
148 M O L U •' K
ï6r6. woeft, en van agt Spaanfchê fchepen,
tegen welke hy iloeg, ’er drie, te weten
den Zeevoogd, onder - Zeevoogd , en
nog een ander fchip, in den grond ge-
boort had. ; it' . -
Hy wierd van den Hopman, Frederik
Hamel, en van den geheimfchryver des
Landvoogds Laurens Reaal, François
Lenimens*, zeer yriendelyk ontfengen, en
quam de IJeer Reaal na den middag zelf
by Spilbergtn aan boord, alwaar eenigen
Dcsiclfe tyd met malkanderen gefproken hebben-
verrig- de, zy beide zyn na land gegaan, om
tingen. zamen te overleggen , hoedaaig den
Kaftiliaan alomme afbreùk tedoen, al-
vorens de gecjreigde vlpot met Don Jan
de Silva, waar van men nu fterk fprak,
komen mogt. ' Den yden April quam hier
’ t Jagt den Ärend, ’t geen om allerlei
Jevens-middelen üitgeweeft was. Den
8 ft en was de Heer Reinfi weêr aan boord
by Spilbergen, om zyn bevel-brief te
toonenj en den i^en Mai vertrok Spilbergen
met zes fchepen na Makjan,;om
’s vyands,, Nagelhandel, te beletten. Hy
ging daar 00k te land, en bezogt al de
.iterktens. Men kreeg den zyften Mai
.berigt, dat ’er een fcnip van Manilba
voor Gamma,Lamma ten anker gekomen
was, waar op ten eerften ’t fchip de
Morgen-fterre, een uit Spilbergen's vloot,
.afgezonden wierd, die den zyften weêr
quam.
Ondertuflclien befloot Spilbergen, na ’t
lezen van een brief, hem door den Heer
Reaal toegezonden, met zyn fchepen
t’zeil te gaan na Ternate..
Terwyl hy vlak voorby Tidore liep,
dedcn die van de vefting zeven o f agt
- Kanon-fchoten op zyn fchepen, dog
.r ;. . zonder die ecnigzins - te befchadigen.
Hy quam ecrft den iften juny weêr voorl
de vefting Orangie ten anker j en op dien
zelven dag quamen hier uit Amboina nog
twaalf fchepen, die toen te zamen een
vloot van zeventien ichepen uitmaakten.
Zommigen oordeelden, dat men hier
mede iets, *t zy op Tidore, ’t zy dan op
eenige andere plaatzen der Kaftiliaanen,
behoorde te ondernemen} dog daar quam
niet van.
Laurens Den I9den Juny in ’t jaar 1616. is de
Re aal Heer Laurens Reaal, bevorens Land-
vrord in 't voögd der Moluccos, tot derden opper-
jaar iötö. L andVoogd van- Nederlandfch Ooft-In-
opper- dien, by ftemming van den geheelen
Land- Raad van Indien, alhier aangeftelt, en
voogd met veel plegtelykheden in dat ampt
23^°®* beveftigt. Ook bleef Ternate vervolgens,
tot Batavia ’s grondvefting toe , de Setei
der Indifche-Hooge Regeering.
, Den i8deu Julius vertrok de Zeevoogd
gea?" Spilbergen, v.olgens laft van den opper-
vcurek. Landvoogd Reaal, en zynen Raad, met
E
de fchepen Amfterdam, en Zeeland, uit
Ternate na Bantam. Hy liet hier alles
in zeer goeden ftaat van verdediging, en
men was ten dien tyde ook van.vyf hon-
derd kryasknegten yoorzien, over welke
het bevel hadaen, de Hopmannen, Fre-
derik Hamel, van ’sGravenhage, Willem
Eetveld, van Bruflel, Pieter Bokker, van
Antwerpen , Roeland Philipszen , van
’s Hertogenbofch, en Goojfen van Mam-
meren j buiten dat wy ook in die ganfche
Landvoogdy van allen krygs - voorraad
zodanig vervuld - waren, dat men Don
Jan de Silva daar met verlangen te ge-
moet zag.
Even zodanig ftond bet met onze Goeden
vefting op Tidore, Marieko genaamt, ftandder
waar op Willem van dnffing (die met
Joris van Spilbergen uitquam) ’t bevel iUCCOs.
had, gelyk op Motir Henrik Majer van
Maaftrigt, op Makjan Gysbert van Via-
■nen, en op Batsjan Bartholomeus van
Spilbergen, van Antwerpen. De fchepen ,
in July hier zynde, waren, de oudeyen
nieu\y_e Son, de oude, en nieuwe, Maan,
Vliiiingen, de Hope, de Morgen-ftar,
de Engel van Delft, en nog een Jagt.
