
t6vj. ■
A ls mede
op Taf- ’
tafoho.
D e H eer
Zeift
komt
weder
v o o r de
vefting
Orang ie.
K onin g
Mod a für
's do od.
3.J4 M Ö L : u
De bezetting van de veftingTaffafoho,
daar een Nicolaas de Waal alshöofü lag,
aynde ook op ’t eiland Makjan gelegen,
beftond in deze zeftig perzoònen, ter
maand yder dé navolgenaer foldye trek-
kendec
- i Kbopman M ,
i Vaandrig -
z Sergeanten
z : Afliftenten
i Opper-wondheeler
i Tolk -
i Meefter-Timmerman
Bottelier - f
Höpman der wapenen f
3 Corporaals
4 L a n d s p a f l a t e n
i Conftapels-maat
i Siekenvader
3 Bufchfchieters
i Tamboer
6 Adelborften
30 Rrygsknegten
38
3<*
fö
3P
zy
zo
z8
1 4
mr
*
Ò o
O 6
O ó
•00
o o
o b
o b
o 0
o ó
0 0
0 o
o o
o o
39 10 o
i z 0 0
8z ó o
311 iö p
Sómma gl. /
1 3 Mardykers
Rrs. f i6y ly o
i Marinjo a
/ 1 8 15* i z
1 — - /
■87»
T e zamen g l ./.1036 10 i z
3 Gerangens ofSlaaven,
geen ioldy winnende.
De onkoften van Tafraibho, en Ta-
billola , te zamen beliepen het navol-
gende:
Mondkoften der Kooplieden
- - - f 6\6 1 z o
Dito der bezetting - / 9729 13 o
Soldyen ter maand - f , 7201 6 *4
Onkoften der bezetting f f °74 o P
*t Soldaaten-boek - / 12340 12 i z
Vefting-bouw - - / 27p 4 S
Schenkagie - - / 138 ip 8
Somma gl. / 35*41 1 z o
Op Tabillola lag als hoofd een Affi-
flent, die van al het nbödige door het
hoofd van Taflaioho voorzien wierd.
' Na dit alles verrigt te hebben op de
buitenplaatzen, quam de Heer Zeift den
zyften Julius weer voor de vefting Orangie
ten anker.
Zo ras was hy daar niet weer geko-
men, o fh y hoordc, dat Konirtg Modafar
den iöden Juny dezes jaars 1627.
overleden, en al weder een ander in zyn
plaats was.
/K s è :
In alles lagenr hier op‘ dé veílingén'dé
navplgende koppen: Algeml
Öp Orangie, / ,vV r rr* , B < Z4twBin|,nn«kned"e’ ' filO Z- vJI¿In QO ,t be^ecaa
e n T o lu C C O ^ - , roaandcly ks . - lallen
Op Gnoffickia der Mo-
Op Taflaioho
Op Batsjan
'77
‘ 7Pr;
M
/ r i t i
/1090 ‘
/ «18
• ; fwihnea-
Perloonen 442I
( maand / 6 i p l
De algemeene lafteii der Moluccos
beliepen :
Op Orangie, en Toluccp/ 96117 8 ro
Op Gnoffickia, •• * / 3.0020 ; ó :• y
OpTanàfoho,enTàbillola/3 f4 ii z o
Op Batsjan - - / 1373Ö; 7 .il
De onkoften te zamen gl./ i 75*278 18 10
De winften bedroegen
Qp Ternate f 61761 o 11
Op Gnoffickia/--i'6647 8 13 1
Op Taffbfohö, "
; efiTàbilloia/18223 8 10 :
Op Batsjan / "4p p z"i 8
I —r------ /1016ZO ip
,■ W elkcafgetrokken van
de laften, zo bedroegen . ,
de laften moer- dan dewinften,
de fomma van f 75677 ip 0
Onder welke onkoften niet gerekend
zyn twee o f driefchepen,. die men jaar-
lÿkshièrvan nooden heeft, om voorraad
äan te brengen, de Nagelen te vervoe-
ren, en om deze en gene andere dienften
te doeq. En zodanig was zyn bevinding
van deze Landvoqgdy den i rden September
in ’tjaar 1627.
