IV. mee Wilde Wyngaardbladen uit Oostearyk af-
S B T komftig fchynt te rekenen. De Plant is fraay
H oofd, gedoomd over de vlakte der Bladen, zegt L in ,
n^ üs, ‘ ’
ix. C9 } Maluwe met Hartvormige vyf'kwabbige
Capinfis, Bladen en eene Boomachtige Steng.
]£aapfe»
T o t eens Mans langte hoog groeit in de Eu--
yopifche Tuinen ditKaapfche Gewas, waarvan
het Loof meer o f min gelykt naar dat der Kruisbeziën.
Het heeft Eyronde , Hartvormige of
Lancetsyvyze, doorgaans gekwabde Bladen, groo.
ter o f kleiner , ruig o f glad. De Steng is altoos
Heefterig en Houtig. Als eene Verfcheidenheid
wordt daar toe betrokken eene Rmwbladige met
enkelde Haairen a niet famqngefteld , gelyk in
anderen, en de Bloemen niet knikkende, maar
opgeregt, De Bloemen zyn rood of ropdachtig,
metroode Stippenen de Bloemblaadjes Hartvor-
mig. Somtyds zyn de Bladen vyfkwabbig tot
boven toe , doch ik hebze van de Kaap beko-,
men met driekwabbige en enkelde Bladen, zeer
tnet die van P l u k e n e t overeenkomftig,
( io)-
f f ) Malva Fol. Cord, quinquelobis, Cauïe Arborescente.'
GOÜAN Monsp. 347. H. Cliff. 849. Ups. »of. R. Lugdb,
3*6. N. 3. Milva Afr. Frut. Folio Grosfularias, üqfrh.
Lugdb. I. p. 271. Malva Cap. Frut. Grosf. folio minoregla-
bro, item majore hirfuto. D i l l . E th T. 169» f. 206, 207,
y , Malva Caule Frut. Filis iimplicibus. Am. Acad. IV. p.
325, Malv. Afr. Frut. ft. rubrq. Comm. Hort. II. p. 171.
f , 86. FLUS* Amalib. 140, T. 431. F. S.
M O N A D E L I l I A* 57
f 10^ Maluwe met een kruipende Steng en veel- IV.'
' J „ A fdeel.
deelige Bladen, • xvu.
, , , . Hoofd-
Deeze Karolinifche beeft, in tegendeel, krui* SXUK#
p e n d e Stengen, welke hier en daar Wortel fchie- x,
ten en Bladen naar die der gemeene Alcea
lykende. De Bloemen zyn klein, Wynrood van
Kleur, methoogroode Nagelen. DeVrugtheeftfche.
de figuur van een Trepaan , zynde van boven
geknobbeld en in de omtrek gekroond met tvtfee
Baardjes uit ieder Zaaddopje: dus wederom veel
naar die der Hoorn-Heemst gelykende.
f iD Maluwe met een uitgebreide Steng, hoe- xr.
> ' ' ,, | . 7 /n 1 * ctWlftóTS^
kige Bladen t ongedeelde gekropte O xel- Kiein-
bloemen en gladde gaapende Kelken. bioenuge.
Deeze wordt aangemerkt de kleinfte Bloemen
te hebben van alle Malyaas en daar van heeft
zy den bynaam. De Groeiplaats is aan de Bar-
baryfche Kust, Z y vqrfchilt van de volgende
door de Steng driemaal zo hoog te hebben, de
Bladen fpitfer > de Kelken glad , de Bloemen
on-
(io) Malya Çaule repente , Fol. multifidis. GOÜAN Monsp.
347. H. Cliff. 347. Ups. 201. R, Lugdb. ssi- N. 2. Abu-
tilon repens. Alceæ foüis , flore helvulo. D i l l . E l tb . s . T.
4. f. 4. Abut. Cat. repens, Alçes fol, gilvo flore. Mart*
Cent. T. p. 34*
(u ) Malva Caule patulo, Fol. angulatls &c. Am. Acad.
III» p. 416. Malva annua rotundifolia. M o r is . Hiß. II. p.
521. Mal va Tingitana Flore coeruleo , par va. P LU K, Pbyt„
,4 . f. 2. JacQ; Hort. T. 3.9*
D s
II, DSSL. X, STUR, )