* 5 4 D u b b e l b r o e d e r i c e K r j j i d k r ,
IV.
fAFD£EL.
XVIII.
Hoofds
t u k ,
(6_) Vlakkenkruid met gejlrekteopjlygendegladde
Haauwen , Lancetvormige Stoppeltjes
en langwerpige gladde gefireepie Blaadjes.
( 7) Vlakkenkruid met gefirekte opftygende gladde
v i .
Galega
maxima*
getrofie Haauwen, endelings; Elsvormige
Zeer
groot.
Vil.
Purpurea*
bioemig!' ^ n<^er de Ceylonfche Planten zyn deeze drie
Stoppeltjes en langwerpige gladde
Blaadjes.
befchreeven en afgebeeld door den beroemden
Hoogleeraar J. B o s m a n n os De middelde,
die zeer groot is van Gewas, zou maar twee
Bloemen by elkander hebben. In de anderen
maaken zy lange Aairen uit en zyn in de Iaat-
fte paarfch van Kleur»
c - S L . Vlakkenkruid mei gefirekte hangende glad-
Karibifch. de getrofie Aairen, gladde gefpitfie Blaadjes
en eene Heefierige■ Steng.
Op de Karibifche Eilanden nam de Heer Jac-'
q u in deeze Soort waar , een Heeitertje van
twee Voeten hoogte , de Blaadjes een Borlle-
lig puntje hebbende , gelyk <k Winkel - Soort;
de
(6) Guitga Leg. ftciöis adfcend. glabtis Sec. Flor. Zeyl.
300. Vicia J?ol. glabr. Venofis oblongis Sec. Bukm. Zeyl.izt*
T- los. ft a.
f 7) Galega Leg. Aria. adfcend. &c. Coronilla' Zeyl* Her*
bacea, fl. purpmascente. Bukm. Zeyl. 77. x. 3Z. Uubm. Fu
ind. iyu
(%) Galega I.eg. flri&is glabtis penduÜs Racemofis Set.
JAC(^. S m e r . H iß , ait , T. 1*5.
de Bloemen rood en ivit bont; de Haauwen IV.’
lang en plat , met gladde zwartachtige Zaaden. AxJvr,Dn?rE.L*
\ (9) Vlakkenkruid met zydelingfe Aairen,
gefieeld zy ra, gefirekte hangende Haauwen Ix.
en uitgerande Blaadjes van onderen Haairig. t}*gal*£*
Deeze Ceylonfche i s , zo men verhaalt, ookKleurCn<i’
een Plant, die de vermaarde V e rw ltof, Indigo
genaamd , uitlevert. In Geftalte verfchillen
de Gewasfen van dien aart, gelyk ik verhaald
heb,aanmerkelyk (*_)♦
(10) Vlakkenkruid met twee zydelingfe Haau- x.
wen, die glad zyn ; zydelingfe Blaadjes
uitgerand , van onderen Fluweelachtig en
eene Heefierige Steng.
Deeze , van den zelfden Landaart, is een
Houtige Heefter , bruin van Gewas. Alle de
gedagte Ooltindifche zyn bevoorens door den
Ridder onder den Geflagtnaam Cracca, als een
weinig van de Galega verfchillende, voorgefteld
geweest.
P H A-
(9) Galega Spie, lateralibus pedunculatis &c. E l. Z e y l. 302.
Am. Acai. MI. p. 19. Burm. F l , Ind, p. 171. Aftragalus
Zeyl. sericans. Herm. Z e y l. 3*.
(*) zie Ii. De e l s , v . Stuk , bl. J40.
Galeya Legum. binis lateralibus glabtis Sec. Cracca
Leg, binis &c. F lo r . Z e y l. 303. Eupil*. hkrm. Zeyl. I*.
Burm, Z y l . 50.