daags gegeten, maakt gedurende een groot deel van het jaar
hun eenige voedsel uit. Dit is geen bewijs van armoede, maar
is eenvoudig gewoonte; want hunne vrouwen en hinderen zijn
van het polsgewricht tot den elbôog met zilveren armbanden
bèladen en dragen dozijnen zilveren munten, aan snoeren om
den hals of aan de ooren hangende.
Naarmate ik mij van Palembang verwijderd had, was mij
het Maleisch, zooals het door den gemeenen man gesproken
werd, minder en minder zuiver voorgekomen, totdat het ten
laatste geheel onverstaanbaar was geworden, ofschoon het
telkens terugkeeren van welbekende woorden mij toch de zeker-
heid gaf, dat ik nog altijd met een Maleisch dialect te doen
had, en mij in Staat stelde althans te gissen wat het voorname
onderwerp van het gesprek was. Dit district had eenige jaren
geleden een zeer siechten naam en reizigers werden er dikwijls
beroofd en vermoord. Ook kwamen vaak gevechten voor
tusschen dorp en dorp, en menig leven ging verloren ten ge-
volge van twisten over grensscheidingen öf geheimen minnehandel.
Thans echter, sedert het land is gesplitst in divisiën,
staande onder Contrôleurs die beurtelings ieder dorp bezoeken
om klachten te hooren en geschillen bij te leggen, wordtvan
zulke zaken niet meer gehoord. Dit is een van de talrijke
voorbeelden die mij zijn voorgekomen, van den weldadigen
invloed van het Nederlandsch gezag. Het oefent een strikt
toezicht uit tot in zijne afgelegenste bezittingen, vestigt een
vorm van bestuur die goed met de geaardheid der bevolking
strookt, hervormt misbruiken, straft misdaden en weet zieh
overal door de inlandsche bevolking te doen eerbiedigen.
Lobo-raman is een centraal punt in het zuidelijk gedeelte
van Sumatra (9), daar het in west-, oost- en zuidwaartsche
richting nagenoeg evenver van de zee, t. w. omtrent 120 (Eng.)
mij len, verwijderd is. De oppervlakte van het land is er gol-
vend, maar er zijn noch bergen noch heuvels. De bodem bevat
geen rots, maar bestaat slechts uit roode klei, die zieh
gemakkelijk laat fijn wrijven. Het land wordt door talrijke
kleine rivieren en waterloopen doorsneden en is vrij gelijk
verdeeld tusschen open verhakkingen en plekken bosch, zoowel
inaagdelijk als van jongeren oorsprong, met overvloed van
vruchtboomen. Ook is er geen gebrek aan paden waarlangs
men zieh in alle richtingen kan bewegen. Het is in 66n woord
juist het land dat een natuuronderzoeker zieh zou kiezen, en
ik ben zeker, dat in een günstiger tijd van het jaar het een
grooten overvloed van dierlijke voortbrengselen zou toonen;
maar het was nu de regentijd, en alsdan zijn, ook op de
günstigst gelegen plaatsen, insecten altijd schaarsch. Yogelen
waren er ook weinig, omdat de boomen van hunne vruchten
ontdaan waren. Gedurende pene geheele maand kon ik slechts
arie of vier nieuwe soorten aan mijne verzameling toevoegen,
ofschoon ik zeer fraaie exemplaren mächtig werd van zeldzame
en belangwekkende soorten die ik reeds vroeger geyangen
had. Ten opzichte van kapellen was ik gelukkiger. Ik ving
eenige fraaie soorten die mij nog nieuw waren, en in het geheel
een aanzienlijk getal van zeldzame en schoone insecten.
Ik zal hier in eenige bij zonderheden treden omtrent tweetsoorten
van kapellen, die, ofschoon zij in de verzamelingen zeer ge-
woon zijn, eigenaärdigheden bezitten die onze hoogste belang-
stelling verdienen. - . ..
De eerste is de fraaie Papilio Memnon, een prächtige vlin-
der, doriker zwart van kleur, maar bezaaid met streepjes en
groepen van schubbetjes van een licht aschkleurig blauw. De
breedte zijner vlucht bedraagt vijf duim en de achtervleugels
zijn rond met uiigeschulpte randen. Doch dit geldt slechts van
de mannetjes; der wijfjes zijn geheel anders en onderling
zoo verschillend,. dat men er vroeger onderscheidene afzonder-
lijke soorten in zag. Men kan ze in twee groepen verdeelen:
die welke in vorm op de mannetjes gelijken. eu die welke
15