»
Blllké l i i i l i i
m S H H H
I® ■ ! ■ l i iH l i iR I H i i f f i fM I I l l S l
M i
f J R l g
■ r
M a l c v t f c h e , Ambonfche, o f andere onverftäanbaare
W o o rd en , in dit W e rk voorkomende, met haare bygevoegde vertaahng.
a. beteekend Amboineeich.
b. - - - Bandaneefch.
j. - - - Javaanfch.
m. beteekend Maleytfch.
p. - - Portugeeicb.
t. - - - Ternataanfch.
a. beteekend
A.
Bdrot m.
Batatas. m.
Batt^Loebang. m.
Bobfers^ia: *
Caymans. m.
Cafifi. m.
Colano, t.
Coracora. m.
Dati. a.
Dego Dego. t.
Djouw. t.
Doefons. a.
Dorado, p. Doauratus
Gamoeto of Goemoet. a.
Gnadjo, Gmdjo's.
Gorgelet.
Loobe Loobe. a.
Majang. m.
Martavaan,
Majfakeke. a
Bergboeren, of Wilden. , ; ,. , , '
Zamengeregen Sagoe- o f Klappusbladen , dienende om de Huizen ,
en andere dingen, te dekken.
B.
Een Raadhuis.
Een weegzel Nagelen van elf ponden.
De geregtigheid , welke de Inlandfche Grooten van zulk eenweeg-
zel trekken.
Een zekere eetbaare wortel.
Een fpelonk, of holle klip in een berg. . .
Viichkorven, die men op 3 o f 400 vademen in zee laat zinken.,
C.
Krokodillen.
Een zoort van mindere Priefters.
Een dier, byna als een katj 00k lang inygras op de veldeö. .
De Koning. ~ / ..
Een Wateifchilpad} en 00k een Ambonfeh oorlogsvaarting met z
of 3 gnadjo’s of roeibanken, voerende 5*0,60,70 en meer mannen.
Hofäienft, o f de Inländers zelf, diedezenhofdienftdoen, ofverpheht
zyn. een maahd in ’t jäar d’E. Maatfchappy voor met te dienen.
Een tafel, bank, o f ruftplaats van gefpouwe Bamboezen.
Een Heer.
Thuinen, Plantagien, v ..
Een vifch, o f foort van D.olfynen, na haare goudgeele en ichitte-
rende couleur, zoo genaamt.
Gi
Een tak Van een Sagoeboom, dienende om befchotten der huizen, irf
plaats van muuren, en ook doozen, en andere dingen, van te maaken.
Het fwart hair , . dat rondom de Saguweerboom is , waar van de
Amböineezen touw flaan. . . .. . ,
Een maat van 17 en ,eeh half pond ln Ambon 5 doch die in andere
ndteh’wel minde'r weegt. V ' ,
Een vlerk , o f vlerken ,; die böven op een vaartuig tz y praauw,
canoa, of coracora leggen , om die *egt te houden, o f om op
een cöräcöra tot roeibanken te dienen.
Zeker inlands koperfpeeltuig, van binnen hol * dochboven opplat,
en in ’tmidden van een knobbel als eenvuift, o f ookwel als een
kinds hoofd (na dat zy groot zyn) voorzien. E B B
Een ileene drinkkan, zeer Tpongieus, dienende om t water koel te
houden.
H.
De Ambonfche oorlogs- o f coracoravloot.
•L ¿¿¡MM
Een Priefter van hooger .rang dan een Cafifi.
Een Hofjonker, doch het word doorgaans voor een Ternataanfche
Stadthouder gebruikt. , ,.=
Flambaauwen der Inlanders van ruigte gemaakt.
M.
Een io n g e bösPinang,ofKlappusnoten,nog in de baft oPt vlies beiloten.
Een foort van Moerasboomen , o f die zig hier en daar aan itrand
vertoonen, ineeft tot brandhoilt dienende.
Groote verglaasde potten, waar in wel 1 o f z aam nats gaat j na
de ftadt Martavan, in alle taalen zoo genaamt. - •
Een Alfoerees korfie, dat de Wilden doorgaans by zig hebben, om alles
- . .. 1 J 7 * •» Maua