w-
Afdeel
ix.
H o o fd »
§TUK.
46% S A M E J T T E E ï i l o E K n U I p p l T C
X L Ï Ï .
SenectQ
f]adie/i/is9
^eelteiigó
gelyk die van tiet gemeene Kruiskruid, doch
de Kelkpuncjes niet verfchroeid hebbende. In
de Upfalfche Akademie-Tuin was het waargenomen.
(49) Kruiskruid met Lancetvormig Eyronde*
dikke, gladde > gekartelde Bladen en een
getuilde Bloempluim.
De Heer F o r s k a o ö l vondt, op de Bergen
van Arabie, behalve een Lierbladige Soort
roet gehaalde Bloemen, een Soort, welke hy
Hadienfis noemde. Deeze was een verfprekSe
{ieeiter van drie Ellen hoogte, met flappe opgaande
SteDgen en overhoekfe Bladen , drie
Duimen lang; fommigen getand, fpmmigen ef»
fenra^dig. De Steelen uk de boven • Oxelen
maakten met elkander een T u i l , van kleine
B lo em keeltjes met korte Schubbetjes. De Kelk
hadt een agttandig Eeltig onder - K e lk je , aan
den v o e t, bevattende veertien tweeflagtige en
y y f Vrou^relyke Straalblommetjes , geel van
Kleur.
A n i ft- Sterrebloem.
De Kenmerken van ditGeflagt, dat ook eeq
waakten Stoel en ongeftamd Zaadkuifje heeft,
heftaan in een gefchubden Kelk, wiens onderr
e Schubben uitgebreid zyn, o f van de anderen
af-
^ t ) Smtt'iO Folüs Laiiceolato ■ Ovatis , crasüs glaïms ,
demiculatis» PaniculA Corymbofa. Flor. ASgypt, drab j*>
|42»
'S 17 C E N Ë S 1 A; ÖÖJ,
afwyken, waar door het van de vootige, als lV .
ook dat het meer dan tien Straalen heeft, waar a xx> **
door het van ’t volgende Geflagt verfchilt. Hoofd-; .
De Heefterigen reeds befchreeven hebben-STÜK*
d e * , welke allen Kaapfe zyn , zo komen hier
eerst in aanmerking bi. 101 *
enz.
j j . Kruidige met geheele Bladen en naakte
Bloemfteelen.
fy ) Sterrebloem met byna Draadachtige Door-
nig kanthaairige Bladen , naakte Bloem-
fieelen en half Kogelronde gelyke Kelken. *
Dit is ook een Kaaps Plantje van een Span
hoog, zeer Takkig, met zeer fmalle, fty ve, korte
ruuwe Blaadjes en lange naakte end - Steelt jes ,
hebbende de Straalblommetjes blaauw en kort,
het midden geel. Men vindt de Bloemen by
die van de Kamille, de Bladen by die van den
Tamarifch vergeleeken.*
(6 ) Sterrebloem met Spatelvormige fiekelige : ^ & r:
Bladen , de Wortelbladen ftomp; de Steng Alpifch. -
scheel enkeld en eenbloemig.
■ Op
(S> Flfitr Fol. (übfiliformi' ui acu'eato - ciliatis &c. Am,
dtad. VI. Afr. 67. Mant. 47* After parvus JEthiopicus Cha-
tnzmeli floribus &c. Pluk . Alm. s6. T. *71. f . 4 *
(s) Aßer Fol. Lanceolatis hirtis 8ec. Gouan Monsp. 442.
After montanus ecerulens. C. B. Pin. 067. After 7 . Auftria-
ois. Ci.ua. Mß- II; p, 5J. ß. After Atticus Alpinus alter.
C . B. Pin. 167. v , After hirfutus Aaftr, cocrttleus &c. C. B.
Tt 4 F i n '
|l» De« . . X. Stuki