
9 8 B E S C H R Y'V 11^ G d e r
Hun
groote
magt.
|^aat cigentlykde Hhocfcom o f opper-
dienaars “ c^tcr v^n ’t ryk was, en 'die met de
van ftaat. twee vorige heeren de drie grootfte vatf’t
ganfche ryk, .en wel de voornaamfte be-
•itierdcrs van alles nevens den Koning,
maar egter zodanig niet waren, dat het
•in hun vermögen bleef, om alles naar hun
iwil en welgevallen tc beheerfchen, en
den onderzaac te dwingen : want, om
•dit tc beletten, ¡waren’er vanouds nog
vier voorname en niet min aanzienelylce
mannen , verbeeldende als de Iribuni Pie-
Vier Ge- ,bis 9 o f de tien gemeens-mannen .by de;
meens- .Romeinen, o f wel de ftaten des ryx, om
mannen. .voor >s voifcs geregtägheit te waken; ja
zelf kan men hen in opzicht van den 'Ko-
•ning, evenals de’Keur-vorften in opzigt
van den Roomlchen Keizer, zeer wel,
'en met veel grond aanmerken ; aangezien
,zy de Köningen gewoon waren te ver-
•kiezen, en in hun ryk in te huldigen. N
Z y waren vier in getal, en wierden
Marafaoli, Limatoe, Tomagola,en To-
jnaitoe genaamt. En , gelyk de eerfte
de bloem van den adel verbecldden, zo
waren deze de ^bloem, en de aanzienelyk-
fte uit het völk, en men was &ök wel
* -gewoon hen alle Tier MaralaölPs, maar
jnet dezen eenen Eer-naam, te noemen.
. Hoe groot ook de magt desKonings,
:eri van zyn drie eerfte dienaars van ftaat,
was, nog veel grooter egter was de magt
van deze vier-mannen.
-In hun afwezen, o f buiten hunne ken-
nis , en goed-keuring had de Koning,
met die drieeerfte dienaars van ftaat,geen
magt om over iets van belang te handelen
o f tc befluiten, veel min om het uit te
voeren, by äldien het den welftand des
ryx betrof.
Het was ook niet genoeg, zo ’er een,
o f twee in de ryx-vergadering tegen-
woordig waren ; maar zy moefteri’er alle
jte .gelyk zyn, en Zo ’er maar een ont-
brak , moeften de zaaken zo lang opge-
ichort worden.
Deze hunne magt ging zelf zo verre,
dat zy niet alleen alles, by den Koning,
.en zyn Grooten, buiten hun kennis, o f
in hun afwezenybeflootten, of, zo zy ’t
yiadeelig voor ’t ryk agtten , afkeuren,
en verwerpen konden, maar, Indien de
nood het vereiibhte, hadden zy ook ’t
vermögen, om den Koning afte zetten
en weder een ander in zyn plaats te ver-
kiezen.'
Om deze hunne zo verre-gaande magt
wierden zy by de oude Ternatanen ook
wel Eala Baha, dat is , de vier uit het
huis, o f ook wel de Heeren des Huiies,
genaamt., en dat in betrekking tot de
zit-plaats, die zy in de ryx-vergadering
-hadden.
Om dit te beter tc begrypen , moet
-men weten, dat hunne gemecne -vergader-
zaäl, e f wel ’t huis, daar zy in verga- van ftaat
derden, zodanig geböuwt was, dat in ’t d‘e ZY
•midderi des Zelte vier groote Zuilen wa- vocrdcn-
■ren, dragende het opper-dak van difge-
beuw, en dat die vier Zuilen ook te gelyk
in de ryx-vergader-zaal.quam.cn.
By elk dezer Zuilen nu !had een iege-
lyk van deze vier Heeren , verbeeldende *
zeer aardig de vier Zuilen des ryx, zyn
byzondere zit-plaats, van waar zy. t>ok
blyken gaven , dat zy he-t-waren , die
voor de vryheid en geregüigheden des
volks fpreken, en dielten uiterften'bezor-
gen moeften, op dat het zelve door den
Koning, cn zyn Grooten niet mögt • verdraht
worden.
