11
1
H É
Af
XL IX.
Hoofdstuk.
Naam.
Van deezen Trapgans, die, volgens de Verzameling
der getekende Vogelen van den
ü
Heer Profeflbr Johannes B urmannus , in A-
frika huisveft, heeft de Heer B risson geene be-
fchryving noch Afbeelding.
De Bek en Pooten van het Mannetje zyn
geel: de top van ’t Hoofd Afchgraauw; debui-
tenfte rand der Wieken wit. Het Wyfje is
geheel Afchgraauw, uitgenomen de Buik en
Dyën, die zwart zyn.
L. H O O F D S T U K .
Befcbryving van 't Geflagt der Stru isvo g e len ,
derzelver zonderlinge Eigenfchappen , Veer en,
Eijeren , inwendige Deelen ; als ook die van
den Kafuaris, den Amerikaanfcben Thouyou,
en den Oojlindifcben, Dod-Aars of Eenzaame
Vogel genaamd.
T T e t laatfte Geflagt, in de Rang derSteltloo-
•*- -*• peren , geeft L innjEüs aan de grootfte
Vogelen , die ’er , ten minfte wat de hoogte
betreft , wanneer zy op de Pooten ftaan , op
den Aardbodem bekend zyn. Ik meen de zo-
danigen, die men ’t in Latyn Struthio, in ’t Ne-
derduitfch S tru isvo g e l o f Vogelftruis noemt:
in welker Geflagt hy ook den Kafuaris en andere
Vogelen, daar de Heer B risson byzonderc
Geflagteu van maakt, heeft begreep ea.
De
l ’li M ] IJ
De Kenmerken van dit Geflagt zyn eenvou-
dig: de Bek Kegel vormig en Wieken tot Vlie- Afdeel.
gen onbekwaam. De Penguyns, die ook in ’t L.
geheel niet kunnen Vliegen, hebben een ander *
flag van Bekken, gelyk boven gemeld is: ook Kenmer.
zyn de Vingers van hunne Pooten met Vliezen ken.
te famen gevoegd of gepalmd, (weshalven zy
tot den Rang der Zwemvogelen behooren,) en
de Pooten niet langer dan gewoonlyk. Het tegendeel
heeft in de Struisvogelen plaats.
L innjEüs heeft tot dit Geflagt vier Soorten Soorten,
betrokken , waar van de eerfte de gewoone
Vogelftruis i s , de tweede , de Kafuaris , zoo
genaamd; de derde een Amerikaanfche Struis,
dien M o eh r in c -Rbea noemt : de vierde een
Ooftindifche Vogel, genaamdDronte. B risson
onderfcheidtze in drie Afdeelingen , naar het
getal der Vingeren, ’t welk in de Vogelftruis
twee, in de laatftgemelde vier, en in de twee
anderen drie is ; maakende ’er vier byzondere
Geflagten van.
( 1 ) Struisvogel met de Pooten twee-Vingerig. ■ I.
Struthio-
De Latynlche naam van deezen is afkomftig Cameius.
_ . . „ ° Vogelitruis.
Van het Gnekich, Stroutbos o f liever Stroutho- Pi. XL\L
Kamelos: want Stroutbos, op zig ze lve, b e t e -^ ’ 2*
kende by de oude Grieken een Mofchje. \ Is
der-
(1) Strwhio Pedibns didaftylis. Syfl. Nut. X. Gen. 8<J„
Struthio Camelus. Aldh. Qrn. 1. 9. c. 2. Do d a r t . Mem.
33f- Seb. Muf. I. T. 5-1. f. 6. Will. Orn. 104. T. 25.
R at. M v . Alb, Miy, HL p. 20. T. 31.
I, De Ki. Y, Stuk.