II.
Afdeel.
XLVI.
Hoofdstuk.
Pottle
Sultane.
IV.
Spinofd.
Scherp.
wiek.
£76 B e s c h i Y V I N G V A t*
n e , die van de Duitfchers Glutt; een rosagtige,
die Htggefchaar geheeten wordt; een rofïe, genaamd
Schmining; een geftippelde die zy Matt-
kern, en een gevlakte die zy Deffyt noemen.
Deeze allen hebben omtrent de grootte van een
Poelfnep , o f zyn wat kleinder, en hunne Levensmanier
is nagenoeg de zelfde. Zyn negende
Soort, van de Hudfons-Baay , behoort
tot de Rallen, gelyk wy rtraks zien zullen.
(4) Waterhoen met het Voorhoofd Wrattig,
het Ly f bont , de Schouderen met Doornen
gewapend, de Vingers eenvoudig, deagterftê
met een zeer lange Nagel.
Deeze Amerikaanfche V o g e l, die van E d-
wards, onder den naam van Waterhoentje met
gefpoorde Wiek en , afgebeeld wordt, is van den
Heer Brisson gebragt in een Geflagt, waar aan
hy den Brafiliaanfchen naam van Jacana geeft,
en waar van de onderfeheidende Kenmerken in
zyn zeventiende Rang zyn , een regte Bek, die
naar de punt toe dik uitloopt , en zeer lange
Nagelen. De zodanigen , van dit Geflagt,
welker Wieken met Spooren zyn gewapend,
noemt hy Chirurgyns, en dus heet deeze , die
zyn vyfde Soort is , de bonte Chirurgyn.
In grootte en geftalte komt hy omtrent met
den
(4) Fulica Fronte carunculata , Corpore variegato,
Humeris fpinofis , Digiris fimplicibus . Ungue poftico
longiffimo. Syfl. N a t X. Gallinula Alis Cornubus dona-
tis. Edw. vdr. 48. T. 48.
den Mornel overeen: De kleur is van boven Jï.
bruin-paarfch, van onderen wit: het Voorhoofd *
meteen drievoudig Oranje-rood Vlies bekleed; jj00fd_
een witte Streep boven de.Oogen: een zwarte stuk.
Band door de Oogen en langs den Hals uitge-
flrek t: de Slagpennen groen , aan de tippen
zwart gerand; de Staartpennen bruin-paarfch: de
Bek Oranje-geel, de Pooten blaauwagtig.
Ik geef de Afbeelding van een Vogel uit het Bruine Chi-
Geflagt der Jacana's, die de bruine Chirurgyn pi x lv .
geheeten wordt, zynde van ’t Eiland St. Do- 4'
mingo afkomftig, hoewel hy zig ook in Mt xiko
en Brafil onthoydt. R a y hadt’ er reeds, onder
den naam van Yohualcuacbili o f Caput Chili noc-
turnum, uit Hernandez melding van gemaakt,
en C harleton noemt hem Gans van Chili o f
Nagt-Kop: een Vogel, zegt hy, van een ver-
wonderlyk maakzel. „ Aan het grondftuk o f
„ den wortel des Beks, naamelyk, heeft dezelve
„ zekere Krans of Kraag; die in drie punten is
„ verdeeld, maatig dik in hetbovenfte gedeelte
„ en roodagtig geel van kleur. Uit den voor-
„ kant der Wieken fpruiten twee gedraaide
„ Stekels, waar mede deeze Vogel zig tegen
anderen, die grooter en fterker z y n , kan
„ verdedigen. De onzen noemen hem , de
„ gefpoorwiekte Gans van Amerika. Zulk een
,, leeft ’er tegenwoordig in St. James Park
„ die zeer tam is en gemeenzaam met de Men-
,, fchen,” Deeze is ,eg te r, zo groot niet als de
Mornel , naar Brisson getuigt ; en hy heeft
I. p£EL» ViSlUK, S 3 flegts