Den I7<lcn der maand , September Jacob le
quamen de opper-Koopman, en Bevel-
hcbber, Jacob ■ Je Maire, en Schipper , *enm
Willem Corneliszoon Schonten, door dp Schou-
Straat le Maire,' alhier met hun' iehip ten, hier,
voor de vefting Orangip ten anker, en
wierden van den opper-Landvoogd Reaal,
den Zeeyoogd, Steven van der Hagen,
en den Ambonichen Landvoogd, Jafper
Janszoon, mitsgaders van den ganfehen
' Raad van Indien, zeer wel ontfangen.
Hy was den i^en Juny in ’t jaar \ 6 if.
van Hoorn uit Texel, met ’t fpjiip de
Eendragt, en een Jagt, t’zeil gegaan, en
[door een nieuw gevonden engte, zedert
na zyn naam genaamt, in de Suid-zee,
pn zo yerder met’t fchip de Eendragt in
Ternate ^gekomen, na dat hy zyn Jagt
omtrent Porto Defire döor toevalligen
brand verloren had.
Zy lieten hier eenig volk, te weten, jjDn
elf mannen, en vier jongens, en namen vertrek.
den zyften September hun afleheidj ver-
zeilende met de fchepen de Eendragt,
en de Morgen-fterre (een van Joris van
Spilbergen ’s fchepen) het eerfte na Bantam,
en ’t laatfte na ’t eiland Motir. -
Eindelyk kreeg men den 3 often September
tot Jacatra eenmaal zekerc ty-
ding, hoe het met die zo lang toebereiae
vloot van Don Jan was $ wantbehalyen
dat de Bevelhebber, Jan Dirkszoon Lam,
met tien fchepen, zo zommigen te kennen
gaven, al voor eenigen tvdna Ma-
nilha vertrokken was, om de Kaftiliaanen
daar aan te taften, eer die vloot quam,
zo hoorde men daar boven, dat ’er van
die
Z A A K E N . 1 4 5»
ißitö die vreeflelyke vloot niet veel te vreezen
Pood was, vermits Don Jan de Silva in Ma-
vanDon lacca overleden, na alien fchyn daar
Jan de yergeven, en zyn vloot zodanig verfwakt
S e - D was, dat al dat dreigen in rook en damp
ling der verdween, niettegenftàande zy daar mede
vloot. ; vier jaaren Waren bezig geweeft.
• Oridertufichen vervolgde hÌer in de
Moluceos de Heer Laurens Reaal zyn
y 7 beftier, zo, in het algemeen, als opper<-:
; Landvoogd van Nederlands Ooft-Indien,
als te gelyk als Landvoogd der Möluc-
- eos tot den ' järe • 1619, zonder dat ’er
• ender zyne regering , iof ook onder die
van Koning Modafar, iets aanmerkens1-
waardig vòorgevallen zy.
De Heer Hy wierd op zyn verzoek rdoor de
Reaal ’s vergadering der Heeren zeventienèn by
vertrelc ^un fchryven van den laatften Oftober:
ìóioluìt in ’t jaar 1 (S17. verloft} hoewel van zy-
Ternate. nen vervanger in ’t algemeen opper-
bewindydén Httx jdn Pìeterszaon Goen,
by Batsjan eerft òntmoet in ’t jaar 1619 ,'
én tòen'in de Landvoogdy der Moluccos
wel vervangen} dog dat de Heer le Febre
toen in zyn plaats gekomen zou zyn,
gelyk by de Ternataanfche lyfty uit- de
oude geheim-kamers-fchriften aldaar op-
geftèla, fchynt te blyken , daar- van vind
ile my nog niet overtuigt, om dat die
Héer in ’t jaar 1618. in December tot
Jàcatra nog maàr in de hoedanigheit van
Koopman, by den Heer Co^w gcbruikt ,
voorkomt. - ;
Wel is waar, dat hy in ’t jaar idip.
met den opper-Landvoogd Coen derwaarts
; kan mede gevaren zyn j maar: ik: vind
niet , dat de Heer Coen in de Moluccos
zélfs, en altoos niet verder, dan' tot
Batsjan toe, gekomen, en,. by ontmoe^
ting van zyn Voorganger, den n t6 t Renal
aldaar ,' met den zelven weder over Amboina
na Jacatra gekeerd zy.
