
kalk te werpen of wel in kokend water. — Naakte slakken doodt
men het b e s t, door het te rre in , waarop zij huizen, ’s morgens
in de vroegte — als de slakken nog aan ’t vreten zijn — met
versehe gebrande kalk te bestrooien, welke bewerking men liefst
dadelijk, na 10 á 15 minuten tijd s , moet herhalen. Waar de slakken
evenwel aan aardbeien v re te n , is bestrooiing met kalk ondoelmatig,
wijl de vijanden veilig onder de bladeren verscholen z itte n , waar
zij — tegen de zonnestralen beschut — vaak dag en nacht door-
vreten. Padden en kikvorschen eten zeer gaarne slakken; daarom
verdient het aanbeveling, in vochtige ja ren eenige van deze dieren
op aardbeivelden te brengen. Ook bij de teelt van aardbeien onder
glas kan het nuttig zijn, met ’t oog op de slakken, padden bij
dit gewas te brengen.
een
VII. ZIEKTEN, WAARVAN DE OORZAAK TOT DUSVER ONBEKEND
GEBLEVEN IS.
In deze rubriek worden een aantal
ziekten van ooftboomen bij elkaar
gevoegd, die in geen der voorafgaande
drie rubrieken kunnen worden
gebracht. Deels zullen zij misschien
later n a a r een der vroeger
behandelde groepen van ooftboomziekten
en beschadigingen moeten
v erh u iz en , nl. voorzoover later
mocht b lijk en , dat zij toch aan
bepaalde parasieten of wel aan de
inwerking van de anorganische
n a tu n r te wijten zijn. Maar stellig
ligt de oorzaak van sommige der
in deze rubriek beschreven ziekten
in de boomen zelven. Zoo bijv. is
het voorkomen van zoogenoemde
,,fasciaties” (fig. 38) eene eigen-
aardigheid, die bij bepaalde individu’s
van eene plantensoort
voorkomt, en is door teeltproeven
bewezen, dat deze eigenaardigheid
in hooge mate erfelijk is , zoodat
dus de oorzaak van dit ziektever-
schijnsel niet gelegen is in uitwendig
werkende invloeden, maar in het
individu zelf.
Fig. 38.
Fasciatie van
’ kersetak.