II. De kaart behoorende bij de beschrijving van een „tocht
naar het rijk van Poeloe Lawan, onderzoek naar hetstroom-
gebied der Bg. Nila, door een oud-ambtenaar (L. H.) bij het
mijnwezen.” Tijdschr. v. h. Binnenl. Best. 3de Dl. Afl. III.
Volgens Contrôleur G. Sieburgh zou de kaart van L. H. een
copie zijn van een schets door hem bij een vroegeren tocht
längs de' Nilo vervaardigd. Het is te betreuren dat ambtenaren
dergelijke schetsen van onbekende streken niet publiceeren; een
ruwe voorstelling kan den reiziger reeds van veel nut wezen.
Meer is de kaart van L. H. niet. Het onderschrift : „schaal van
i : 400.000” zou aan een vergissing van den teekenaar geweten
kunnen worden, ware het niet, dat 00k de aangevraagde per-
ceelen van 5000 en 1000 bouws op die schaal werden voorgesteld.
Maar 00k bij een tweemaal grootere schaal zijn de te voet
afgelegde afstanden veel te groot voorgesteld. Toch is van deze
kaart, in. verband met den helder geschreven tekst, ruim ge-
bruik gemaakt.
Omirent den loop der Nilo werden verder inlichtingen ver-
kregen door eene reis van Radja Labih en eenige andere inlanders
längs de Kampar Kiri, de Kampar besar en de Nilo
naar de Kwantan.
E. H e t rijk van Indragi ri .
Hiervoor werd geput uit:
I. De kaart der Indragiri, gevoegd bij de „Beschrijving van
het stroomgebied van de rivieren in het rijk van Indragiri
en de naburige kustlanden door H. B. de Boer” , T. v. h.
K. Aardrijksk. Gen. 2de serie Dl. VII 1890.
II. De schetskaart der Tjenako, voorkomende in de „Schetsen
uit Indragiri door A. F. P. Graafland” .
F. De r e s id ent i e Palembang.
De loop der Batang Hari beneden Simalidoe werd averge-
nomen van de kaart van den Heer Veth, gevoegd bij de „Reizen
en onderzoekingen der Sumatra-expeditie uitgerust door
het Aardrijkskundig Genootschap, 1877— 1879.”
Wat de onäfhankelijke staatjes betreft, werd bij de vervaar-
diging der kaart, zooals vröeger is gezegd, in het bijzonder
veel dienst ondervonden van de rapporten der contrôleurs Twiss,
van Delden en von Schmidt auf Altenstadt. Voor den loop der
Djoedjoehan en hare zijtakken werden de gegevens verkregen,
behalve uit den tocht van den heer Schouw Santvoort, uit een
rapport van den Contrôleur Neumann betreffende den moord
gepleegd op den. goudzoeker Houston Walker. (1891).
Ten slotte möge hieronder nog een plaats vinden de opgaaf
der bandjar’s, batang’s, soengei’s, poelau’s en'negrieen, die men
van Poelau Tampoeroeng de Kwantan afzakkende, ontmoet.
R e c h t e r o e v e r . L i n k e r o e v e r .
P oe lau Tampoeroeng.
Bdjr. Boea Käras. Bdjr. Sikamboet.
S g . Boea Käras.
Neg. Sampoerago (v erlaten). Neg. Loeboek Ambatjang.
S g . O e loe .
P oelau Kambing.
Bdjr. S oeng ei Hala.
Sg. Hala. . ..
Neg. Kota toea.
Ajer Baloes.
Bdjr. Doerian ting gi. Neg . S oengei Pinang (verlaten).
Bdjr. Kaboen.
Poelau tangah.
Sg. Tambang.
Sg . Manau.
Bdjr. Sianok.
Bdjr. Kinali.
Sg. Goentoeng.
B g . Tangantan.
Neg. Loeboek Djambi
Bdjr. P oe lau tengah.
Bdjr. Pantei.
Bdjr. Said.
Boekit Tamboen dadap.
Bdjr. Pabaoen.
Bdjr. Poelau Bindjei.
Bdjr. Rantau Sialang.
Bdjr. Sebarang Pantei.