IV.
Afdeel,
xx.
H oofd.
s tu k .
Egaale
Veelwjvery.
VIII.
Sonchus
F lo rida-
nas.
Floridafche.
IX.
Sibiriens.
Sibeiifche.
De eerfte van deeze drie gelykt naar de Moes-
kruidige v e e l, doch heeft de Bladen zeer fyn
verdeeld, en is geheel Haaitig, uitgenomen dat
de Bladen glad en teder zyn. Dezelve groeit
rondom de Stad Montpellier en ook by Florence.
Deeze heeft de Bloemen g e e l, maar de
twee volgende blaauw. Die van P l umi e r
groeit op de Pyreneen, de laatfte op de Alpen
van Switzerland, Ooftenryk en Lapland. Deeze
beiden fchieten dikwils tot eens Mans langte
op en verfchillen weinig van elkander. De Py-
reneefche heeft Bladen als de Paardebloemen
en Bloemen als de Suikerey, geevende de Kelk
kleine Harftige druppeltjes uit. Hier is het
Zaadpluis geftamd als in de Salade. De Laplanders
eeten de Stengen van de andere, nog
frifch zynde, gefchild, maar de Melk der Runderen
krygt van dit Kruid een bittere onaange-
naame Smaak. Deeze drie zyn, gelyk de Haa-
z en -L a tuw , eenjaarige Planten.
( 3) Melkdiftel met gefchubde Bloemfieelen en
Lierachtig Piekswyze Bladen.
(9} Melkdiftel met gefchubde Bloemfieelen,
de Bladen Lancetvormig onverdeeld, o»«
gefieeld.
Van
( t) Sonchus Ped. Squamofis , Fol. Lyrato *Haftatis. R.
Lugdb. Sp. 2. Sonchus annuus Canadenfis altisfimus. VAILL»
Mem. de 1721. Lcchica altisfima Folio Sonchi laciniato.
Bceeh .Lugdb. I. p. t l .
(9j Sonchus Ped. Squam. Fol. Lanceolatis &c. H. Ups.
Van deeze is de eerfte, die in Noord - Ame- IV.
rika groeit, een zeer hooge Plant, met blaau- xx f1,
we Bloemen: de laatfte, die door geheel Sibe-Hoofd-
rie en Rusland , ja ook in Lapland menigvul-STÜK*
dig voorkomt, heeft van een Voet tot drie El-
len hoogte en gelykt, wat de Bloefem aangaat,
zeer naar Salade. Deeze verandert niet alleen
in de Kleur der Bloemen, welke blaauw o f wit
z y n , maar ook in het L o o f, dat fomtyds onverdeeld
is , fomtyds getand o f diep ingefnee-
den, als indegewoone Haaze-Latuw. Hier
heeft ook een Waaken der Bloemen plaats, zo
wel als iq de anderen, en, zulks by nagt ge-
fchiedende, za l, zo men opgemerkt heeft, de
volgende Dag gemeenlyk Regenachtig zyn ( * ) .
(10) Melkdiftel met naakte Bloemfieelen en x.
Lancetvormige getande rappiguitgehoekte
Bladen. CUSm
Tartan-
( 1 1 ) Melkdiftel met byna gefchubde Bloem^h\ u
Jleelen, de onderfie Bladen gefchaard, de Tubtrojus,
bovenjien Pylvormig ongejteeld. Knobbeh-
De
1x44. F l. Suee. II. 69o. Gort. Ingr. 119. Laftuca Salicis folio
Flore ccerulco. Amm, Rath. 2 1 1 , 212.
(*) PhiL Bot. p. 275. Vergelyk de Uitgezogte Verbande*
iingen, V. Deel. bladz. ir.
(10) Sonchus Fedunc. nudis, Fol. Lanceolatis Scc. Mant,
372, Gmel. Slb. II. T. ï i . f. 3.
( n ) Sonchus Fedunc. fubfquamatis, Fol; inferiorfbus
iuncinatls, fupérioribus S.igittatis lèsfilibus,