Hy was volflagen van; oordéel, dat dè
welftahd der Ei Maatichâppy sfldaar’áí*
leen, in den oorlbg tuíTcHen de Ternatää-
nen, Kaftiliaanen en' Tidoreezeri beftond,
en dat men het ten alle tyde in
dien ftaat daar houden möeft, om dat
men dan al de Nagelen van Ternate eri
Makjan, en anders geerizins , verzekçrt
wàs te Zullen bekomen. Daaibeneven
meende hy, dat:iin vrede ’s tydeh onze
eigen honden ons méeft beeten, en dat
de Ternataanen dan gelegenheit hadden',
om onzen ganlchen ftaat aan onze ge-
veinsde vrienden te open b a ren ’t geen
zy in tyden van oorlog niet konden doenj
btiiten dat de Ternataanen in tyden van
oorlog ook noit zo trots zouden zyn, als
zy zieh wel onverdragelyk in tyden van
vrede toonen, dan niet alleen op malkan-
deren,
D e Heer
Z e ift oor-
deeld
b e f t , dat
men met
T e rn a te ,
T id o r e ,
en de
Kaftiliaanen
altyd
in oorlog
Hham»
werdagt
en twintigfte
Koning
Ternate.
Die nader
befchre-
ven werd.
Onder de
Kaftiliaanen
g e - -
chriftend,
g ed o o pt,
E n in alle
Kaftiliaanfche
ftreken
fy n g eflepen.
deren, maar ook op onze vyanden-,
fteunende. .
Na de dood van Modafar vt'iexd; RaitsjiJi
Hhamza in de maand-van'Juny des
jaars 1627, als agt en twintigfte Koning
van Ternate, tot die Kroon verheven.
Zyn naam, in ’t Arabifch ^/^ o f ook
U“+i*-:Hbamza , beteekent fterk, hart-r
vogtig ^ ’t geen -hy zo wel niet betoond
heeft , , als wel doorflepen, geveinft, en
fyn in ftreeken te zyn.
De Ternataanen noemen hem gemee-
nelyk Kaityili Ham fia.
Hy was .de zoon van Kaitsjiti Toelofr,
die een broeder van Koning, Baab Ullah,
was j zo dat hy Modafar ’s achter-neve,
hoewei de Ternataanfche Ryks-beftier-
der, die in ’t jaar i68»i. leefde,. meindc,
dat hy zyn oom geweeft is.
Speceiyen,.. dan van zelf wel volgeri 1617*
zoude, hoewei z y , onder lchyn van
niets zo zeer dan den Godsdienlt te be-
hertigen j alleen deze Goud-myne der
Nagelen in ’t 00g hadden.
Dit nu had hy hen als een Chriften Veinft
belooft, en op de Euangelien gefworen j zieh
maar met een/^ngemerkt y dat hy .zo
wel tot het Ghriltendom-, als tot- die Kroontc
beloften , gedwongen, en ’er geen ander, krygen. :
dan dit middel tot zyne verlolHng was 5
-weshalven hy zieh aan die beide ook
evenveelj volgens de eronden, die hy -
onder hen ingezogen had, verbonden
geagt, en zieh daar aan niet . langer geleigen
Hyi.had op dien tyd twee van .zyn
broeders .tot Babatos y o f Ryks-grooten',
waar wan d’een- G o e g o e g o eo f Ryks-
beftierder, , 'en d’ander Zeevobgd van
Ternate, was;
. Hy was in ’t jaar 1606. iin April ne-
•vens den Koning Sabidy en andere groo-
ten, door de Kaftiliaanen,. by-'t verove-
ren van Ternate, en Tidore , na Manilha
gevangen gevoert., alwaar hy. tot de
majmd.February, o f Maart des jaars- rö27.
gebleven V en gedurende> zyn verblyf
^Idaar ook in . den Chriilen-Godsdienft
niet -alleen onderwezen, maar door hen
ook gedoopt,. en • Don; Pedro , dei Gunha ■
( waarfchynelyk na den Kaftiliaanfchen
overften , die de Moluccos in ’t jaar; 16oá. •
herwoft) genaamt is, en nu als- een. goed{
Chriften (.zo zieh ; de Kaftiliaanen. vaft
:inbeeldden) eerfl: op Gamma Lamina,
en van daar weérrin Ternate byrde onzen,
o f eigentlyk by .Koning. Modafar,
quam.
