de kaketoe’s. Hunne kleur is zwart, maar met een breeden meest rooden
band aan den zeer langen staart. Wallace noemt ze b l a ck and red cocka
t o o s; den naam l a n g s t a a r t i g e k a k e t o e ’s heb ik ontleend aan
Einsch, “die Papageien”, I , S. 329 , die ze L a n g s c hwa n z k a k a t u heeffc
genoemd. Malurus is een tot de Motacillinae gerekend geslacht van kleine,
blauwe, naar den d u i in e 1 i ng of het w i n t e r k o n i n k j e zweemende vogels,
waarvan al de soorten op Nieuw-Holland en van Diemensland te huis zijn.
Crdcdcus of Barita is een aan Australie eigen geslacht, dat tot de Cor-
vinae gerekend wordt, maar ook veel overeenkomst heeft met de Laniinae,
waarvan Lanius excubitor, de blauwe klawier, wachter, of negendooder,
het type vormt. Door Carus en Gerstäcker, Handbuch der Zoologie,
wordt dit geslacht, even als Falcunculus en Colluricincla, waarvan
weder alle soorten in Australis te huis zijn, tot de Pachycephalinae,
eene onder-familie der Laniinae, gebracht.
(ä) Deze opgave omtrent de zoogdieren van Timor komt schier geheel
overeen met de tabel van Sal. Muller, voorkomende in de “Verhandelingen
over de nat. gesch. d. Ned. Overzeesche bezitt.” , afd. Zoölogie; want
Paradoxurus musanga is hetzelfde dier dat Wallace Paradoxurus fa s -
ciatus noemt, en Phalangista cavifrons bij Muller is een andere naam voor
Cuscus orientalis. Het hert van Timor beschouwt Muller als geheel identisch
met dat der Molukken, en hij noemt het dus Gervus Moluccensis.
In plaats van 16 soorten van vledermuizen noemt echter Muller er slechts
13, maar daarentegen vöegt hij aan de zoogdieren van Timor nog de over
den geheelen Archipel verspreide Mus decumanus toe, die hier slechts
door een toeval aan de aandacht van Wallace kan ontsnapt zijn.
(6) “Oceanische eilanden” is een term door Darwin ingeyoerd tot aan-
duiding van eilanden die nooit met het vasteland zijn verbonden geweest.
(') In het Engelsch staat dat die theorie de uflotsam and jetsam theory”
genoemd is. Flotsam en Jetsam zijn oude Engelsche rechtstermen,
waardoor op zee drijvende of op het strand geworpen goederen worden
aangeduid.
V I J F T I E N D E HOOFDSTUK.
C E LEBE S.
M a k a s s e r e n om s tre k e n .
(September tot November, 18S6.)
Ik verliet Lombok den 30*®“ Augustus en bereikte Makasser
in drie dagen. Het strekte mij tot groote voldoening den voet
te zetten op een strand dat ik reeds van Februari af te ver-
geefs getracbt bad te bereiken, en waar ik verwachtte met
zooveel nieuws en belangrijks bekend te worden.
De kust van dit gedeelte van Celebes is laag en vlak, om-
zoomd met boomen en dorpen, die meestal het binnenland
voor het oog verbergen en slechts op enkele punten een blik
gunnen op de onafzienbare uitgestrektheid moerassige rijstvel-
den daarachter gelegen. Eenige heuvelen van onaanzienlijke
hoogte vertoonen zieh op den achtergrond; maar ten gevolge
van den aanhoudenden nevel die in dezen tijd van het jaar
over het land hangt, kon ik nergens de centrale bergreeks
van het Schiereiland, of de beröemde piek van Bantaeng (')
nabij zijn zuidelijk uiteinde, onderscheiden. Op de reede van
Makasser lag een fraai fregat van 42 stukken, om als wacht-
24*