IV.
A fd eel .
XX.
Wegen en op de Akkers, gelyk door gehe J
Europa. Men ;noemtze , volgens de betekenis
van den Griekfchen naatn Tragopogon, in ’c
Franfch Barbe de Botte, in ’t Engelich Buckes-
en Goats B ea rd , by ons , als ook in ’t Hoog-
duitfch , Boksbaard, wegens de Pluizige Haai-
righeid der Zaadkuifjes , uitpuilende van den
Kelk. Het wordt ook J ojsph sblomen geheten.
De Steng wordt een EUe hoog en is Takkig
verdeeld, omringd met breede Grasachtige Bladen
Hoofd«
s tu k .
< jEvasie
Viel-Kjvt-
ry.i
, die als een Scheede denzelven omvatten,
uitloopende in een lange fmalle Staart en dik*
wils met de enden neerhangende. Aan ’c end
van ieder Takje komt een groote Kelk, metlan»
oe Punten, waar in de faroen gehelde Bloem,
van binnen geel, van buiten paarfch zynde. Op
den Stoel, die met Kuiltjes gehipt is, rypen
de lange groote gefleufde Zaaden aan, die een
Pluis hebben , byna als de Scorzoneeren en
Paardebloemen
Een Melkachtig Sap bevat dit Kruid, welks
Steden en Spruiten, in ’t vroege Voorjaar, onder
den naam van Salfefi of S a s fe fi, gehoofd
op
(*) De zondeilinge Geftalte van den Kelk in deeze Soort ;
als ook die der Zaaden en gepluimde Zaadkuifjes, is niet
alken by TouRNFïoht , Tab. 270 , maar ook en wel inzonderheid
door den fchrandeten Doktor le FRANCQ_VAN
Bebhey in zvn uitmuntende Dkfemtie over dit flag v»n
Bloemen , in t jaar 1760, Tab. I. B, Tab. s. en Tab. *
ïig . o. diidelyk aangeweezen. Vergelyk Fig. 16, alwaar
men het gepluimde Pluis der Scorzoneeren zier.
op Tafel komen, De Wortels, die lang en ge- IV ,
ringd zyn, hebben niet minder zoetheid en z y n AF^ ELtl
yerzagtende voor de Borst. Het Loof wordt Hoofd-
pvéral van het Vee gretig afgefchooren. *tuk.
0 0 Boksbaard met de Kelken korter dan de Ir*
Bloemkrans, de Bladen geheel en eeniger •gott O rien-
maate gegolfd, .'ÏLm t s .
(3) Boksbaard met de Kelken langer dan de
Bloemkrans , de Bladen onverdeeld g e - iium ^ ° ‘
J lr ek t; de Bloemjleelen boven dikker, freybladiga
( 4 } Boksbaard met de Kelken langer dan de iy.
Bloemkrans , de Bladen onverdeeld , d e ^ 0CiB“
Wortelbladen en Bloemjleelen aan den voet «maibla-
P lu iz ig . | dls*
CS) Boksbaard met de Kelken anderhalf maal v.
. zo lang als de Bloemkrans; de Kelken e n m t f™ '
Bladen P lu iz ig .
Van
( z) Tragopcgon Cal. Coroll. Radio breyioribus &c. II
typs.-z43. Tragop. Oriëntale anguthfolimn. Touknf. Cor,
36. Barba Jrlircu Ca.m, Epit. 312.
(3) Tragopogon Cal. Cor. Radio long. &c. Trag. purpu-
ïo-coetuleum Forri folio &c. C. B. Pin. 27+. Barba Hiici
altera. Cam, Epit, 313. Gokt. Belg. 219. Tragopcgon iu-
temn. LOB. Ie, SjA. Tragop. Folio oblongo finuato. C*
B. Pin. 274.
(4) Tragopogon Cal. Cor. Rad. longior. &c. GOUAN
Mensp. 405. Trag, purp. coerul. Crocifol, C. B. Pin, 275.
Trag. Croci folio Mont. Col, Ecpbr. I. p. 229. T, 230,
( 5) Tragopogon Cal. Cor. Rad. fesqui - Icnjioiibu?, Caule