v - , Daarbeneven fchynt my toe uit andere
Land-6 oude, en Zeer geloofwaardige zo Poli-
voogd • tieque als Kerkelyke aanteekeningen, dat
der Mo- Heer Frederik Houtman in ’ t jaar 1611.
de Heèr als Landvoogd der Moluccos derwaärts
Frederik vertrokken zy. . ■
Hout- Ondertuflchen begon Koning Modafar
manV in Ternate wat meer werk van de ver-
Modafar overde landen in Amboina, dan oit zyne
letnaau- voorzaten, te maken. De vorige Ko-
zyn lan- ningen hadden ’t meeft op hunne Stad-
denin houders laten ftaan j maar hy begon ’er
Amboina. nu 2ej f te heerfchen door een naauwer
toezigt op de Tollen, en fchattingen, te
voren van de Kimelaha ’s ingeflokt, dog
’t geen aan die Kroon al vry veel
opbragt. ‘ r ;; r '-:p
. In den jare i<Szo. vertrok de mis-
vertrekt noegdePrins, Kimelaha Daja, o f Hida-
na Am- jat (die te voren tot het jaar 1610.
boina. 0nder- Koning van Ternate geweeft,
P D e e l .
een zoon van Bongafari, en uit den i.6io.:
huize Tommagola was,) naar Amboina,
alwaar niet lang geweeft , en .ondertuffchen
de Stadhouder Sabadien .overleden
zynde, hy hem als vierde. Stadhouder
des Konings van de veroverde Ainbonfche
landen op Loehoe , ' of anders als
vyfde 'na Samarau, in die aanzienelyke
bedieningrquam te vervangeni by ’t Enwcrd
waarnemen van welke hy allezins blyf , ^ j slvonings ken gaf, dat zyn voomemen \vas daar, stadhou-
niet als Stadhouder des Konings, maar der.
als eigen vorft van die landen , te
leven.
Het eerfte, dat hy deed, was de on-
derdanen der E. Maatfchappy in Amboina
alomme, cn vooral die van de Uliaf-
ferfche eilanden, tegen ons meefterlyk
fyn in der ftilte: op te; ruyen, en daar
door te bewerken, dat byna ni.enjand in
*t laatfte dezes jaars met den Landvoogd
van Amboina den Hongi-togt had willen
doeny en i niet eens daar verfchenen
was.
De opper-Landvoogd Cöen in ’t jaar in’t jaar
i 6zi . niet zyn!vloot uit Banda en Am- 1611»
böina gekomen zynde, zogt djt werk,
door ’t beieggen van den algemeenen
Land-raad den iften July te herftellen}
dog Hidajat met zyn Ternataanen ver-
fchecn’er niet; ook klaagden de hoof-
den der kuft Hitoe, dat zy door dezen
Kimelaha Daja , en door de Ternataanen
van Xoela, zeer hard aangemaant waren,
om T o i , en fchatting aan Koning Modafar
( immers zo ’t in Amboina den
naam had) op te brengen, o f dat-men
| hun land anders afloopen: zou } hoewel
de Hitoeezen daar toe niet. wilden ,? nog
konden befluiten} welke zaken w y onder
Amboina ’s ftofle nader toonen zullen.
Even zo bekenden de hoofden der Rokkent
zeven dorpen van Noeflalaoet, ter verga- -
d e r i n g V e r f c h e n e n , m e d e f c h e n d i g door
d e z e n H i d a j a t , e n z y n fw a r e b e d r e i g in - tegen
g e n , m i s l e i d , e n z e l f ook uit v r e e z e ons op.
voor hem tot h e t verlaten van den
Chriften-Godsdienft, te voren van hen .
beleden, en t o t ’t weder aannemen van
den Mooifchen vervoert te zyn geweeft,
dog nu van befluit te zyn,den eea (gelyk
ook die van Hitoe deden) te vernieuwen,
’t geen hen voor deze maal te eer verge-
ven wierd, om dat men wift, in wat
gevaar van overvallen te worden zy geweeft
waren.
De zelve klagten over Daja deden ook
die van Roemakay, en Tihoelale, en
vooral die van Ihamahoe, die de eerfte,
aanleiding wel tot den afval van die.van ,
Noeflalaoet gegeveii, maar die ook, door
de fware bedreigingen van Hidajat zieh
daar toe genoodzaakt , geyp^^p^ hadden,
om dat zy zo na by.zyn. verblyf-
I i plaats