Metter tyd ontdekte men egter, dat
de magt dezer vier mannen vedl te great
Was., en dat ook zy zo wel hunne magt
in opzigt van den Koning misbruikeh
konden, als dat dit van den Koning m
opzigt van het volk gefötiiedcri hon;
waar door z y , zo wel menfohen als die
Koning, en zyn Grooten, -en dierhalven
ook driften onderworpeii zynde, och
menigmaäl zeer heözame raad -ftagen en
voomellingen des Konings, ofder Groo-
ten zcaider reden o f uit eigeribaat, o f en-
kelyk om den Koning te plagen, verwerpen
, en äldus het ryk, in de plaafe van
het te behouden, zeer ligt zouden können
verderven.
Om dit nu weder te beletten, cn den’Tegen:
Koning nevens zyn Grooten , in dit op-
zigt te gemoet te komen, en zyn Vorfte- ^ te m
lyke Majefteit voor kleinagting te bewa- groote
ren o f wel zyn regt te handhaven, vond
men goed , in tegenwigt van deze zo
magtige Heeren, de Soa Sivas , o f wel
negen andere dorps-heeren aan tc fteHen,
ten einde zy den Koning in alle zyae zaaken
belchermen, cn hem indien raad niet
alleen. met hunne ftemmen, maar, des
noods, zelf ook met goed en bloed by-
ipringen, en zig ällenthalven 'betoonen
mogten voorftanders van zyri regt, en de
Koninklylte waardigheid, te zyn.
Deze negen mannen, die mede by ’t
volk zeer hoog geaet zyn, en als raats-
heeren van ftaat mede hun zitting in de
vergadering hebben, hebben alleen ook het
voorregt, om hunne dorpen, mede negen
in getal, aan ’t Paleis van den vorft te
hegten.
Deze Heeren worden genaamt, de
Kimelaha’s Tamadi, Pajahi, Pamaca,
Colaba, cn de Gnoffä Manira ’s , dat is,
hof-jopkers, Dico, Dico-Tfimi, Java,
Tabala, en Tola-gnara., hoedanige naa-
men ook die negen dorpen , naar deze
heeren, droegen; maar Colaba is’er niet
meer, en daar van niet anders, dan de
bloote naam overgebleven, zonder dat
inen
m o l u
men eenig völk daar toe behoorende
meer vind.
Watvoor Buiten deze voomoemde raaden van
4nderc ftaat, hebben ook n o g hunne zitrplaats
ledep nog *n | ry x -v e rg ad e r in g vervolgens deze
“ f cn -vyf Sengadja ’s, ö f hertogen, te weten,
Mten. de Sengadja ’s Golabo, Toloccoy Molai-
-Tjima, Molai-Coconorrav enTobeleoe,
hoewel deze niet zo zeer een befluitende,
;als wel een raad-gevende - ftem hebben,
en dierhalven ook daar mede geen nadeel
. . : • ;aan een van die twee -voomoemde tegen
den anderen geftelde Grooten des ryks en
femeens-manneri des volles können toe-
rengen. ' B H pWI r,
Wanneer Zo was de aloude wyze yan beftiering
men van in idit ryk, toen zy nog Heidenen waren;
'die oude na ¿at de Mohhammedaanfche of
lT (Her™" -Moorfche. Godsdicnll hier doorbrak,
afoewfe: heeft men zig daar aan niet gebonden,
kenis. maar zeer veel Geeftelyke en Moorfene
Paapen mede toegang tot een ftein - in
dien- raad gegeven, en dat zo fterk , dat
•zydikwils de wereldLyke vorften-in/getal
te boven gaan^voerendC zulk eentaiägt,
'en overwigt van' gezag y dat-zy- yeeltyds
fchreyeling over deaKoning enfte'Grooten
;heen zitten, en niet alleen-alles-näar
hunnen zin-draaijen en wenden ,, maar
;ook veel zaaken , ;die ’t ryk en -t ■ volk
¡zeer dienftig zouden zyn, verhinderen,
.eh: veel nadeelige zaaken in dien raad door
hun.aanzien by- ’t volk, ja zelf'ook by
den Koning, en de Grooten , opperen,
en doordringen.
c c o s. 99
daar hy, even als Sibori, tegen de wet;
Koning van Tidore geworden was.
