zyn vier dee-
len op die plaatzen, daar hy den meeften
ingang gehad had, verdeelt zouden worden}
gelyk dat volkomen omtrent hem
uitgevoert is.
Voor zyn dood wilde hy we£r Chriften
worden} dog als hy vernam, dat het
hem niet helpen zou, om in ’t leven te
blyven, zeide Hy dat hy dan liever Mohhammedaans
fterven wilde.
Dog men heeft zieh niet können ver-
Wonderen , hoe Hajfan Soeleyman, die dit
ganfch werk zo bcdiflelt, en zo groot
cen hand in ’t zelve gehad hadde, zieh
hier uit heeft können draajen, om niet
ihede als de grootfte Verrader openbaar
jgeftraft te werden 3 dog het is zeer
waärfchynelyk, dat het belang van ’t
Opperhoofd ( daar zeer waärfchynelyk
ook de Landvoogd, zo men meend, Zyn
deel in had) en zyn groot geld, met
verftand in zulken hoogen nood op de
regte plaats gebruikt, hem hier uit ge-
re a , en aan den Landvöogd voor al
grond gegeven heeft, om nem geheel
buiten ’t ipel te houden, yoornamelyk
door ’t fwaar gewigt van zyne redenen
hier toe overgehaald zynde.
In Ternate nogtans rechtte deze Koning
een veel grooter fpel, en ’t geen
ook van langer duur geweeft is , aan.
Ten tyde dat de Heer, Robbert Pad-
brugge:y daar Landvoogd was, had hy in
’ t jaar 1680. dien Heer, met de voor-
naamfte dienaaren der E. Maatfchappy
Dé Landvöögd- 3 hier af ööbetvuftj1 te> met
gaat met zyñ Gëtaalins èn dögter,
vëris all# de Raacfepörzöonen en hunnè (jevoor-
vrouwcn, daar na t o é 'e n Wierd váh riaamfte
jBokje Gamma LáminaJ ?S Konings öüdfte «Hj0-
zuftfer, - önt&ngeriv. • ' 7
, Zÿ Was eën zèer- vemandige Princes^ den.
die zèer lóos*. éñ-bydeñ Koning oók zo
gëlieft Was 3 dat hy niëts, buitéfi bare
beräding, ondérftômèn Zou hebbeh/, Oök
Was z ÿ , vóor eéñ Térnataanfehé.dögter¿
al zèer fràai béfnedeh Van aangezigf^
•uitnémende blarib, bÿzonder' KeftalHgj
en edélmoédig} mâàry m* zekeré- gêvaU
leh, Wàt blbéadófftjg, en opfOerig. -
Het efenîgë, dat¡ háar ■ wat 'misílortd ^
Was, dat zy te groótéri bdézem had, die
vän géen bêhoorlÿke evënmàtrgheit ni et
de verderé deeleh van haàr ligchahm was:
In fchyn was‘zy eéngroote vriendin vari
de Holländers, en had ook ’t verftandÿ
om dit veelen , dog niet alleny çç' dôçp
geloôvèri. . ^.r. . . :
De mäalfyd Was in Bet Pàléîs van -dèn in’sKo-
Koning, ôndér1 het gefehut' van dé
yeftirig Orangie gelegen, aangercgt, éri aaaneg‘¿
alzo alíe de voornáme bedienaars def E. regt.
Maàtfèhappy in die vefting woopen, zo
duùrde hét niet lang, o f allé dé Gàfteri
wären daar by een 3 dog de Gemalin des
Landvöogd ’s , en dië van de andere lederi
van zynen Raad , wàren zo ras van die
Princes niet ontïàngen 3 o f zÿ hadden
eenparig op haar aangezicht eeri onge-
meené en ongewoonè ontfteltenis, dîe
haar allen zeer wonderlyk te voren ;qüátri¿
vërnomen.
