
.
: F
! -■
i
- ; i
: ' M
F : M-,
stuks. Zijn de aangetaste peertjes op den grond gevallen, als de
larfjes reeds volwassen zijn, dan kruipen zij eruit en van daar
in den grond; maar zij blijven ook nog wel eenige weken lang
in de peertjes vertoeven. Maar blijven sommige der aangetaste
peertjes aan den boom z itte n , dan kruipen de larfjes er toch
eindelijk u it, en laten zij zich op den grond vallen. In ieder geval
komen zij, vroeger of la te r, in den bodem te re ch t, waar zij —
al n aa r den a a rd van den grond — dieper of minder diep weg-
k ru ip e n , echter zelden dieper dan 5 cM., soms niet dieper dan
2 cM. Daar. blijven de larfjes een tijd lang onveranderd liggen;
in Ju li spinnen zij zich daar een coconnetje, waarin zij alweer
onbeweeglijk blijven liggen tot in het volgende v o o rja a r, even
vóór den bloeitijd der peren; dan grijpt de verpopping p la a ts , en
korten tijd daarna komen de mugjes uit de pop te voorschijn.
Uit het bovenstaande volgt dat het goed is , dat men onder
de pereboomen, die in ’t voorjaar aan de kwaal lijden, in
den volgenden herfst eene laag aarde van 5—7 cM. dikte weg-
neemt, en deze door andere aarde vervangt. Maar niet onder aile
ornstandigheden is het middel gemakkelijk toe te passen. Flink
diep omspitten van den grond onder de lijdende boomen zal
eveneens eene goede uitwerking moeten hebben. Verder is het
raadzaam, in Ju n i of reeds in de tweede helft van Mei, zoodra
men de plaag waarneemt, op den grond onder de boomen lakens
neer te leggen, en dan de boomen te schudden; want in de
alsdan afvallende peertjes zitten larven. Men verwijdert deze
peertjes zorgvuldig uit den boomgaard, en vernietigt ze, bijv.
door ze aan de varkens op te voeren. Natuurlijk doet men goed,
van de piramiden en leidboomen, waar men dit gemakkelijk kan
doen, de aangetaste peertjes af te plukken en te vernietigen; niet
te wachten tot zij afvallen.
De p e r e n r o u w m u g g e n (Sciara P iri Meigen en
Sciara Schmidbergeri Kollar)
hebben eene leefwijze, welke veel met die van de peregalmuggen
overeenstemt.
f: î
Zij behooren tot de groep der zoogenoemde ,,v I i e g m u gge n”,
die door h are vrij lange sprieten tot de muggen nad e ren , maar
door hare niet heel lange pooten en haren meer gedrongen
lichaamsbouw meer op vliegen gelijken. — Het geslacht der
. R o uwmu g g e n (Sciara Meigen) wordt gevormd door kleine,
meestal zwarte vliegmuggen, die d u n n e , weinig behaarde, Uit
zestien leden bestaande sprieten, roode oogen en tamelijk groote,
fijn behaarde, niet heldere vleugels hebben.
De twee so o rte n , welke hier znllen worden b eh an d eld , onder-
scheiden zich door de volgende kenmerken:
de kl e i ne p e r e n r o uwmu g (Se. P iri Meig.) is 2 mM. lan g ,
zwart, behalve ’t achterlijf, dat loodkleurig grijs is met zwarte ringen;
de g r o o t e p e r e n r o u w m u g (Sciara Schmidbergeri Koll.)
is ietg grooter (het wijfje 3 mM. lang); het mannetje heeft een
zwart achterlijf, dat van het wijfje is* b ru in met-zwarte ringen.
De leefwijze van de beide soorten van perenrouwmuggen schijnt
ongeveer dezelfde te z ijn , en bovendien in aile hoofdzaken overeen
te stemmen met die van de perengalmuggen (bl. 59). Dikwijls ook
komen èn rouwmug- èn galmuglarven in dezelfde peren voor. Die
van de eerstgenoemde muggen zijn iets g rooter, en verder h e rkenbaar
aan b are geelachtige kleur en aan den duidelijk van
’t lichaam afgesnoerden k o p , die twee zwarte vlekjes vertoont.
De larven van de perenrouwmuggen zijn gewoonlijk in ’t midden
of in de laatste helft van Mei volwassen; die van de kleine soort
(Se. Piri) kruipen dan uit de inmiddels op den grond gevallen
p e ren , welke langer zijn dan normale peertjes van denzelfden
leeftijd, en aan hunne basis of in hun midden ingesnoerd; deze
larfjes kruipen dan in den grond om te verpoppen , terwijl de
mug reeds in Augustus voor den dag k omt, zoodat het insekt
als volwassen rouwmug overwintert. De larven van de groote
perenrouwmug (Se. Schmidbergeri) evenwel blijven als zoodanig
den winter over in de afgevallen peren.
Het ligt in den aa rd der za ak , dat de larven van de perenrouw-
miiggen en die van de perengalmuggen vaak met elkaar worden
verward. Bestrijding: Zie bl. 60.