nagenoeg gevuld was. Met bezorgdheid blikte ik naar den
horizont, toen het tijd werd om ter rüste te gaan, want, hoezeer
de maan nog helder scheen en een zacht licht uitstroomde over
ons vreedzaam kamp, zoo zag ik dikke wolken zieh in de
verte samenballen. Mijn vrees voor weersverandering bleek
maar al te gegrond: pas waren wij in onzen eersten slaap, toen
een allerhevigst onweer met tropische slagregens losbrak. Nu
trachtten al de koelies een schuilplaats te vinden onder het huis,
en kostte het in het pikduister en te midden der modderpoelen
de grootste moeite hen te beletten de bagage daaronder van-
daan te h a len om zelf die droge plekken in te nemen. Ieder,
die nog in het huis zelf een plaatsje kon mächtig worden, klom
naar binnen, zoodat de beperkte ruimte geheel met menschen
was opgestopt, wat voor een rüstigen slaap natuurlijk weinig
bevorderlijk was.
ZoNDAG 22 FEBRUARI.
. Zoo opgewekt als dan ook het slot van den vorigen dag was
geweest, zoo ontstemmend was de aanvang van dezen. In het
benauwde en bekrompen huis heerschten weer de ons reeds
bekende verwarring en ’t gedrang van zieh aankleedende en
hun randsei pakkende menschen. Buiten was de grond in een
moeras herschapen en vochten de koelies om de lichtste
vrachten of trachtten zieh huiverend van natheid en koude schuil
te houden, om den voor hen bestemden last te ontgaan. Vuur
aanmaken was hoogst bezwaarlijk, toch wist onze verdienstelijke
kok Siton ons nog wat warms te verschaffen, dat ons het gemis
van een bad en de onpleizierige gewaarwording van met natte
voeten in den modder te baggeren, een weinig deed vergeten.
Delprat organiseerde met grooten ijver en onuitputtelijk geduld
de colonne opnieuw. Toen reeds het meerendeel der vrachten
over de koelies was verdeeld, bleek het dat een tiental hunner
weigerde ons verder te volgen. Met bezorgdheid zag ik hen
met hun trotsche, stugge gezichten bijeen staan; wanneer hun
voorbeeld aanstekelijk werkte, zouden wij genoodzaakt kunnen
worden terug te gaan!
IJzerman herkende dadelijk onder hen den aanstoker en gfeep
hem aan, om hem van de overigen te verwijderen. Zoodra deze
zagen', dat zij van hem gescheidèn Werden,' sloegen zij naar
alle kanten op de vlucht é'ft verlosten ons daardoor op gëmak-
kelijke wijze van hun ongewenscht gezelschap. Eenige Soengei-
Batoengers werden bereid gevonden om als vrijwilligers te volgen
tot Loeboek Ambatjang, zoodat voorloopig ons verder
voortgaan door niets meer belemmerd werd.
„(R. IJ.) Tegen 6 uur in den morgen meldde Pa Sakei zieh” (namens
de negrie-hoofden) „aan, om het belöofde geld af tè halen:
f 70.— voor een karbouw, twee rijksdaalders vöoriederen
panghoeloe, drie voor de poetjoeks negrie en vier voor Pajoeng
Sakaki. Alvorens het op te strijkeit, vroeg hij nog nadere in-
lichting omirent de bedoeling van het geschenk. Ik antwoordde
dat die geene andere: was, dan het geven van een bewijs van
vriendschap. „Dus is daaraan niet verbonden het- denkbeeid,
dat wij ons zouden verplichten onder het Gouvernementsgezag
te komen” zoo vroeg hij verder. „Neen,” zeide ik, „ik heb
geenerlei opdracht daaromtrent te onderhandelen.” „Dan nemen
wij het gaarne aan,” sprak hij, „God is mijn getuige, dat wij
U allen voorspoed op Uw verdere reis toewenschen.”
„Bagindo Chatib voelde zieh trots de dosis kastorolie, chinine
en antipyrine, of wellicht juist ten gevolge der krachtige wer-
king van zülke voortreffelijke obat, nog niet' geheel hersteld,
maar kwam ons toch nog even .de Hand drukken, en tèvens de
voor hem bestemde rijksdaalders in ontvangst nemen. In zijn
plaats zou Pa Sakei ons vergezellefc” —
Toen het bevel tot op'marcheeren gegéven was, sloeg onze
wegwijzer niet, zooals wij verwacht hadden, den weg oostwaarts
door de négrie in, maar wendde zieh links en daalde längs een
smal paadje den heuvelrug af. Naar de reden 'van deze zonder-
linge afwijking gevraagd, wendde hij voor, dat de weg door
de kampong tengèvolge der zware regens onbegaanbaar was ;
in werkeiijkheid wenschte men ons slechts buiten de negrie te
houden, een verschijnsel dat zieh verder bij ieder volgend
plaatsje zou herhalen. Heel veel beter dan de oude weg was