ï
r i- ’■J 92
kanker. Van uit de hier beschreven „ b itte rro t-k a n k e r” der takken
grijpt gewoonlijk in ’t volgende ja a r de besmetting van de vruchten
plaats. De regen brengt de sporen van deze zieke plekken der
takken op die v ru ch ten , welke lager gezeten zijn. Insekten ook
brengen de sporen van den eenen boomgaard n a a r den anderen.
De bestrijding van het bitterrot zal dus in de eerste plaats hierop
moeten neerkomen, dat men uit de appelboomen al de takken
verwijdert, welke door den bovengenoemden kanker zijn aangetast.
Maar men moet ook de op den grond gevallen, aan de ziekte
lijdende, appelen tijdig verwijderen, alsmede de aangetaste vruchten,
die in samengeschrompelden toestand gedurende den winter zijn
blijven hangen; want van beiden uit kan de kankerzwam zich over de
vruchten van een volgend ja a r verbreiden. Bespuiting met Bouillie
Bordelaise, — éénmaal vóór de knoppen zich openen, later nog eens
in Ju li — is in Amerika met succès tegen het bitterrot aangewend.
Het geslacht Phyllosticta Pers.
is, evenals het vorige geslacht van zwammen, in geen’ anderen
fructificatievorm dan in den pyknidenvorm bekend. Deze pykniden
zijn bolvormig, lensvormig of half-bolvormig, aan den top van
eene kleine opening voorzien. De conidiën, die erin worden gevormd,
zijn klein, eencellig, eivormig of langwerpig, meestal
kleurloos. — De zwammen van het geslacht Phyllosticta veroorzaken
vlekken op de bladeren van vele planten.
Zulke bladvlekken worden veroorzaakt:
door Phyllosticta viticola Sacc. en Ph. Vitis Sacc. bij wijnstok;
door Ph. ribicola Sacc. bij roode aalbes;
door Ph. Grossulariae Sacc. bij kruisbes;
door Ph. Mespili Saec. bij mispel;
door Ph. Cydoniae Saec. bij kwee;
door Ph. p ir in a Sace. bij peer;
door Ph. M a li Prill, et Del. bij appel;
door Ph. vulgaris Desm. bij kers;
door Ph. prunicola Sace. bij pruim en kers;
93
door Ph. Persieae Sacc. bij perzik;
door Ph. Ju g la n d is Sacc. en Ph. Ju g la n d in a Sace. bij okkernoot.
Bij sommige van de bovengenoemde bladvlekziekten valt later het
doode gedeelte van het blad e ru it, zoodat de Phyllosticta's dan ook
aanleiding geven tot zoogenoemde ,,hagelschotziekten” (vgl. bl. 80).
Ten slotte vermelden wij nog:
Phyllosticta Vindobonensis T h üm ., welke zwam op de bijkans
rijpe abrikozen grijsbruine vlekken in ’t leven roept. Wanneer deze
vlekken, zooals vaak geb eu rt, in groot aantal in elkaars onmid-
■ r a m
Fig. 55. Abrikoos, aangetast door Phyllosticta Vindobonensis.
dellijke nabijheid gelegen zijn, krijgt de schil eene menigte b a rstje s,
die zich door kurkvorming weer sluiten; zóó wordt de vrucht
onverkoopbaar (fig. 55). Vaak wordt slechts de ééne zijde aldus
a an g eta st, en deze kant wordt dan ongenietba ar, terwijl de andere
k ant zich normaal ontwikkelt.
I
r,f