IV. (30) Havikskruid vist 'L iniaale em ïh tm a tL*
xi. * getande verfpreide B la d en , de Bloemen
H o o fd- Kroontjeswyze
STUK» s
xxx. Dit laatfte is het Groot of Heeft e r - H avik s-
VmMtZ kruid , dat door geheel Europa toe in Sweeden
13Kroon- LaPland > ïa ook in Rusland en. Siberie gemeen
bloemig. is op drooge Velden en Zandgronden. By ons
komt het veel aan de Dykjes en kanten der
Wegen omtrent Zwoll, op den Esfenburg buiten
Harderwyk, in de Wouden van Vriesland,
als ook op de Duinen aan den Weg, van
het Kraaijenest naar Schaaphals, buiten Haarlem,
voor. Van den Havik, in ’c Griekfch
H ie r a x , is de naam ontleend, om dat die Vogels,
zo P l i n ius meldt, door het Sap de
d ui fierheid der Oogen wegnamen. Hierom noe*.
men het de Franfchen ook J c c ip i t r in e , de
Engelfchen Hawkweed. Het heeft de hoogte
van omtrent een Elle, een harde ruuwe Steng,
die door de zwaarte fomtyds over zyde helt
met fmalle fterk getande Bladen , ook wel ongetand,
ruig of glad, draagende een Kroon van
geele Bloemen in blaauwachtige Kelken. Hier
op
(30) Hleracium Fo!. Linearibus fubdentatis fparGs &c.
G ort. B e l l . zz4* Kram. A u f l r . 232. Gouan, M o n sp . 41J,
G mEL. Sib. II. p. 2j. Fl. Lapp, 2*7. Suec. 619. 704. H.
Clif. JS7. R, Lugdb. 123. Hall. Helv. ineboat. I. 15. Hie-
racium Frut, anguftifol. majiis. C. B, Pin. 129. Hier. Sabtu»
dum. Dalech. Hiß. s7o. Hier. primmn. Dqd. Pompt, 6)t%
Hier. alt. gr«idius. Los. Is. 24®,
op volgt een zwart, gefireept, langwerpig, IV".
vierhoekig Zaad, welks Pluis de Haairtjes, by- Afdeel,
na als een Koorn-Aair, digt en fchubbig metg0oFD-
puntjes gebaard heeft ( * ) , Voor ‘ c blooteOog,stuk.
evenwel, komt het voor als een eenvoudig p ,!^ a^
Haairig Pluis. Dit Kruid, dat men in Sweeden -*
Nolanaber noemt, is zwaar van Reuk, en de
Bloemen worden ’er gebruikt om een' fchoone
geele Kleur te geeven aan de Wolle ( f ).
De meeste Soorten van Havikskruid hebben
dit gemeen, dat haare Bloemen opwaards ge*
keerd zyn. Men vindt ’er in de heete Lugtftreek
weinigen. Geene Westindifche en maar één
Kaaps vind ik opgetekend. De Heer N. L .
B u r m a n k u s heeft een Ja va a n fch in Plaat
voorgefteld . welks Kenmerken niet zeer blyk-
baar zyn. G a r c i n hadt hetzelve M e lkd ifte l
met paarfche Bloemen , getyteld. In Noord -
Amerika vallen, als gemeld is, verfcheide Soorten,
zo ook in Siberie i des veclen de koude '
Gewesten beminnen. Hier hebben zy ook in
5t algemeen de eigenfehap, by fomtnigen gemeld,
dat de Bloemen ’s namiddags al vroeg
zig fluiten, en als verbergen voor de Avondlugt.
EI et
(*) Zie deszelfs Ver toon ing dooi 5t Mikroskoop, Bonann.
O*/ Fig. 9*.
( t ) Fmticof» Hierjcia flivo Colore tingunt. Hall. utj;
Vide Ft. Suec. 11. & ƒ,. Scan, J42.
i v C ilL . X. Stuk.