In'allc de jaren , die hy by hen in’
Manilha geweeft was,- had men hem
zeer wel gehandelt,- en hem. ook alle
Kaftiliaanfehe fyne ftreeken van ftaat zo
rykelyk ingeboezemt, dat hy de belle
van hun daar in niet te wyken hadj
waar van hy,- maar pas tot de Kroon
gekomen zynde, ten ecrften. hun zelfs,
en. daar na ook ons, vecl blyken gege-
vem heeft..
Zy ftonden. hem¡ toe-, op vrye voeten
weer na-Ternate te keeren,. onder be-
loften van dat h y , Koning geworden
zynde, Chriften .blyven, en ook metal
zyn. vermögen daar toe arbeiden zou,
om al de Ternataanen met der tyd ook
Chriften te maken, en zo dan te gelyk
ook een grond te leggen -, van'den Ko-
ning van Kaftilién voor zyn heer en
meefter te erkennen.
Öp dezen grond meenden zy dat het
tweede,, te weten de voordeelen der
gelaten heeft, dan dat het zyn zaa-
ken, om; tot de Kroon te raken, ver-
eifchten. Een geval, niet vreemd in
een Prins,, nog däarenboven een gevangen
zynde ,. den. welken immers de looze
Kaftiliaan? voor. al dit ftuk,. als ’t- op ¡-een
Kroon aankomt, niet behoorde . ver-
trouwt} maar veel eer gedagt te hebben ,
dat hy- zieh niet langer als een Chriften,
dan het met de belangen van zyn ryk
overeen quam, houden zou.
Deze za fyn geftepen Prins nu door Doet
de Kaftiliaanen, zo ras zy het voor hem a]1Js?eer
den gelukfcigen tyd: agtten te. zyn, na |™ n»
Ternate gezonden, maakte van tyd tot vriend te
tyd,. om te beter zyn rol te fpeelen, zyn fchynen.
werk ’er af, van over en weder,.dan
eens met de Kaftiliaanen, dan weér eens
met de Ternataanen , in’t geheim-te raad-
ilagenj by al welke geheime byeen-
komften. hy met beide zyn broeders zieh
.zo. volflagen aan de:zyde der Kaftiliaanen^
en zö fyn voor hun- belang veinsde te
zyn,. dat zy . geen' redetevonden.", om ’er
aan te twy fielen, gelyk wy daar tegen
veel reden hadden om hem te mis-
trouwen.
Wel is waar , dat wy met den- Prins Enom
Aali) die gemeenlyk deze vergaderingen ons te
mede bywoonde, eenige van onze in-
landfche Vryborgers veifcheidemaal ten
lyfwagt mede gegeven, en zy ook laft
gehad hebben, om wel toe te luifteren ,
en om alles, ’t geen daar verhandelt
wierd, zo veel het mogelyk was, te ont-
dekkenj dog- Hhamz%i die zyn zaaken
meeft by nagt op Gamma Lamma deed:,
had zynen aanflag zo fyn belegt, dat’er
door ons niet agter te komen was * dewyl
hy een fchyn by dag gaf, als; o f hy dan
vergaderde, daar hy in tegendeel dan
niets-verrigte, m a a r wel op andere tyden,
latende dan in ’t geheim Kaftiliaanfehe '
aezanten by hem in huis komen, om
alles, zo hy voorgaf,. ten genoegen .ván
hun (want hy had ze toen nog van noo-
den) wel te beftellen. .
I Men gifte wel, en mompelde ook nu en
j dan , d a t de Ternataanen beüoten hadden
l hunnen