Zy zyn pok in ’t verkiezen van hunne
Köningen juift altyd niet gewoon op ’t
regt der geboorte te letten , o f den oud-
ften broedCr, o f zyn oüdften zoon te kie-
zen, maar laten nun keure oök veel öp
de jonger zponen vallcn, ;vöör al, als die
van moeders zyde- van hooger geboorte Pok dä
en Edeler-afkomft zyn: want vermits deJ2°D®ne*
Mooren-buiten vier egte vrouwen, zö wei tot
veel byzitten, ; als men voeden kan, en Köningen
voor zö verre .begeert^ aan den man toe- verkorea.
ft aan, en geen onderfeheid tuflehen de
kinderen der egte vrouwen, en der byzitten,
w Het befte egter dat. van„ hvUJ 9»dc
vo?g-rcgt wyze van hitäe* nög is övergcblfcven
tot de ( hoewel ’t metter tyd mede zeer in ver-
kroon Val raaltte) is ’t regt van opvolging alhier
hicr®and tot de kroon, >t geeö hier , even als Jn
gryp veel Oofterfche, en oök nog wel in ver-
fcheide Wefterfche ryken, niet van den
vader op den zoon , maar op de broeders,
o f wel op de broeders o f zufters zoorien,
overgaat, op welke wyze dan wel een
en ’t zelve geflagt, o f ftam-huis aan de
kroon blyft; doch zodanig, dat het geen
vervolg in de regt|ne4erdalendelinie; maar
alleen in de zyde^taltken, heeft. '
: Zo plagt het te wezen, toen de oude
ryx-wetten nog ftand greepen, maar uit
de lyft der Köningen kan blyken, hoe
menigmaäl dit 'door dwingelanden over-
treden is ; hoewel het nu met den laatften
Koning, ‘tolucco, gelyk mede met den
:Tidorefchen Koning, Garcea, na de oude
ryx-wet weder m trein gebragt is.;
waar van men nogtans zo kort van te-Vo*
ren het tegendeel in hun beider voorzaten
ziet. En ’t is aanmerkens weerdig, hoe
Saifoddien, Koning van Tidore i 6 j f
•ftaande houden dorft, dat Bareffi\tn niet
Kaitjjili Sibori, Koning van Temate,
volgens die oude wet., behoorde te zyn;
maken, zo geeft dit aan alle de
zoonen dezer Vrouwen, eh byzitten van
den Koning, eVen veel regt tot de kroon,
en aan den vorft , of den kpninklyke -raad
de v-ryheid' om üit de zoonen van ’s Ko-
ninks btoeder-of züfter,- na zyn doöd zo
wel den jongften, als den öudften te
können kiezen, voornamelyk, als zyn
moeder een vrouw van een hooger, o f
vorftelyke geboorte, en die van den oud-
ften van een veel lagcr rang, en af*
komft is. -
Om nog een wöörd van de oude wyzö
van beftiering, -en de leden van dezen
ryx-raad, te fpreeken • moeten wy hier
nog byvoegen, dat ons toeichynt , dat al
in Köning Zeynulabediens xyd m ’t jaar
14P f , toen hy tot Qiri op Java was , de
yoorname leden van den: koninklvke raad
in negen voomame mannen fenynt be- Wanneer
ftaan, en ook zelf niet by dat net getal 8etal
~gebleven te hebben , aangezien die vorft
(gelyk wy elders im zyn. leven zeggen) denver-
aldaar eenen Pati Toeban den eerften, an- meerdert
ders Pati Poeieh genaamt , ^en van de ^
höofden der küft Hitoe in Amboina, vin-
dende, en met hem als zyn nieuwen ge-
loofs-genoot een naauw verbond van
vriendlchap makende, ten teeken van die
nieuw-gemaakte vriendlchap-, ""hem ook
| als het tiende lid van zyn koninklyken
raad aannam ; een eer-bewys, uit aan-
merking van ’t welke die man , en de
Hitöeezen naderhand een hooge'agting
voor de Köningen van'Ternate, als hunne
geloöfs-genooten gehad, en dat Zelt
ook wel bewezen hebben , wänneer zy
by de komft van een Koning vanTernatc
op Hitoe, of wel by andere gevallen,
aan den zelven eenig fraai gefchenk van
beleefdheid, en uit eerbied, maar geen-
zins van onderdanigheid (waar toe eenige
Ternataanfche Köningen dit hamaals hebben
zoelcen te trekken) aangeboden
hebben. , r-
Wel is waar dat de looze-Köning Regt der
Hhamza de Hitöeezen van dit zyn regt
op hen, als waren zy zyne Pnderdaanen Temate
uit kragten vmdatPati Poeteh, door den tegen die
N z voor