worden. Een honderdtal meters bovenstrooms van deze ver-
nauwing werd aan den zuidoever halt gehouden. Al de goederen
werden hier uitgeladen, terwijl al de opvarenden er uit moesten,
met uitzondering van den bapa prahoe en de twee anak prahoe
aan den achtersteven van het vaartuig. Om een derikbeeld te
geven van de groote snelheid, waarmede de prauwen door de
smalle geul gingen, zij hier medegedeeld, dat op de hier weer-
gegeven moment-photographie van een der prauwen, op het
oogenblik dat zij door de Limpatan snelde, op het negatief
Stroomversnelling Limpatan.
de beweging van de prauw slechts als een vrij lange streep was
waar te ne'men. De oevers van de Kwantan waren hier met een
dichten zoom van de läge’ Aglaja oligophylla-boompjes be-
dekt, waartusschen hier; en daar een paar djamboe ajer (Eugenia
sp.) boomen stonden, terwijl verder Pometia glabra en Para-
shorea lucida de talrijkst voorkomende boomen waren.
Iets benedenstrooms van de Limpatan werden de goederen
wefer in de prauwen geladen en scheepten wij ons weder in.
Ruim een kwartier oponthoud hadden wij door dat in- en uitladen.
Ongeveer 10.20 staken wij wefer van wal. Tegen 11 uur passeerden
wij de stroomversnellingen van Inoeboek. Hier bleven
al de personen en goederen in de prauwen.
Om 11.30 werd halt gehouden aan een zandige vlakke strook
van den elders circa 50—60 meter nogal steil oprijzenden rot-
sigen oever. Die zandstrook heet Poelau Paoeh. Tot toelichting
der beteekenis dezer beide namen diene het volgende. Zooais
bekend, is bij een sterkkronkelende rivier op iedere bocht het
bed v66r het concave gedeelte van den oever het diepst en
Stroomversnelling Limpatan.
vöör het convexe gedeelte het ondiepst en wordt dââr veelal
een zandige, vlakke, strook gevonden. Zulk een vlakke, zandige,
bij laag water droge strook noemen de Maleiers hier poelau
(niet poeloe, dat „eiland” beteekent), terwijl zij het concave
diepe deel van de rivier den loeboek noemen. Naar het laatste
heeten de kampongs Loeboek Tarab en Loeboek Ambatjang.
Hier op Poelau Paoeh werd het bivak opgeslagen.
Terwijl na het eten, dat onmiddellijk op onze aankomst volgde,
Bakhuis en Wijss zieh aan hun photographie-toestel wijdden,