De reden van de zelve was , dat haar
broeder haàr deze. geheele zaak voorgö-
dragen, en zy hem i die ten eenemaal ,
zonder hem hogtàhs te koürien ( 'Oven-e-
dën ,f afgéradai hèbbende, rtu ‘ ïri. dien
arigft was , Wat W väö Æt Wrmöbräeri
der Holländers , dát bÿ hem va’ft ftond,
komen zou, zonder dat zy^ uit vreeze
dat haar broeder haar1 dañ zelf met ver-
fchöoneri zou, iemahd van al deze Galten
daar iet ván zeggen, of. hen oölc voot
h-Un zo kort àahftaàride dood’t ällermiri-
fte'waarfchoüweh dorft 3 dog ik geloove
dat zy meer in vrees voor hem, eri haar
zelveri, zo ’t iriisltiklcen mögt, als voor
de Holländers geweeft is.
’t Was dan geen wohder, dat zy riiet Door den
beletten kon, dat de« J.ancivoogd’s Gt:-
malin’s dogter, cn imderc, deiÈ^hàte gcBog°'
groote. ontitélteiiis des gemoeds. bemerk- tydig
ten, en met veel reden (aonder egter ontdekt
iets te vragen) daar uit bdlotcn, dat g ¡ g (
haar op deien Maaltyd denig zonderling
g c-
Z A A K E N . 339
gevaar nakende was, waar af zy haar
man, en andere, zo behendig, als doen-
lyk was, kennis , en daar by gelegenheit
gaf, om yder (gelyk met veel omzigtig-
heit gefchiedde) op zyn hoede te zyn. |
Hoe wel men nu de zaak vaftftelde,
en vreefde, zo dorft men nogtans niets
aan den Koning laten blyken.
Men ging dan op zyn verzoek, en op
dat van de Princes, aan tafel, maar de
regte vreugde en was by geen van de
Holländers, en hunne vreeze nam mer-
kelyk door cen verzoek van den Koning
toe, ’t geen hen in hunne gedagten, van
dat ’er wel zekerlyk ¿et gevaarlyks op
handen was, beveftigde.
De Landvoogd , uitgaande, heeft al-
tyd een wagt van tien Soldaaten, en
een Corporaal by zieh, in welker mld-
den, de helft voor, en de andere helft
agter hem, zo tot ftaathouding, als tot
verdediging van zyn perzoon, gaande,
hy.gewoon is openbaar te verfchynen.
Deze wagt had de Landvoogd agter
zieh, zohy aan tafel zat, gezet, eneen
teeken gedaan, van wel op hun hoede te
zyn, en op een wenk van hem wel te
paßen.
de Prins van Orangie, met verzoek aari ,ög0i-
den Landvoogd, dat hy zyn wagt ge-
liefde te belälten van gezamentlyk daar
pp met een eer-fchoot, ter eere van dien
Prins, eens los te branden, met voör-
nemen om, zo ras de wagt losgebrarid
zou hebben , den Landvoogd , en al de
Gallen met zyn wagt, die dan buiten
ftaat van verdediging zou zyn, fchielyk
te overvallen, en (gelyk men daar na
klaar ontdekt heeft) om hals te brengen.
Na dat men nu eenigen tyd gegeten,
en gedronken had, ftelde de Koning een
voomame gezondheit in, te weten, die van
Zo ras de Koning dit verzogt had,
rook de Landvoogd nog meer lont, eri
gaf hem derhalven, zonder egter iet té
laten blyken, on een vriendelyke wyze
tot antwoord, dat men ’t onder de Holländers
ndit voor een manier had, dat 3
in zo een geval, de wagt van een Landvöogd
los branddè 3 inaar dat ’er wèl een
eer-fchoot met een o f meer Prince“
ttukjens, Ballen, o f iet diergelyks gedaan
wierd} en dat zyn Hoogheit dérhalven
hem hier in geliefde te verontfchuldigen 3
als zynde een zaak, die hy niet doen
mögt, en ook noit, by eenig onver*
wagt vöorval, dat hem, o f den Koning 3
over komen kon, zou können verant-
woorden. x
De Koning hield nogtaris met veel
emft aan, om, waar hetmogelyk, den
Landvoogd hier toe te bewegen 3 mäar
V v i die