
Iü4 TWEliDE KLASSE. DEKMAPOSTASES. TWAAtíüE l'AEILIli. CllYMOPLANIAK. 105
xiit te sclieidene stof priinair in de bloedmassa lerug gehoudeu
te worden (priinaire Chymoplanie), en alsdan
ziju de aischeidiiigsorganen, de lever, de nieren,
de baarmoeder euz., slap, verdroogd en van bloed.
beroofd ; soms echter geschiedt de afscheiding nog
op de natuurlijke wijze, en alleen de uitscheiding
wordt werktLiigelijk, of op eene andere wijze verliinderd;
het voortbrengsel der afscheiding wordt in de
afscheidende Organen en hunne uitvoeringsbuizen terug
gehouden, overvult deze, zet dezelve uit en
wordt, zooals het schijut, eerst secundair door opslurping
weder in den bloedsomloop opgenomen (secundaire
Chymoplanie).
3. De Stoffen, welke op de normale plaats niet
worden uitgescheiden , worden met het bloed in andere
Organen, aan welke zij in den gezonden toestand
vreemd zijn, gevoerd en in dezelve uitgescheiden
en nedergezet. Nu eens heeit deze plaatsvervangende,
ziekelijke afscheiding slechts in enkele, dan weder
gelijktijdig of van lieverlede in meerdere Organen
plaats.
Gewoonlijk, doch niet altijd , zijn de Organen,
op welke de plaatsvervangende uitscheiding wordt
overgedragen , insgelijks afscheidingsorganen. Bij hunne
verrigting doen zieh de physiologische Sympathien en
betrekkingen, de trapsgewijze en voortdurende ontwikkeling,
ziekelijke prikkels en dgl. gelden, en de
onderscheidene Chymoplaniae kunnen zieh naar zeer
verschillende weefsels en organen wenden. De hnid
echter wordt, wegens hare grootere uitgestrektheid,
wegens hare belangrijkheid als afscheidingsorgaan en
wegens iiare zoo groote medelijdendheid, meer dan
andere, veelvuldig en vroegtijdig tot de plaatsvervangende
uitscheiding verkozen, en chymoplanische Derraapostases
komen in het algemeen menigvuldiger voor,
dan Chymoplaniae naar andere organen.
5. Wordt de huid door Chymoplania aangedaan , zoo
lijdt het meest hare afscheidingsoppervlakte; hare afscheiding
wordt vermeerderd en, door bijnienging van
verplaatste Stoffen, in hoedanigheid veranderd. De in
haar te weeg gebragte stoornlssen regelen zieh naar den
Prototypus der Eczematoses. Slechts zelden is zij in
Staat, de in haar overgebragte zelfstandigheden volkomen,
onder den vorm van Ephidrosis, uit te scheiden; meestal
worden zij, ten minste bij gedeelten, terug gehouden
en nedergezet, en brengen alsdan veranderingen te weeg,
die nu eens meer met de Acarpae, dan weder meer met
de Polycarpae en Monocarpae overeenkomen. Somwijlen
bepalen zieh deze veranderingen slechts tot enkele plaatsen
der huid, dikwijls echter ook tot groote oppervlakten
en het geheele ligchaam.
6. Altijd laten zieh in deze veranderingen, zooals
ook in de voortbrengsels der afscheiding van de aangedane
plaatsen der huid, de in de huid overgebragte
Stoffen, gal, pis, maandstondenbloed enz., door natuuren
scheikundige kenmerken erkennen, en hierdoor onderscheiden
zieh de chymoplanische Dermapostases wezeotlijk
van de Eczematoses. De verplaatsing van gal in
de huid geschiedt op eene andere wijze als die der pis
enz., terwijl door beiden verschillende stoornissen in
de verrigtingen worden te weeg gebragt. In het algemeen
zijn de stoornissen in de verrigtingen deste sterker
, hoe meer de overgeplaatste Stoffen van die der
normale afscheiding der huid afwijken, hoe vreemder
zij dit orgaan zijn en verplaatsingen veroorzaakt, alzoo
eene levendige pijn en dgl., terwijl verplaatsingen van
gal, melk enz. bij na altijd pijnloos zijn.
7. Hoewel ook de chymoplanische Dermapostases
altijd in de oppervlakkige lagen der lederhuid beginnen,
zoo gaan zij — eene andere verscheidenheid van de Eczematoses
— toch niet zelden in haar verder beloop op
dediepere lagen der lederhuid, en zelfs op het hieron