724 S A M E N T E E L I C E
IV.
A.FDEEL»
XX.
H o o ïd 4
STUK.
II.
: Bellis
annac»
Jaarlykfë.
' (2) Madelieve met de Steng eenigermaate ge>
bladerd.
In Spanje , Italië, als ook in Languedok en
Provence, valt dit Jaarlyks Kruidje, laager dan
een Handpalm , hebbende Stengetjes van een
half Voet of daar omtrent, draagende maar één
Bloem, in *t ™dden groenachtig geel, en wit
eellraald. Het komt dikwils aan den Zeekant
v a n Languedok voor, met kleine Blaadjes, die
wederzyds twee o f drie Tandjes hebben, zo
G oüan aantekent.
B E L L i u M Madelon.
Dit Geflagt heeft ook een naakten.Stoel en
de Kelk beftaat uit gelyke Blaadjes: maar de
Zaaden zyn Kegelachtig met een agtbladig Kaf-
fig Kroontje en een gebaard Pluis. Hier toe heeft
de Heer L 1 n n m ü s de twee volgende Soorten ,
beiden Europifche, betrokken.
Bellium
Bellidioide!
Madeiiarig.
( 1 ) Madelon met naakte Draadachtige Bloem°
; g i t j e s . D}t
fx) Bellis Caüle fubfoliofo. Bell. Caüle fubfimplici fubquadrifloro.
Gouan Monsp. 447- Bell. Hort. Pediculo foliofo
O B Pin z6z. Prodr. 121. Bellis minima Prat. Caüle
foiiofo. Bocc.' Mus. II. p. 9S- T. 35. Bell. maritima Fol.
Agerati. C. B. Pi»• Prodr- la l.
/j) Bellium Scapis nudis Filiformibus. S y ß . Nat. r^XlU.
Gén. 1325. p. 640, Mant. 285. Bellis omnium minima.
TRIUMB. Obs, p. 82. T. Bellis maritima minima , Rons So-
li. s ifïo'ilii o, ^Cy ren_a•i/c*a. . nBOnCrCr . jMnuuss.. 149. T. 107. Bellis F»lut
pair is Flor. albis, Alpina. Mentz, Pug. T. S ?
S Y N C E N E S 1 A. 72 5
* Dit Kruidje was voor heen tot de Madelieven IV.'
t’huis gebragt. Op dorre plaatfen , om ft reeks de ^F^ EL*
Stad Rome, groeit het menigvuldig met Blaadjes Hoofb-
naauwlyks een Nagel groot en Stengetjes van 'tuk.
geen Vinger lang, de Bloemen byna als der
andere Madelieven, doch enkeld, niet dubbeld,
gelyk in dezelven, geftraald; hoewel het , even
als die, reeds in ’t vroege Voorjaar bloeit.
; (2) Madelon met een gebladerd Stengetje. ir.
Bellium
Dit is een van de allerkleinfte Plantjes, pp zeTkki $
Kandia qn in de Levant aanBronnen groeijende.
Het heeft een Stengetje van maar een Duim
hoog,Haairachtigdun en Romp EyrondeBlaadjes:
aan ’t end twee eenbloqmige Steeltjes of
maar één , en de Kelk is yan grootte als een
Koolzaadje. Dit zou door ’c Mikroskoop waar
te neemen zyn, om de regte gefchapenheid van
de Vrugtmaakende deelen te ontdekken.
T a o e t e s. ‘ Afrikaan.
Een fiaakte Stoel; het Zaadkuifje van v y f
opgeregte Baardjes : de Kelk eenbladig, vyf-
tandig , pypachtig en vier o f v y f blyvende
Straalblommetjes , onderfcheiden dit Geflagt,
het welk de bekende Bloemen van dien naam ,
en derzelver mede-Soorten, bevat; naamelyk t
<0
(1) Bellium Caüle foliolb. Mant. x%s. Pedis ïninuta. Sp.
Plant. 1250. Bellis C re tic a Fontaha omnium m inima. T q u b n ,
Cor. 37. , i
Z z a
II. DEEt, x. Stuk, j •
m m
I S ;
m
MrMml
m m
H tóïïMl
m \
É i mml
111
i s i
raBBI
S I f e p