484 R e s c h r y v i n g v a »
II. ren. Dus kunnen zy een toer doen door Euro.
A fdeel, pa en een gedeelte van Alle. Men vangt ’er, in
LIX. prujflen, by millioenen ; en in de Herfft van
stok. * ’ t jaar 1 746 alleen, werden ’er te Dantzig dertigduizend
Paaren op den Accyns aangegeven.
D ie , welken men ter fluik inbrengt, of in de
Herbergen buiten de Stad en in de Tuinen of
op de Landhoeven ee t, zullen , zo K lein zig
verbeeldt, wel driemaal zo veel bedraagen.
De Kramsvogel is van grootte byna als de
voorgaande : zyn Kleur is rosagtig bruin van
boven, rosagtig van onderen met zwarte vlakken;
den Kop, Hals en de Stuit Afchgraauw;
den Buik wit; den Bek geelagtig, aan ’t end
zwart. Men vindt egter, gelyk van den voor-
gaanden, een witten, zo ook van deezen een
witkoppigen Kramsvogel, en een die met Loodkleurige,
halfmaanswyze plekjes is gevlakt.
(3) Lyfler met de Wieken van onderen geelag•
Koperwiek- rijg» de drie zydelingfe Staartpemen wederik
zyds wit getipt.
De eze, die van de Autheuren Tor dus llia-
cus, en van fommigen de kleine , in ’t Griekfch
lilas o f Tulas wordt getyteld, voert in ’£
Franfch den naam van Mauvis, dien L emery ,
zeer
* ' Turdus Alis fubtus flavefcentibus , Re&ricibus tri*
bus lateralibus Apice utrinique albis. Syfi. Nat. X. Tur»
dus Iliaeus. R a j . Aly. 64. n. 4. Klein. ^Ay. 66. A ldr.
Orn. 1. 1 6. c. 4. Turdus Vifciyorus Maurus. A lb. >Ar'
II. p. 31. T. 33.
zeer oneigen, van Mauve heeft willen afleiden; n.
even of deeze, meer dan de anderen, het Zaad A fdeel.
of de Vrugt der Maluwe at. Veeleer zal die „ " l x .
naam, volgens M enage , afkomftig zyn van ’ t stuk.
Italiaanfch Malvigio , wegens het Kwaad, dat
zy aan de Wyngaarden doen. Die van Parys
noemen den gemeenen Leeurik Mauviette. De
Engelfchen heeten deezen Lyfler Wind- Trusb,
en de Duitfchers Wein-Droftel o f Rotb-Drojlel,
wegens de Kleur der Vlerken, die hem in ’c
Engelfch ook Red- Wing, en by ons Koperwiek-
je doet noemen. In ’t Franfch geeft men hem,
bovendien , den naam van Trafle , Touret en
Grivette o f Lyftertje.
Deeze is zeer veel kleiner dan de groote Lys-
ter, daar hy in Kleur niet zeer veel van ver-
fchilt. Het witagtige aan den Hals is met bruin-
agtige Vlakken fierlyk gefprenkeld. Z y komen
in de Herfft troepswyze in Vrankryk met de
voorgemelden , en doen inzonderheid aan de
Wyndruiven veel fchade.
(4) Lyfler met de Wieken van onderen Tzer- IV.
graauw, een witagtige flreep boven de Oogen Z b j ï y i .
hebbende. ter.
Omtrent deezen en den voorgaanden fchynt
ee-
(4) Turdus Alis fubtus ferrugineis, lined Superciliorum
albicahte. Faun. Snee. 189. Turdus . fiinpiicirer didiu*
Vifcivorus minor. Will. Orn. 138. T. 37. R aj. ^Cy.64.
n. 2. Turdus Muficus. Faisch. ^Ay. T. 27. f- i . ^
Alb. i . p. 32) x , 35V34.